Jezus zien
R. J. Jansen | Geen reacties | 28-03-2014| 11:03
Vraag
Wat betekent de uitdrukking: "Jezus zien?" Er wordt wel eens gezegd dat we God de Vader niet kunnen zien, maar dat we Zijn Zoon wel kunnen zien. Wat moet ik me daarbij voorstellen? Hoe kunnen wij Hem, de Onzichtbare, ooit zien in dit aardse leven?
Antwoord
Beste vriend(in),
Je stelt een belangrijke vraag. Op deze vraag moet je een antwoord hebben. Niet alleen een antwoord van mij, maar een antwoord van de hemel. Zodat je niet alleen begrijpt wat het is, maar ook daadwerkelijk op Christus ziet. Want als je in je leven mag zien op Jezus, dan mag je het straks eeuwig doen. Er is geen grotere vreugde voor te stellen dan te zien op Jezus. Al Gods kinderen weten in hun leven van momenten dat zij op Jezus mochten zien. Dat waren de beste tijden van hun leven. Als ze Hem niet meer zien, verlangen ze terug naar die dagen toen Hij schitterde in hun ogen. Het is een vreugde die de wereld niet kent. Een schat van vrede en blijdschap in God, Die gezien wordt als Hij de ogen van de blinde opent.
Het zien op Christus is een bijbelse uitdrukking. Een beeldspraak die veelvuldig voorkomt. Zoek maar eens in een concordantie (op internet) op woorden als zien, aanschouwen. Dan kun je al die teksten eens overdenken om de verbanden op te merken.
Nergens bedoelt de Schrift dat een christen met zijn lichamelijke ogen de Heere Jezus ziet. Ook is geen inbeelding of voorstelling van de menselijke geest bedoeld. Dromen en visioenen brengen een mens niet in het Koninkrijk van God. Er zijn mensen die in dromen en visioenen van alles hebben gezien, maar nog nooit in de bijbelse zin op Jezus hebben gezien.
Het zien op Jezus is een bijbelse beeldspraak. Een beeldspraak van het geloof waarmee een mens de zaligheid ontvangt die God hem openbaart. Nee, dat geloof en die openbaring zijn niet goed te onderscheiden, niet los te maken. Toen God zei: “er zij licht”, was er licht. Toen Jezus zei: “wordt ziende”, zag de blinde. Het is God die Christus openbaart en de blinde ziet en bewondert de schatten van het Evangelie. Het zien is dus door de Heere gewerkt. Hij schenkt de blinde het lieflijk licht. Hij opent de gesloten ogen. Maar dan zie je ook wat! Dan zie je Jezus Christus. Dan zie je de heerlijkheid van Zijn persoon. Dan zie je de volkomenheid van Zijn werk. Dan zie je de waarde van Zijn bloed. Dan zie je al de schatten die Hij verworven heeft. Door het geloof. Dan is er rust, dan is er vrede en blijdschap in God.
Waar zie je Hem dan? In het Woord. Daar openbaart God Zijn Zoon. Als je het leest, als het gepreekt wordt... en je voor het eerst of opnieuw ziet dat God Zijn Zoon in de wereld zond om zondaren zalig te maken, of ziet dat het bloed van Christus reinigt van alle zonden, of ziet dat door de opstanding van Christus de dood overwonnen is, of ziet dat Christus als de Hogepriester in de hemel is, of ziet dat Hij voor mij verwierf dat ik de Heere Vader mag noemen. Ik noem diverse aspecten omdat de Heere ook steeds wat anders laat zien. De Heere Jezus is als een diamant. Met vele vlakken. En steeds valt er licht op een ander vlak en zie je meer van de schoonheid van die diamant. Zo is Christus de Diamant die in Zijn geboorte, lijden, sterven, opstaan en hemelvaart door God geslepen is. En de Heere laat voor het oog van het geloof licht vallen op een ander aspect van Christus’ werk. Zodat dat gaat oplichten. En zodat ik geloof dat Hij ook voor mij gekomen is, ook voor mij geleden heeft, ook voor mij... ook voor mij...! Dan is er vrede in je hart en geloofsovergave aan Christus. Dan weet je (opnieuw) zeker: “Ik ben van Christus, voor tijd en eeuwigheid” (zie HC Zondag 1). Dan bekeer je je van je zonden, dan verbreekt al je hoogmoed, dan verbreekt je hart in droefheid over de zonde. Want zien op Christus heeft altijd tot gevolg het komen tot Christus. Daar kan ik nu niet te breed op ingaan, maar dat is ook zo’n bijbelse beeldspraak. Het ‘komen’ gaat meer om de reactie op het zien. Gods openbaart Christus en ik ontvang Hem. Ik geef mij over, ik geloof, ik bewonder Hem, ik heb Hem lief. Maar altijd omdat “God in onze harten geschenen heeft om te geven verlichting van de kennis van de heerlijkheid van God in Christus” (zie 2 Kor. 4:6).
Als de Heere je ogen opent en licht geeft, valt er ook altijd licht op wie jezelf bent. Meestal is dat het eerste. Dat je wordt gesteld in het licht van Gods majesteit. Daar valt Paulus van zijn paard. Daar ligt de zondaar op de grond. Met alles ondersteboven. Alleen maar schuld. Alleen maar blindheid. Alleen maar duisternis.. .en maar roepen als de blinde aan de weg: “Zone Davids ontferm U mijner!” Roepen omdat je één ding weet: als Jezus Zich niet ontfermt ben ik verloren. Maar bij dat duisternis-ontdekkende licht laat de Heere het echt niet bij, zo is Hij niet. Waar het licht van Zijn troon je ontdekt aan je verdorvenheid en schuld, daar gaat Hij een ander licht ontsteken in de kennis van Christus.
Dit openbaren van Jezus is een werk van God. Een wonder. En het wordt steeds opnieuw als een wonder beleefd. Omdat de Heere het licht ontsteekt, waar bij mij alles duister is. Als ik niet meer weet hoe uit het duister te komen. Als ik niets anders zie dan mijn eigen onreinheid, onwaardigheid en onbekeerlijkheid. Waar ik zie en voor God belijd “de duisternis liever te hebben gehad dan het licht.” Daar zegt de Heere: “Zie het Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt” (Joh. 1:29). Daar ontsteekt de Heere Zijn licht voor goddelozen. En dat is zo’n ontzaglijk wonder als dat licht je gaat bestralen en je op Christus mag zien. Zijn heerlijkheid mag zien. En in Hem de Vader mag zien. Als je als het ware achter Christus de Heere ziet. Die God die op mij vertoornd was... God Die rechtvaardig zou zijn als Hij me voor eeuwig in mijn blindheid zou laten... Die God heeft Christus geopenbaard. Die God heeft Zijn Zoon gegeven. Dan is er vrede met God, door Christus. Met God verzoend, door de Zoon Die Hij gaf en Die Hij ook mij gegeven heeft!
Beste vriend(in), rust niet voordat je mag zien op Jezus. Roep Zijn Naam aan. Als Barthimeus langs de weg. “Zone Davids ontferm U mijner!” Belijd Hem dat je blind bent. En dat je door eigen schuld al zo lang blind gebleven bent... En rust niet voordat Hij je ogen opent en je Hem mag aanschouwen in het Woord.
Laat je niet bedriegen. Er zijn zoveel mensen die denken een christen te zijn, maar die niet kunnen aanwijzen in hun leven wanneer zij op Christus zagen. Dat is nodig. Eens en steeds weer. Dat de hemel als het ware opengaat en God opnieuw hemels licht laat vallen op Zijn Woord. Zodat je op Christus ziet. Daar opent Hij Zijn hart. “Gij hebt Mij het hart genomen met één van uw ogen.” Dan mag je Zijn stem horen, dan spreekt Hij met je van hart tot hart... door het Woord. Om steeds meer te zien van Zijn schoonheid. En Hem straks eeuwig te zien van aangezicht tot aangezicht. Hem te zien zoals Hij is. “Hun blijdschap zal dan onbepaald, door ’t licht dat van Zijn aanzicht straalt, ten hoogsten toppunt stijgen.”
Er zou nog veel meer te schrijven zijn over dit wonderlijke zien op Jezus. Als het je nog niet helder is, of mijn antwoord misschien wel meer vragen oproept, dan mag je via de redactie contact opnemen.
Ontvang een hartelijke groet van
Kand. R. J. Jansen, Tholen
Dit artikel is beantwoord door
R. J. Jansen
- Geboortedatum:04-02-1987
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Scherpenisse
- Status:Inactief