Vervulling profetie uit Ezechiël 40
Ds. W.G. Hulsman | Geen reacties | 10-03-2011| 08:40
Vraag
Naar aanleiding van dit antwoord over Ezechiël heb ik toch nog een vraag. Ds. Hulsman eindigt zijn antwoord met de opmerking dat de profetie uit Ezechiël 40 en verdere hoofdstukken zijn diepste vervulling krijgt in het einde der tijden. Maar waarom wordt er dan zo uitvoerig stilgestaan bij de offers? Die horen toch bij het Oude Testament? Ik heb de hoofdstukken pas gelezen en ik kom er niet uit. De offers wijzen enerzijds naar iets oudtestamentisch en daarmee vooruit naar de Heere Jezus. Maar ze zijn zo nadrukkelijk en uitvoerig beschreven dat het mij bijzonder lijkt als het allemaal symbolisch is. Anderzijds klopt de beschrijving van de tempel niet met de herbouwde tempel en dus lijkt het iets te zijn wat nog moet komen. Maar bij wat nog komen moeten, horen geen offers meer, omdat de offerdienst ten volle in Christus is vervuld, toch? Hoe moet ik het nu toch lezen?
Antwoord
Mijns inziens zijn er twee mogelijkheden: In de eerste plaats, dat het gaat om de geestelijke vervulling van iets dat met oudtestamentische aanduidingen is beschreven. Het kan ook zijn, dat heel de beschrijving meer letterlijk genomen moet worden. En dat de offers gebracht zullen worden als een herinnering aan het offer van Christus.
Als je er meer van wilt weten, dan kan ds. Van de Herik uit Moerkapelle je misschien verder helpen. Hij is bezig met een studie over dit Bijbelgedeelte.
Hartelijke groet,
Ds. W. G. Hulsman
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W.G. Hulsman
- Geboortedatum:08-11-1956
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus