Tekort aan affectie
Ds. M.W. Muilwijk | Geen reacties | 23-06-2008| 00:00
Vraag
Wat is in je jeugd tekort gekomen te zijn op affectie? En hoe kan je dit tekort proberen in te halen op volwassen niveau?
Antwoord
Beste vragensteller,
Ik heb deze vraag voorgelegd aan iemand in mijn nabije omgeving, die veel meer van deze dingen weet en daarom beter antwoord daarop kan geven. Hier volgt het antwoord van een kenner.
“...Onze eerste levensjaren zijn héél bepalend voor de rest van ons leven. In de eerste zes levensjaren ontwikkel je als het ware de wortels van je leven. In de periode van 0 tot 2 jaar ontwikkelen we ons gevoel van veiligheid, geborgenheid en vertrouwen. De affectie die je ontvangt van beide ouders vormt dat gevoel. Van 2 tot 4 jaar ontwikkelen we onze eigen wil en het geweten. In die periode speelt discipline een belangrijke rol. Als we 4/5 jaar zijn ontwikkelen we onze seksuele identiteit, het jongen of meisje zijn. Je ouders zijn daarin je referentiekader. Dochters kijken naar hun moeder; zonen naar hun vaders. Ouders bevestigen je in je rol. Vader bevestigen hun dochters, moeders hun zonen.
In de periode die daarna komt, van 6 tot 12 jaar, wordt een kind vooral gevormd door school. Het leert taken uit te voeren en met anderen om te gaan.
Nu kan het zijn dat je tekort gekomen bent aan affectie, zoals de vragensteller stelt. Meestal is dat niet iets dat je zelf direct ontdekt, maar wat anderen tegen je zullen zeggen. Dat kan bijvoorbeeld zijn doordat je steeds de bevestiging van anderen nodig hebt. Wat nu? Kun je dat nog inhalen? Nee, dat kun je niet meer inhalen, je kunt wel leren er mee om te gaan en het plekje te geven in je leven. Hoe?
De eerste stap is: je levensverhaal onder ogen zien. Niet beschuldigend naar wie dan ook. Maar meer in de zin van: ô is mijn leven gelopen. Het kan zijn dat je moeder een postnatale depressie kreeg na je geboorte. Het kan zijn dat je opa stierf toen je twee was, na een lange lijdensweg. Het kan zijn dat je als kind veel in het ziekenhuis hebt gelegen. Het kan zijn dat je vader drukker was met de drank dan met jou. Met je levenverhaal mag je ook bij de Heere komen. Hij ziet je. Hij kent je. En als er nog geen woord op je tong is, dan weet Hij dat alles.
Je levensverhaal kun je niet meer veranderen. Je kunt er wel anders tegenover komen te staan. Het is voor je verwerking wel belangrijk om dat te leren begrijpen. Het gedrag van ouders is niet zonder reden geweest. Het kan zijn dat je de gevolgen daarvan dagelijks merkt in je leven. Dat er blokkades zijn van angst of boosheid of schuldgevoel. Het kan zijn dat je allerlei patronen ontwikkeld hebt om die gevoelens te compenseren. De belangrijke vraag is: wat ga je met je pijn en emoties doen? Neem je de verantwoordelijkheid over je eigen leven? Wil je jezelf leren kennen? En als je het idee hebt dat je er in vast loopt, kun je daar hulp bij vragen. Voor mij is de vraag te kort geformuleerd om daar verder op in te kunnen gaan. Maar vervolgvragen zijn welkom!...”
Ik kan me voorstellen dat dit antwoord vragen bij je oproept. Het is erg moeilijk om op Refoweb op specifieke situaties in te gaan. Je kunt dan beter in gesprek gaan met een hulpverlener.
M. W. Muilwijk
Lees ook: 'Tekort aan affectie - deel 2'
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.W. Muilwijk
- Geboortedatum:23-12-1980
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Aalst
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: