(...) de boetvaardige zondaar veel meer aandacht krijgt in de prediking dan het ...
Ds. J.L. Schreuders | Geen reacties | 15-08-2006| 00:00
Vraag
Antwoord
Ik denk dat het moeilijk is te generaliseren. In sommige reformatorische gemeenten/kerken zal het verschijnsel zoals door jou geconstateerd zich wellicht voordoen. Dat is natuurlijk geen goede zaak. Evenwicht moet er wezen. Geen doorslaan noch naar de ene noch naar de andere zijde. Maar wanneer is precies van doorslaan sprake? Dat is nog niet zo een-twee-drie uit te maken. In elk geval heb je gelijk dat indien de boetvaardige zondaar meer aandacht krijgt in de prediking dan het werk van Christus, er iets mankeert. Het Woord wordt dan tekort gedaan. Christus en het evangelie zijn dan aanhangsel geworden. Dat is een kwalijke zaak.
De prediking der boetvaardigheid en bekering moet juist ten dienste staan van het komen tot Christus. Boetvaardigheid is geen doel in zichzelf (zondekennis redt niet) maar middel om de zondaar in de handen van Christus te drijven.
Toch zeg ik nogmaals: het lijkt me niet nodig te generaliseren. Ik weet niet welke reformatorische kerken je bezocht hebt, maar ik ken er ook tal (en dat in verschillende kerkverbanden), waar jouw constatering zeker niet zal opgaan. Ik heb niet de indruk dat dit doorsnee is voor de gehele gereformeerde gezindte. Je terechte waarschuwing om het evenwicht te bewaren geldt uiteraard wel altijd naar twee kanten. Ook aan de andere kant schiet men door en daar ook wel eens uit een gevoel van reactie. De waarheid is een smal pad waar men gemakkelijk vanaf raakt. Het is echter wel de koninklijke weg, zonde én genade, wet en evangelie te prediken, maar nadrukkelijk steeds het eerste terwille van het tweede.
Ds. J. L. Schreuders
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.L. Schreuders
- Geboortedatum:24-08-1957
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Boven-Hardinxveld
- Status:Actief