Het pascha continueren
Ds. J.L. Schreuders | Geen reacties | 13-10-2016| 10:32
Vraag
Ik vraag me af met welk Schriftgedeelte ik in de knoop zou komen als ik strikt, Bijbels, geloof dat de Heere Jezus in de nacht waarin Hij verraden werd, het Pascha continueerde en verrijkte met (voor de nog komende tijd) de gedachtenis aan Hem. Hét Lam, hét Bloed, hét Brood. Allemaal elementen van Pascha. Zijn jongens waren Joodse mannen en bekend met Gods inzettingen, waaronder het Pascha.
Eigenlijk vraag ik me af wat er níet Pascha was tussen het moment van zeg maar de man met de kruik op zijn hoofd tot het moment dat zij de lofzang zongen en uitgingen naar de Olijfberg. Waarom zouden de discipelen deze avond het idee gehad moeten hebben dat Christus iets nieuws ingesteld had in de zin van een nieuwe rite of ritueel of symbool? Alles was toch al eeuwen lang voorhanden? Ze hoefden ‘alleen nog maar’ het onderwerp van hun gedenken aan te passen, namelijk het Offer, Gods Zoon. Mijn vraag is dus echt: met welk Schriftgedeelte kom ik bij deze gedachte in de knoop?
Antwoord
Beste vragensteller,
De achtergrond van je vraag is mij niet helemaal goed duidelijk. Wil jij het pascha continueren omdat Jezus dat alleen maar zou hebben verrijkt met de gedachtenis aan Hem? Dan kom je zonder meer in conflict met de in het NT doorlopende gedachte, dat de bloedstortingen (ook het paaslam) met de komst van Christus een einde hebben genomen. Wie nu nog een paaslam gaat slachten verloochent daarmee het enige offer van Christus. Zie maar alleen de brief aan de Hebreeën, maar ook wat Paulus in Galaten schrijft.
Vraag je mij zonder deze achtergrond wat niet pascha was, hetgeen Jezus uitrichtte in de nacht voor welke Hij verraden werd, dan antwoord ik: het is inderdaad het gehele pascha geweest, maar zeker daarbij ook nog de instellingswoorden, die niet bij het pascha behoorden: “Dit is Mijn lichaam” bij het breken van het brood en “Dit is Mijn bloed” bij het nemen van de drinkbeker. Dat laatste was geen pascha. En juist van die zaken geldt: “Doe dat tot Mijn gedachtenis en totdat Ik kom.” Jezus heeft Zijn discipelen niet opgedragen het pascha te blijven eten, maar het brood te breken en de wijn te drinken. De rest is in Christus vervuld want Paulus schrijft in 1 Kor 5: “Ons pascha is voor ons geslacht en dat is Christus.”
Wij lezen dan ook, dat de apostelen bijeen waren in de breking des broods, los van het pascha! En dat terwijl wij nergens lezen dat zij na Golgotha het pascha nog hebben gevierd. In elk geval hebben zij die viering aan de heidenen, die tot geloof kwamen, niet opgelegd. Paulus zou er tegen fulmineren als wij dat nu wel nog zouden doen. “Wie heeft u betoverd”... (Galaten 3:1).
Hartelijk dank voor de gestelde vraag.
Ds. J. L. Schreuders, Urk
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.L. Schreuders
- Geboortedatum:24-08-1957
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Boven-Hardinxveld
- Status:Actief