Middellijke en onmiddellijke geloofszekerheid
Ds. G.A. van den Brink | Geen reacties | 18-04-2024| 12:20
Vraag
Aan ds. G. A van den Brink. U heeft het in HyperDordt ook over middellijke en onmiddellijke zekerheid. Naar mijn idee is dit inderdaad een cruciaal punt. Ik denk dat de onmiddellijke zekerheid vandaag de dag inderdaad veelal verkondigd wordt als “hoe het moet”, terwijl het naar mijn idee meer is “hoe het kan.” Persoonlijk ken ik de weg van onmiddellijke zekerheid. Maar ik denk dat het een omweg is waarop velen vast komen te zitten. Want al ken je onmiddellijke zekerheid, uiteindelijk kom je toch op middellijke zekerheid uit. Met de ervaringen uit het verleden kun je vandaag niet leven. Het “Wendt u naar Mij toe en wordt behouden” (onvoorwaardelijk aanbod) is toch de poort om vandaag weer met alle schuld tot Hem te vluchten en het vertrouwen op Hem te stellen. De HEERE, die doet wat Hij belooft, is het rustpunt van ons hart.
Ik vind het boekje van ds. De Hoest “Want ik weet en ben verzekerd” hier ook heel helder in. Hetzelfde kwam ik ook tegen bij Immens in “De Godvruchtige Avondmaalganger”. Maar u schrijft dat er in het verleden veel meer geweest zijn die ruimte zagen voor middellijke zekerheid. Ik zou graag weten bij wie en waar ik dat nog meer terug kan vinden?
Antwoord
Beste vragensteller,
De gereformeerde traditie zegt niet zozeer dat onmiddellijke zekerheid ook kan, maar is er kritisch op. Want in alle gevallen van onmiddellijke zekerheid dreigen geloof en belofte hun centrale rol te verliezen. Stel je voor dat iemand vertelt dat een boom in zijn tuin net zo snel groeide als de wonderboom van Jona. Of dat iemand beweert dat hij dagelijks door raven wordt gevoed met brood en vlees. Zou je in die gevallen niet terecht argwanend zijn? God kán deze dingen beslist, ze staan in de Bijbel. Maar als Hij de gewone manier van groei en voedsel inschakelt, is het niet waarschijnlijk dat Hij op ongewone, wonderbaarlijke wijze werkt.
Zo is het ook bij de zekerheid van het geloof. De gewone weg is dat wij geloven in de algemene belofte en die op onszelf toepassen. Daarbij geldt de gulden regel dat wie gelooft, ook weet dat hij gelooft. Op deze manier vindt de verzekering plaats door middel van het geloof.
Je kunt dit bij ongeveer elke oude schrijver vinden. Ik denk dat pas in de loop van de 18e eeuw de verschuiving plaatsvindt naar meer nadruk op onmiddellijke verzekering. Maar bij theologen uit de 16e en 17e eeuw ben ik het nergens tegengekomen.
Met hartelijke groet.
Ds. G. A. van den Brink
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G.A. van den Brink
- Geboortedatum:05-01-1974
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Apeldoorn
- Status:Actief
Bijzonderheden:
-Vragen aan ds. Van den Brink kunnen tot nader bericht niet worden ingediend.
-Emeritus-predikant. Sinds september 2020 als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de TUA.
-Bekijk ook: