Inlegkunde of het uitleggen van de Bijbel
Ds. C.G. Vreugdenhil | 86 reacties | 25-02-2016| 14:59
Vraag
Vraag aan een dominee uit de Gereformeerde Gemeenten. In de prediking worden soms uitspraken uit de Heilige Schrift op een andere manier gebruikt om iets aan te geven.
Voorbeelden: Mattheus 27:20-23: “Maar de overpriesters en de ouderlingen hebben den scharen aangeraden, dat zij zouden Bar-abbas begeren, en Jezus doden. 21 En de stadhouder, antwoordende, zeide tot hen: Welken van deze twee wilt gij, dat ik u zal loslaten? En zij zeiden: Bar-abbas. 22 Pilatus zeide tot hen: Wat zal ik dan doen met Jezus, Die genaamd wordt Christus? Zij zeiden allen tot hem: Laat Hem gekruisigd worden. 23 Doch de stadhouder zeide: Wat heeft Hij dan kwaads gedaan? En zij riepen te meer, zeggende: Laat Hem gekruisigd worden!” Men zegt tijdens de preek: “Zegt u met Pilatus: wat moet ik met Jezus doen?”, waarbij men dan doelt op een mens voor wie Christus (nog) geen waarde heeft, doordat die mens onbekeerd is/gebrek aan ellendekennis heeft. Pilatus bedoelde echter met deze uitspraak: wat moet ik met deze naar mijn mening onschuldige jood Jezus doen? Voor een menigte die schreeuwde: kruist Hem!
Een ander voorbeeld: Lukas 5:3-5: “En Hij ging in een van die schepen, hetwelk van Simon was, en bad hem, dat hij een weinig van het land afstak; en nederzittende, leerde Hij de scharen uit het schip. 4 En als Hij afliet van spreken, zeide Hij tot Simon: Steek af naar de diepte, en werp uw netten uit om te vangen. 5 En Simon antwoordde en zeide tot Hem: Meester, wij hebben den gehelen nacht over gearbeid, en niet gevangen; doch op Uw woord zal ik het net uitwerpen.” De uitspraak “steek af naar de diepte” wordt soms gebruikt om te zeggen dat een predikant 'naar de diepte' moet afsteken, dus bevindelijk hoort uit te leggen hoe God werkt in Zijn uitverkorenen en de gangen en wegen hoort te preken die God met Zijn volk gaat, terwijl de uitspraak in een totaal ander verband gedaan is, zoals in de tekst te lezen is.
Nu zijn de zaken waar men op wijst met dergelijke uitspraken op zich niet verkeerd mijns inziens, maar ik vraag me af of je een tekst of uitspraak als dezen mag gebruiken om er feitelijk een andere betekenis aan te geven? Is dit vergeestelijking? Hoe ver mag en kun je gaan? Ik houd in mijn achterhoofd dat de Bijbel een geestelijk boek is en dat er een verschil is tussen ergens een geestelijke betekenis in leggen (inlegkunde) en het uitleggen van de Bijbel. Een jongeman.
Antwoord
Dag jongeman,
Je vraag is duidelijk. We mogen niet aan inlegkunde doen, wel aan uitlegkunde. Daarmee is gezegd dat de twee voorbeelden die je noemt eigenlijk niet kunnen. Het eerste voorbeeld is zeer ongepast. Het gaat er ook niet om wat wij met Jezus moeten doen, maar wat Jezus met ons wil doen.
Dat “afsteken naar de diepte” is door Jezus letterlijk bedoeld. Vaak wordt deze uitdrukking figuurlijk gebruikt. Op zich hoef je daar geen bezwaar tegen te hebben als duidelijk is dat dit niet de letterlijke bedoeling van Jezus was maar dat dit tot een soort vaste uitdrukking is geworden om een bepaalde geestelijke zaak aan te duiden. Als maar duidelijk is dat je een oneigenlijk gebruik maakt van deze uitdrukking. Zo kunnen wij ook wel eens zeggen: “Wat is dat een valse Judas” terwijl we weten dat het niet om de Bijbelse Judas gaat maar om iemand anders in je leefomgeving.
Ik hoop dat mijn antwoord duidelijk is en dat jij een Israëliet bent in welke geen bedrog is.
Ds. C. G. Vreugdenhil
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C.G. Vreugdenhil
- Geboortedatum:02-04-1946
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Houten
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Vreugdenhil schreef op 7 oktober 2024 zijn laatste bijdrage voor de vragenrubriek van Refoweb. Vanaf van het begin, nu bijna 25 jaar geleden, is deze broeder aan Refoweb verbonden geweest. Hij schrijft: "Ik ben nu 78 jaar en moet mijn werkbelasting verminderen. Ik heb altijd graag meegewerkt, maar nu ga ik ermee stoppen." Het langstdienende panellid van Refoweb neemt hiermee afscheid na 231 vragen en antwoorden. De redactie van Refoweb zegt hem voor dit alles hartelijk dank en wenst hem nog veel gezegende en vruchtbare jaren toe bij het werk in Gods Koninkrijk.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen enkele theoloog zal ik ooit nog willen horen... Immers niet conform de bijbel!
Ik ga wel drie keer per week haar een dienst. Twee op zondag en een door de week.
Ik weet, dat de Heere hen trekt, die het echt willen.
Helaassss het gros wil niet... 2 tim 4,3-4.
Wenden hun oren af vd Waarheid.
Willens en wetens dus....
Je schrijft:
BGT Jeremia 31: 35 De Heer zegt: ‘Ik heb de zon gemaakt om overdag licht te geven. Ik heb de maan en de sterren gemaakt om ’s nachts licht te geven. Ik laat het stormen op zee, ik zorg voor hoge golven. Mijn naam is: Machtige Heer.36 Ik heb de tijden van dag en nacht bepaald, en de plaats van het land en de zee. Het zal altijd zo blijven. NET ZO ZAL ISRAËL VOOR ALTIJD MIJN VOLK BLIJVEN. 37 Nooit zal iemand de hemel kunnen meten, of kunnen onderzoeken hoe ik de aarde gemaakt heb. En nooit zal ik mijn volk Israël wegdoen, ook al hebben ze veel slechte dingen gedaan!’
De NBG51 vertaalt de grondtekst beter: vers 36: Als deze verordeningen voor mijn ogen zullen wankelen, luidt het woord des Heren, dan zal ook het nageslacht van Israël ophouden al de dagen EEN volk te zijn voor mijn ogen.
Luister eens wat de Schrift nog meer te zeggen heeft.
2 Koningen 17:19-23
19 Ook Juda heeft de geboden van de HERE, zijn God, niet onderhouden, maar gewandeld naar de inzettingen die Israël had ingesteld.
20 DAAROM VERWIERP DE HERE HET GEHELE GESLACHT VAN ISRAËL. Hij vernederde hen en gaf hen over in de macht van plunderaars, TOTDAT HIJ HEN VAN ZIJN AANGEZICHT HAD WEGGEWORPEN. 21 Toen Hij Israël losgescheurd had van het huis van David, en zij Jerobeam, de zoon van Nebat, tot koning hadden gemaakt, had Jerobeam Israël van de HERE afgetrokken en hen grote zonde doen bedrijven, 22 zodat de Israëlieten wandelden in al de zonden die Jerobeam begaan had; zij weken daarvan niet af, 23 TOTDAT DE HERE ISRAËL VAN VOOR ZIJN AANGEZICHT VERWIJDERDE, ZOALS HIJ GESPROKEN HAD DOOR AL ZIJN KNECHTEN, DE PROFETEN. EN ISRAËL WERD UIT ZIJN LAND IN BALLINGSCHAP WEGGEVOERD NAAR ASSUR, TOT OP DE HUIDIGE DAG. (Ze zijn nooit meer teruggekomen!)
Jesaja 48:8-11 (Jesaja leefde in JUDA ten tijde van het in ballingschap gaan van Israël, het tienstammenrijk in 722 voor Chr.)
8 Gij hebt noch gehoord noch geweten noch heeft zich vanouds uw oor geopend, want Ik wist, dat gij zeer trouweloos zijt en een overtreder heet van de moederschoot aan. 9 OM MIJNS NAAMS WIL VERTRAAG IK MIJN TOORN, TER WILLE VAN MIJN LOF BEDWING IK MIJ, U TEN GOEDE, OM U NIET UIT TE ROEIEN. 10 Zie, Ik heb u gelouterd, doch niet als zilver; Ik heb u beproefd in de smeltoven der ellende. 11 OM MIJNENTWIL, OM MIJNENTWIL DOE IK HET, HOE GROOT OOK DE ONTWIJDING IS; MIJN EER GEEF IK AAN GEEN ANDER. (De Messias moest immers geboren worden uit de stam Juda)
Je stuurt een link mee en ik vraag mij af waarom je niet luistert naar de uitleg van de twee verbonden zoals de Bijbel dat zegt? Ga nooit op zoek naar leraren die je oren strelen en zoek geen leraren die alleen jouw visie of gevoel bevestigen. Lees bijvoorbeeld Gal. 4:21-31 en vraag je af wat Gods Woord hiermee bedoelt.
Als je objectief wilt zijn, zoek dan de teksten die het tegendeel (lijken te) bewijzen en vergelijk Schrift met Schrift.
Let ook op wat de Schrift zegt over Israël. Is dat het tienstammenrijk; is dat het Israël, dat nooit meer is teruggekomen uit de ballingschap? Is het misschien Israël inclusief het tweestammenrijk? Is dat het Israël waarvan God zegt dat slechts een rest behouden zal worden? Is dat het Israël Gods? Niet allen die van Israël afstammen, zijn Israël (Rom. 9:6; Joh. 8:44).
Elke theorie kun je dichttimmeren met Bijbelteksten, dat zegt helemaal niets.
kZou zeggen: kom naar het forum, daar is een topic over de vervangingsleer.