Ik zet mijn treden in Uw spoor
Ds. A. Kot | 1 reactie | 19-12-2018| 08:02
Vraag
“Ik zet mijn treden in Uw spoor...” Wij kunnen nooit de weg gaan die Hij is gegaan. We kunnen het proberen, maar of dat lukt is maar helemaal de vraag. Mijn vraag is: waarom staat deze tekst in Psalm 17?
Antwoord
Beste vragenstel(l/st)er,
De geciteerde tekst komt uit de berijmde Psalm. In de Bijbeltekst zelf staat het een beetje anders maar zakelijk maakt het niet echt uit. Waar het op neerkomt is dat een kind van God het verlangen heeft om naar Gods Woord te leven en in beginsel daar ook naar gáát leven (vgl. Heidelbergse Catechismus vraag en antwoord 114). “Uw spoor” moet dus opgevat worden als het spoor het van Woord, het spoor van Gods geboden, het spoor van Zijn inzettingen en rechten waar ook de dichter van Psalm 119 hoog over opgeeft.
Vanuit onszelf is het onmogelijk deze weg te gaan. Mijn oude natuur wordt nooit bekeerd. Maar waar genade verheerlijkt is daar is een nieuwe mens die uit God geboren is. Gods kind is een tweemens. De Heilige Geest heeft Zijn intrek in de ziel genomen het de liefde Gods uitgestort in de hart. Nu laat deze Geest der heiligmaking Zijn gezegende invloed gelden zodat het nieuwe leven zich ook openbaart en we een leesbare brief van Christus worden die door alle mensen gelezen kan worden (2 Korinthe 3:2-3). Welnu, wanneer een kind van God op zijn plaats is dan is het niet zijn vraag wat er uiteindelijk van terecht komt maar dan is het zijn begeerte om zijn treden in het spoor van Gods Woord en geboden te zetten, om Christus te volgen waar Hij ook heengaat, en het is zijn droefheid als en omdat er zo weinig van terecht komt. Dat leven wens ik je van harte toe.
Je ds. A. Kot
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. Kot
- Geboortedatum:25-12-1966
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Huizen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
In Hebreeën 10 staat :
"19 Daar wij dan, broeders, volle vrijmoedigheid bezitten om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus,
20 langs de nieuwe en levende weg, die Hij ons ingewijd heeft, door het voorhangsel, dat is, zijn vlees,
21en wij een grote priester over het huis Gods hebben,
22 laten wij toetreden met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs, met een hart, dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad, en met een lichaam, dat gewassen is met zuiver water.
23 Laten wij de belijdenis van hetgeen wij hopen onwankelbaar vasthouden, want Hij, die beloofd heeft, is getrouw.
Het lijkt ootmoedig om te zeggen dat wij niet de weg kunnen gaan die Jezus ging maar feitelijk is dat hoogmoed omdat ik (deels) ongehoorzaam ben aan al Gods geboden en niet mijn leven wil verliezen. De zaak is dat wij niet HEEL de weg kunnen lopen maar wie ijverig en toegewijd is (net als Paulus, lees zijn brief aan Filippenzen hoofdstuk 2) kan zeer zeker merkbaar vooruitgaan op de nieuwe en levende weg (door het vlees) die Jezus heeft ingewijd en ons is voorgegaan.
Door genade zijn wij behouden en maar om te kunnen groeien in Christus moet men een gekruisigd leven leiden en dat kost lijden. Dat wil de oude mens niet daarom moeten we die voor dood achten én levend zijn voor God. En die God wil juist dat wij meer op Jezus gaan lijken, daarom geeft hij ons licht en omstandigheden.