Het houden van burgerlijke wetten uit OT

Ds. A. van der Zwan | Geen reacties | 06-10-2017| 09:29

Vraag

Ik zelf vind het moeilijk wat er wel en niet geldt wat wetten betreft in het Oude Testament en ik heb ook gezocht op deze site maar niet echt het antwoord gevonden. Mijn vraag is of de wetten uit de Thoraboeken van Mozes alleen voor de joden waren of voor iedereen die in God geloofde. Ik weet niet precies hoe het er staat, maar volgens mij is de wet afgedaan. Maar waarom halen wij refo’s dan -als het om rok/broek gaat- wel de tekst uit Deuteronomium dat de vrouw geen mannenkleding zal dragen en waarom niet de wet uit Leviticus 19:27: “Gij zult de hoeken uws hoofds niet rond afscheren; ook zult gij de hoeken uws baards niet verderven.” Als ik het goed begrijp zijn er zelfs gemeenten waar dominees geen baard mogen hebben. Dat is dan toch pure verloochening van wat er in de Bijbel staat? Ik hoop op een eerlijk antwoord.


Antwoord

Je vraag gaat over een onderwerp waar nogal verschillend over gedacht wordt. Ik zal proberen kort en bondig antwoord te geven. In de reformatorische theologie heeft men de wetten die we in het Oude Testament tegenkomen altijd verdeeld in drie categorieën: 1. Burgerlijke wetten, zoals bijvoorbeeld de voorschriften met betrekking tot de vrijsteden (Num. 35) en ook de wetten over eten en drinken en gezondheidszorg (Lev. 11-15). 2. Ceremoniële wetten, zoals bijvoorbeeld de offerwetten (bijv. Lev. 1-7). 3. Zedelijke wetten, zoals we die vinden in de Tien Geboden (Ex. 20 en Deut. 5). 

Van de laatste twee categorieën moeten we in het licht van het Nieuwe Testament zeggen dat ze in en door Christus vervuld zijn, zij het op verschillende wijze. De ceremoniële wetten zijn door Zijn ene offer voor eens en voor altijd overbodig geworden. Sinds Zijn bloed vloeide op Golgotha, hoeft er voor de verzoening en de omgang met God geen bloed meer te vloeien. Vandaar geen besnijdenis, geen Pascha en geen tempel met offerdienst meer. Wat de zedelijke wetten betreft, geldt daarvoor ook dat de Heere Jezus die heeft vervuld, zoals Hij Zelf ook aangeeft in Mat. 5:17, waar Hij in de Bergrede een bespreking geeft van de Tien Geboden. De vervulling van die geboden, zoals die gestalte heeft gekregen in de volmaakte gehoorzaamheid van de Zoon van God, betekent echter niet dat Gods Wet voor de gelovigen geen betekenis meer heeft. De Wet is voor hen een leefregel van de dankbaarheid geworden. Ze verdienen niets met de onderhouding van de geboden, maar ze leren wel bidden: Gun, door 't geloof in Christus, krachten, om die te doen uit dankbaarheid. 

Dan rest er alleen nog de categorie 'burgerlijke wetten', waarover je vraag ging. In het algemeen kun je daarvan zeggen dat die burgerlijke wetten speciaal aan Israël gegeven zijn om hen te midden van de heidense volken in alle opzichten een aparte status te geven. Het spreekt voor zich dat de strekking van al die wetten wel tot heil van het volksleven van Israël is geweest en in die zin liggen er ook aanwijzingen in voor een (gezond) leven van iemand die in de Nieuwe Bedeling leeft. We hebben echter niet meer de plicht -zoals Israël die wel had- om ze strikt en stipt na te leven. Hoe ik dat weet? Dat zegt Gods Woord op meerdere momenten. Aan Petrus wordt duidelijk gemaakt dat hij dingen kan eten die vroeger voor onrein golden (Hand. 10:9v.). En Paulus zegt in Kol. 2:16 dat christenen zich vrijer mogen opstellen dan de Joden vroeger als het gaat om dingen als eten en drinken en feestdagen. De apostel zegt er in het volgende vers trouwens bij, dat die dingen “een schaduw van de toekomende dingen” geweest zijn. Dus dat we die voorschriften uit het Oude Testament niet of minder nauwgezet onderhouden is niet persé eigenwijs, maar uitvloeisel van de vrijheid van de christen die leeft uit de volheid van Christus. 

Tenslotte stel je een vraag over twee specifieke wetten uit de Thora, waarvan je het gevoel hebt dat er willekeurig mee omgegaan wordt. Het dragen van mannenkleding door vrouwen wordt door ons afgekeurd, met een beroep op Deuteronomium 22:5. En het afscheren van de baard vinden veel ‘refo’s’ juist een bewijs van rechtzinnigheid, terwijl dat in  Leviticus 19 vers 27 wordt verboden.

Nu ben ik van mening dat het onderscheid maken tussen mannen en vrouwen qua kleding niet in de eerste plaats terug te voeren is op Deuteronomium 22. Ik zie dat veel breder, namelijk als een uitvloeisel van de wijze waarop God man en vrouw met hun eigen, verschillende plek en roeping geschapen heeft, zie Genesis 1 en 2. Dat lijkt mij een beter en breder draagvlak voor het verdedigen van het verschil in mannen- en vrouwenkleding, dan één tekst uit de burgerlijke wetten van Israël.

En wat de baarden- (en snorren)kwestie betreft, is de huidige opvatting binnen de gereformeerde gezindte volgens mij meer een zaak van mode dan van principe. Het wonderlijke is dat juist in die sectoren van het kerkelijk leven, waar de geschriften van onze ‘oudvaders’ hoog in het vaandel staan, het meest gestreden wordt tegen het dragen van baarden en/of snorren. Wonderlijk, als je vervolgens de portretten van predikanten uit de tijd van de Dordtse Synode bekijkt: praktisch allemaal dragen ze een baard... En achttiende eeuwse oudvaders als Comrie deinsden zelfs niet terug voor het dragen van een –modieuze- pruik. Nogmaals: volgens mij meer mode dan principe. En daarom acht ik het ook onjuist dat men van dit soort ondergeschikte zaken een principekwestie maakt.

Ds. A. van der Zwan

Dit artikel is beantwoord door

Ds. A. van der Zwan

  • Geboortedatum:
    27-02-1972
  • Kerkelijke gezindte:
    Christelijk Gereformeerd
  • Woon/standplaats:
    Dordrecht-Centrum
  • Status:
    Actief
30 artikelen
Ds. A. van der Zwan

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Terug in de tijd

Walgen van jezelf (2)

Aan ds. Van Rossem. Hartelijk dank voor het beantwoorden van mijn vraag. Ik snap nu dat ik moet walgen van mijzelf. Ik heb een laag/erg negatief zelfbeeld, dus waarschijnlijk vergemakkelijkt dit die w...
4 reacties
05-10-2010

Verschil in verbondsopvatting

Is er een verschil tussen de verbondsopvatting (genadeverbond) van Johannes Calvijn (de lijn van de Reformatie) en bijvoorbeeld Wilhelmus a Brakel, Thomas Boston of Alexander Comrie (Nadere Reformatie...
Geen reacties
05-10-2007

Bijzondere ervaring

Aan iemand van de Ger. Gem. Moet er om tot het geloof te komen iets bijzonders gebeuren? Of is er al iets heel bijzonders gebeurd toen Jezus aan het kruis stierf voor zondaren? Is alleen dat werk geno...
3 reacties
05-10-2013
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering