God kroont Zijn gaven
ds. D.M. Elsman | 1 reactie | 20-09-2024| 10:55
Vraag
Verdiepingsvraag naar aanleiding van het antwoord bij 'Onmogelijk dat geloof geen vrucht draagt'. In artikel 24 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis staat: “Toch willen wij niet ontkennen dat God de goede werken beloont, maar door zijn genade kroont Hij zijn gaven.” Wat is de betekenis hiervan? Wordt bijvoorbeeld met “gaven”, door God geschonken talenten bedoeld om Zijn werk te verrichten? Of gaat het om zegeningen in het algemeen die de Heere geeft als beloning voor goede werken? En moeten deze gaven gezien worden als dé beloning zoals de NGB die bedoelt, of is dat verband er niet? Wat is verder de wezenlijke betekenis van “kronen van zijn gaven” door de genade Gods?
Antwoord
Als de Heere Jezus in Johannes 15: 4 zegt: “Zoals de rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet in de wijnstok blijft, zo ook u niet als u niet in Mij blijft”, geeft Hij daarmee aan dat vrucht dragen (goede werken doen) alleen mogelijk is in verbondenheid met Hem. Anders gezegd: goede werken zijn uit het geloof (Hebreeën 11: 6: “Zonder geloof is het onmogelijk God te behagen”). Zij staan daarmee niet op onze rekening maar op rekening van de Heere Jezus Christus.
Alle goede gaven komen van God (Jakobus 1:17) en zijn terug te voeren op de verdienste van Christus (Zijn volbrachte werk). Hij maakt ons vruchtbaar van boven. Op je vraag: kun je onder die gaven ook de door God geschonken talenten rekenen? – zou ik willen antwoorden: mits die door Zijn genade geheiligd zijn. Eerst moet de boom zelf goed zijn, alleen dan ook zijn vrucht. Alleen als Christus door het geloof in je hart woont en je in de liefde geworteld en gefundeerd bent (Efeze 3:17). [Vergelijk artikel 24: “welke werken, als zij voortkomen uit de goede wortel van het geloof, goed en bij God aangenaam zijn, omdat zij alle door Zijn genade geheiligd zijn”].
Dus als God de goede werken beloont – en dat doet Hij! Denk bijvoorbeeld aan de woorden die je elke zondag hoort: “Die barmhartigheid doet aan duizenden van hen die Mij liefhebben en Mijn geboden in acht nemen” (Exodus 20: 6) – beloont Hij daarmee Zijn Eigen werk. Het is dus uit genade dat Hij Zijn Eigen gaven kroont. Efeze 2:8-10: “Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit u, het is de gave van God; niet uit werken, opdat niemand zou roemen. Want wij zijn Zijn maaksel, geschapen in Christus Jezus om goede werken te doen, die God van tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen.”
Wandelen in goede werken. Dan denken we opnieuw aan Johannes 15: “Hierin wordt Mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt en Mijn discipelen bent” (vers 8). Bid het maar met de woorden van Gezang 1: “Och, of wij Uw geboôn volbrachten! Genâ, o hoogste Majesteit! Gun door ‘t geloof in Christus krachten, om die te doen uit dankbaarheid.”
Ds. D. M. Elsman
Dit artikel is beantwoord door
ds. D.M. Elsman
- Geboortedatum:16-04-1961
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Rijssen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
- Over schatten vergaderen in de hemel. Schatten die niet gestolen kunnen worden en die niet vergaan.
- Over talenten gebruiken die Hij je geschonken heeft. (bijv. Zijn Woord, gebed en onderwijs.) -
- Over vrienden maken uit de mammon die je zullen verwelkomen in de eeuwige tabernakelen etc. (Zielen die door het geld wat jij van de Heere gekregen hebt met het Woord in aanraking Zijn gekomen en Christus hebben leren kennen.)
Maar ook in dit leven schenkt de Heere steeds opnieuw genade voor genade. Zoek eerst Zijn Koninkrijk en Zijn gerechtigheid en je zult ondervinden dat je Vader in de hemel zo goed en trouw voor je zorgt. Je zult meer van jezelf leren en je zult meer en dieper leren Wie Christus is en wat je in Hem ontvangen hebt.
Daarom is 2 Petrus 1 in dit geval heel nuttig om te lezen. Genade en vrede worden vermenigvuldigd door de (harte) kennis van jouw Heere Jezus Christus:
"1 SIMEON PETRUS, een dienstknecht en apostel van JEZUS CHRISTUS, aan degenen die even dierbaar geloof met ons verkregen hebben door de rechtvaardigheid van onzen God en Zaligmaker Jezus Christus: 2 Genade en vrede zij u vermenigvuldigd door de kennis van God en van Jezus onzen Heere;
Alles wat tot het leven en de godzaligheid behoort heeft Hij al geschonken door de kennis van de Vader in Christus. Door Hem verordineert om aan het beeld van Zijn Zoon gelijkvormig te zijn. Daarom geroepen, gerechtvaardigd en verheerlijkt. Als Hij dan Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar Hem voor jouw heeft overgegeven, zal Hij je dan ook mét Hem niet alle dingen schenken? De Heere zegt: Indien gij in Mij blijft en Mijn woorden in u blijven, zo wat gij wilt, zult gij begeren, en het zal u geschieden... In Zijn woorden blijven en hetzelfde willen als Hij wil. En indien wij weten dat Hij ons verhoort, wat wij ook bidden, zo weten wij dat wij de beden verkrijgen die wij van Hem gebeden hebben.
3 Gelijk ons Zijn Goddelijke kracht alles wat tot het leven en de godzaligheid behoort, geschonken heeft, door de kennis Desgenen Die ons geroepen heeft tot heerlijkheid en deugd; 4 Door welke ons de grootste en dierbare beloften geschonken zijn, opdat gij door dezelve der Goddelijke natuur deelachtig zoudt worden, nadat gij ontvloden zijt het verderf dat in de wereld is door de begeerlijkheid.
Daarom kan Petrus zeggen:
5 En gij tot hetzelve ook alle naarstigheid toebrengende, voegt bij uw geloof deugd, en bij de deugd kennis, 6 En bij de kennis matigheid, en bij de matigheid lijdzaamheid, en bij de lijdzaamheid godzaligheid, 7 En bij de godzaligheid broederlijke liefde, en bij de broederlijke liefde liefde jegens allen.
Met een reden:
8 Want zo deze dingen bij u zijn en in u overvloedig zijn, zij zullen u niet ledig noch onvruchtbaar laten in de kennis van onzen Heere Jezus Christus.
Genade beloond met genade: Meer kennis van onzen Heere Jezus Christus. Ondervinden Wie Hij is. En door Zijn Geest in al de waarheid geleidt worden.
En een waarschuwende en onderzoekende reden:
9 Want bij welken deze dingen niet zijn, die is blind, van verre niet ziende, hebbende vergeten de reiniging zijner vorige zonden.
Een warme opwekkende vermaning met nog een reden die iets 'verder weg' ligt. Want zo... op deze manier:
10 Daarom, broeders, benaarstigt u te meer om uw roeping en verkiezing vast te maken; want dat doende zult gij nimmermeer struikelen. 11 Want alzo zal u rijkelijk toegevoegd worden de ingang in het eeuwig Koninkrijk van onzen Heere en Zaligmaker Jezus Christus.