Zondigen tegen geweten in niet onvergeeflijk
Ds. M.W. Muilwijk | 3 reacties | 20-04-2023| 11:24
Vraag
Er wordt wel gezegd dat de zonde tegen de Heilige Geest zich kenmerkt door volharden in de zonde en dat men geen spijt of berouw van deze zonde kan hebben. Is dit echt zo? En is dit bijbels te onderbouwen? Ik heb namelijk heel veel spijt van mijn zonden, in het bijzonder van het kijken naar porno. Ik zondigde tegen mijn geweten in. In Hebreeën 10:26 staat dat dit niet vergeven wordt.
Pornoverslaving is toch een verharding? Ik besefte dat het niet goed was wat ik deed. Een filter zorgde dat ik er niet meer bij kon komen. In eerste instantie was ik opgelucht en dacht dat ik deze zonde overwonnen had. Maar toen ik in een depressie belandde en ik ging nadenken over de oorzaak, wist ik: de reden ligt in de zonden!
In de Bijbel lees ik dat hoereerders het koninkrijk van God niet zullen ingaan. Ik voel dat ik tegenover de Heere niet kan bestaan. Dat Hij de zonde moet straffen. Ik ben nog in leven, maar wel erg bang dat ik Gods gunst en gemeenschap al moet missen in dit leven. Dat maakt me zo bang.
Ik heb al veel gelezen en gezocht over de zonde tegen de Heilige Geest. Maar wat ik kan vinden stelt me niet gerust. Het enige is dat ik er spijt van heb. En dat ik God om vergeving vraag.
Antwoord
Beste vragensteller/-ster,
Achter je vraag zit een diep ingrijpende worsteling. Je ziet jezelf als voor eeuwig verloren en dat er geen mogelijkheid meer is om deze verlorenheid te ontkomen. Maar heb je daarvoor grond in Gods Woord? Alle gedeelten die je noemt over de zonde tegen de Heilige Geest of waar in de uitleg in de kanttekeningen wordt verwezen naar de zonde tegen de Heilige Geest, zijn waarschuwingen om op de ingeslagen weg niet voort te gaan. Dus het zijn waarschuwingen tegen verharding in de zonde.
Dan is vervolgens belangrijk om te weten tegen welke zonde wordt gewaarschuwd. Het gaat in de context steeds om te volharden in de zonde van het verwerpen van de Heere Jezus als enige weg terug tot God en daarmee in de zonde van ongeloof. Je verwijst naar Hebreeën 10:26. Maar je moet ook Hebreeën 10 vers 29 lezen en daar wordt toegelicht wat concreet in vers 26 bedoeld is met willens zondigen: het onrein achten van het bloed van de Heere Jezus. Het gaat niet zozeer om een morele zonde.
Hiermee wil ik absoluut niet zeggen dat de zonde van pornoverslaving of welke andere zonden niet evenzeer Gods toorn zouden oproepen: dat doet elke zonde, hoe klein ook in onze ogen. En daarmee is elke zonde zeer ernstig. Maar al deze zonden vallen toch onder de goddelijke belofte van Spreuken 28:13-14: “Die zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn; maar die ze bekent en laat, zal barmhartigheid verkrijgen. Welgelukzalig is de mens, die geduriglijk vreest; maar die zijn hart verhardt, zal in het kwaad vallen.”
De waarheid van deze tekst wordt geïllustreerd in de geschiedenis van David en Bathseba. Davids eerste zonde is die van nalatigheid. In plaats van op te trekken met zijn legers tegen Rabba of uit de wet van Mozes te lezen, brengt hij zijn tijd leeg door: hij wandelt wat over het dak van zijn paleis en je ziet hem bijna denken: is dit niet het Jeruzalem dat ik gebouwd heb? Dan ziet hij een vrouw zich wassen. Vanaf een normaal dak kon je dit nooit zien, maar omdat het paleis hoger lag, kon hij dat wel zien.
David besluit om langer te blijven kijken en zijn begeerte te voeden. Hij laat haar naar het paleis komen. Hier ligt een welbewust besluit aan ten grondslag. Hij besluit willens om zijn macht als koning verschrikkelijk te misbruiken. Hij hoort de boodschap van Bathseba: “Ik ben zwanger”, en besluit willens zijn zonde via het terugroepen van Uria te verborgen te houden. Maar dit werkt niet. Hij besluit willens om dan zijn zonde verborgen te houden via het doden van Uria en het trouwen met Bathseba.
En dan gaat er lange tijd overheen en doet David al die tijd alsof er niets aan de hand is. Een zware tijd, zo maakt Psalm 32:3-4 duidelijk. Maar David verhardt zich. Pas wanneer het goddelijke Woord “Gij zijt die man!” zijn hart raakt, gaat hij door de knieën. En dan is er in de weg van belijdenis toch vergeving, ondanks zijn verharding van een lange tijd.
Hetzelfde kunnen we zeggen van Manasse (2 Kronieken 33). Ook voor hem is er toch een weg terug. In beide gevallen ging dit in de weg van schuldbelijdenis aan God. Ik hoor jou dat ook zeggen.
Je haalt ook 1 Korinthe 6:9-10 aan. Maar lees ook vers 11: En dit waren jullie! Ze hebben zich bekeerd van deze zonde en worden opgeroepen nooit meer in deze zonde terug te keren. Ik lees in je vraag dat de pornoverslaving te rug toe hebt gekeerd. Er is eenvoudigweg geen grond in de Bijbel om te stellen dat je de zonde tegen de Heilige Geest hebt begaan. Maar geloof je het goddelijke Woord uit 1 Johannes 1:7-2:2? “Maar indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht is, zo hebben wij gemeenschap met elkander, en het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde. Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, zo verleiden wij onszelven, en de waarheid is in ons niet. Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid. Indien wij zeggen, dat wij niet gezondigd hebben, zo maken wij Hem tot een leugenaar, en Zijn woord is niet in ons. Mijn kinderkens, ik schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien iemand gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader, Jezus Christus, den Rechtvaardige; En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden der gehele wereld.”
God moet de zonde straffen. Maar geloof je het aanbod in het evangelie dat Christus de Gekruisigde de straf op de zonde op zich heeft genomen. En dat het diepe wonder van de plaatsvervanging verstaan wordt door hen die verslagen over hun schuld in Hem en in Zijn werk alleen vergeving van zonde zoeken? Daarom moet je rust zoeken in het volbrachte werk van Christus, zoals Johannes dat zegt: dit werk is voldoende voor de zonde van de gehele wereld en werkzaam in ieder die gelooft. Voorzichtig zou ik willen vragen: zit je onrust in de zonde die je hebt gedaan en die je de rug hebt willen toekeren of zit je onrust in het feit dat je niet kunt geloven dat er ook voor deze zonde vergeving is? Denk niet te klein van het offer van Christus! Het is voor ieder die zich de grootste van de zondaren weet en niet verder kan leven, voordat hij met God verzoend is.
Ga daarom de weg van een gelovig belijden: Hij is getrouw en rechtvaardig dat Hij ook deze zonde vergeeft. De Heere geve je vrede en rust in je hart in het gaan in de gewezen weg.
Ds. M. W. Muilwijk
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.W. Muilwijk
- Geboortedatum:23-12-1980
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Aalst
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ik ben niet trots op mijn verleden, en dat is ook niet de reden dat ik dit met je wil delen. Het is om aan te geven hoe groot de genade van God is!
Ik ben 25 jaar verslaafd geweest aan porno en prostitutie, zelfs binnen mijn huwelijk. Je begrijpt dat daar leugens en bedrog bij komen kijken om dat allemaal verborgen te houden voor mijn reformatorische leefwereld. Maar God heeft álles willen vergeven én mij van de verslaving willen bevrijden! Wat een genade, niet? En weet je, God wil niets liever dan ook jou vergeven en redden. Satan wil jou iets anders laten geloven, namelijk dat het voor jou te laat is. Geloof het niet, maar geloof wat God in zijn Woord ook tot jou zegt: bekeer je en leef! Zolang je leeft kun je bij God terecht voor redding! Echt, twijfel daar niet aan want God liegt nooit! Laat je niet weerhouden door menselijke bedenksels dat je eerst voldoende zondekennis moet hebben of iets speciaals moet beleven, hét wonder is al gebeurd: Jezus is aan het kruis gestorven om voor eens en voorgoed te betalen, ook voor jou! Dát is genade!
Leg de schuld van je negatieve gevoelens niet te snel bij je zonden, maar zoek hulp om je onderliggende behoefte aan te pakken. Grijpen naar porno heeft eigenlijk altijd te maken met onderliggende problemen, bijvoorbeeld uit je jeugd. Ga daar naar op zoek, ga de confrontatie aan en werk daaraan. Anders bestrijd je de symptomen maar pak je de oorzaak niet aan en zul je zeker terugvallen.
Weet: God staat al op je te wachten tot je naar Hem toekomt. En Hij heeft nog nooit iemand teruggestuurd!
Groet van een (helaas) ervaringsdeskundige.
Als je erover wilt doorpraten mag je mijn mailadres opvragen bij de redactie.