Geen eeuwig leven op de nieuwe aarde?
Ds. A. de Lange | Geen reacties | 16-07-2018| 08:58
Vraag
Onderstaand Bijbelgedeelte vind ik een van de meest mysterieuze teksten uit de Bijbel. God zal een nieuwe aarde scheppen en daar zal geen dood meer zijn zegt Openbaring 21:4. Maar is dat wel zo? We lezen deze wonderbare tekst in Jesaja 65 vers 17-25. In deze acht verzen staat er heel veel over de toekomstige aarde. De levensduur van de mens zal zijn als de leeftijd der bomen, ik heb ooit iets gelezen over bomen, die in perfecte omstandigheden, 2000 jaar oud waren.
Maar laat ons aannemen dat we een rechtmatige 1000 jaar rekenen voor een goeie, sterke boom in goede omstandigheden. Dus wel dood en geen eeuwig leven op de nieuwe aarde. Een kind zal als honderdjarige sterven. Dus wel dood en geen eeuwig leven. Een grijsaard zal zijn leven voleindigen op grote leeftijd. Dus wel dood en geen eeuwig leven. En er zullen weer zondaars zijn. Die zullen minstens 100 jaar worden voordat de vloek toeslaat. We kunnen dit vergelijken, denk ik, met het gevolg van een zondig leven (aids, drugs, alcohol). Is er hier een verklaring voor?
Antwoord
Beste vraagsteller,
Je vraag gaat over het verstaan van de Bijbel. En als zodanig is het een belangrijke vraag. Bedankt dat je hem stelt!
Ik hoor je vragen: spreekt de Bijbel zichzelf niet tegen? Want dat lijkt zo, als je Jes. 65 en Op. 21 vergelijkt. Als we de hele Schrift belijden als Gods geïnspireerde Woord houd je geen halt bij een innerlijke tegenspraak die je in de Bijbel bespeurt. Je gaat er allereerst vanuit dat je de Bijbel misschien niet goed leest of begrijpt en dat je langer moet luisteren en/of anders moet lezen. Ik wil d.m.v. deze beantwoording proberen daarmee te helpen.
Het punt dat je aansnijdt is helder: Vanuit Openbaring 21 concludeer je: er zal geen dood meer zijn, en zeker ook geen zondaars die de dood bewerkstelligen en verdienen. In Jes. 65 lijkt het erop dat de dood er nog wel is en dat de zondaren nog deel uitmaken van de nieuwe werkelijkheid.
Wat ons helpen kan -mij doet het dat in ieder geval wel- is, te bedenken dat de toekomst die God zal maken heerlijker zal zijn dan dat wij kunnen ons kunnen voorstellen of durven vermoeden. Zoals 1 Kor. 2:9 ook zegt: “Maar gelijk geschreven is: Hetgeen het oog niet heeft gezien, en het oor niet heeft gehoord, en in het hart des mensen niet is opgeklommen, hetgeen God bereid heeft dien, die Hem liefhebben.” Nu is het ook waar, zoals Paulus in het vers daarop zegt, dat God het ons geopenbaard heeft door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods. Maar dat neemt niet weg dat de nieuwe werkelijkheid die God gaat maken bij ons geen adequaat en toereikend woord- en beeldmateriaal vindt om het uit te beelden. Zodoende wordt door de hele Bijbel heen ons een toekomstbeeld getekend aan de hand van, op voorhand, te beperkte beelden. De essentie van het toekomstbeeld is duidelijk: er is in de toekomst eeuwig leven, zonde en zondaren worden definitief buitengesloten uit Gods heerlijke werkelijkheid. Dat lezen we al in Jesaja 25:8: “Hij zal de dood verslinden tot overwinning.”
Jes. 65 tekent die toekomst aan de hand van het beeld van een in ruimte en tijd beperkte zegen, vergroot deze uit en laat deze model staan voor Gods uiteindelijke verlossing. Bij wijze van voorbeeld wordt in Jes. 65:20 in vier gevallen geschetst hoe de onverwachte en onverbiddelijke dood als gesel van het mensdom, het volk van Jeruzalem niet langer zal treffen. 1. De zuigelingensterfte zal voorbij zijn (die was in vroeger tijden erg hoog!); 2. Ook oudere mensen zullen niet sterven voordat ze op hoge leeftijd zijn gekomen (iemand van 40-50 jaar werd toen al gezien als oud, als je 70 of 80 werd was je als stokoud, laat staan als iemand 100 werd). 3. Ja zelfs als een 100-jarige sterft zal die nog beschouwd worden als een jonge man. 4. Ook een zondaar die eigenlijk jong behoort te sterven, zal pas als 100-jarige door de vloek getroffen worden. En in vers 22 wordt dan nog gezegd dat de dagen van de Gods volk zullen zijn als de dagen van een boom.
In dit beeld van de nieuwe hemel en aarde is de dood sterk teruggedrongen, maar lijkt ze nog niet geheel overwonnen. Maar is het daarmee in tegenspraak met Op. 21:4? Ik denk het niet. Jes. 65 tekent de teruggedrongen dood in een beperkt beeld. De volle realiteit daarvan zal zijn dat de dood er helemaal niet meer is.
Er wordt, vanwege het ‘verschil’ tussen Jes. 65 en Op. 21, door Bijbellezers ook wel geconcludeerd dat Jesaja 65 spreekt over een voorfase van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, die door sommigen verwacht wordt in een voorafgaand duizendjarig rijk. Ik versta Jes. 65 niet op die manier, zoals je merkt.
Dr. J. Hoek schrijft in zijn boek “Hoop op God” op blz. 117 de voor mij waardevolle regels die ik graag doorgeef: “Deze profetische woorden vragen in de eerste plaats om een ontvankelijk hart. De beelden mogen als beelden blijven staan en ons zo vertrouwen inboezemen in de plannen van God voor een heilrijke toekomst. We behoeven niet gepreoccupeerd te zijn door de vragen ‘hoe en wanneer God het doet’, maar mogen ons laten inspireren door het beeldrijk uitgedrukte vertrouwen ‘dat God het doet’. Aan de woorden van de profeet te ontlenen dat dit alles letterlijk in vervulling zal gaan tijdens een (duizendjarig?) vrederijk op aarde, doet geen recht aan de eigenaardigheid van het profetische spreken. God kan zeker wel hier en daar, soms en even, een voorschot hierop geven in de geschiedenis. Maar de wijze waarop in Openbaring 21:1-5 gezinspeeld wordt op Jesaja 65 maakt duidelijk dat de verwachting van een totale herschepping niet anders is dan een explicitering van de diepste intenties van deze profetie.”
De belangrijkste vraag voor jou en mij is ondertussen niet: weten we alles over het komende Koninkrijk, maar kennen we de komende Koning en verwachten we Hem? Als Jezus Christus de onze is geworden in de weg van geloof en bekering delen wij vandaag al in een heil dat de Geest ons heeft geopenbaard, maar dat evengoed ons verstaan en denken volledig te boven gaat.
Ds. A. de Lange,
Nieuw-Lekkerland
Lees ook: 'Jongeling zal als honderdjarige sterven'
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. de Lange
- Geboortedatum:06-03-1960
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Nieuw-Lekkerland
- Status:Actief