Vijandschap bij evangeliseren
Veluwse Kerkbode (HHK Putten) | 10 reacties | 11-06-2020 | 09:24
Onlangs was ik in een klein stadje, samen met een vrouw om te evangeliseren. Nadat we een hoofdstuk uit de Bijbel hadden gelezen en gebeden hadden, gingen we met z’n tweeën de straat op. Er gebeurde voor onze waarneming niets. Alleen negatieve dingen.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Sommige mensen negeerden ons. We stonden achter een klein muurtje aan de rand van een grote parkeerplaats. We konden ’s ochtends een paar folders uitdelen en verder was het vooral afwijzing. De vrouw die met mij mee was zei: ‘Is dit ook evangeliseren?’ We voelden ons voor de mensen belachelijk en niet meer van deze tijd. Blikken vol vijandschap werden ons toegeworpen.
’s Middags ging deze vrouw naar huis en kwam een man mij helpen. We gaan in deze corona-tijd bewust met hele kleine groepjes evangeliseren. Na een zware moedeloze ochtend, gingen we weer de straat op. En toen mocht ik Bijbels uitdelen en aan jonge mensen het Evangelie uitleggen. Er was een meisje dat bij me kwam met veel vragen over het geloof. En twee jongens, waarvan de ene iets wist van het geloof en zijn vriend helemaal niets. Ze namen een Bijbel mee en beloofden er zeker in te zullen lezen. Ik had verschillende Bijbels uitgedeeld en aan ongeveer zes jonge mensen het Evangelie uitgelegd. Ik was overal gezien en bij sommige mensen was de vijandschap groter geworden.
Toen het bijna tijd was om naar huis te gaan tikte er een BOA op mijn schouder. ‘Wat bent u aan het doen meneer?’ Ik zei: ‘Ik deel een folder uit en als mensen het willen geef ik hen een Bijbel mee’. De BOA vroeg of ik daarvoor vergunning had. Ik zei: ‘Ja, want dit mag iedereen in Nederland doen, dat is bepaald in de grondwet’. ‘In welk artikel staat dat?’ vroeg de agent. Ik zei dat ik dat niet wist, maar dat ik zeker weet dat het er staat. En dat ik het hem kon laten zien als ik weer kwam. Ik vroeg hem waarom hij mij hierover aansprak. Hij zei: ‘U valt mensen lastig en daar ben ik over opgebeld’. ‘Dat is een leugen’, zei ik. ‘Ik heb bewust iedereen vriendelijk benaderd en een fijne dag toegewenst’. ‘Nou’, zei de agent, ‘men heeft gezien dat u te dicht bij andere mensen liep’. Ik vroeg hem om eens in de straat te kijken, die wemelde van de mensen. Het zou kunnen dat ik bij het passeren niet altijd de anderhalve meter heb gehaald. Ik vroeg of hij me hier een bekeuring voor wilde geven. Hij ontkende dat en ik kreeg ook geen waarschuwing. Wel wilde hij mijn identiteit opschrijven. Die gaf ik hem.
Het was een jonge BOA en hij was niet zo groot. Er kwamen twee jonge mannen bij ons staan met een niet-Nederlandse achtergrond. Ze begonnen te schelden tegen de BOA, ze zeiden dat hij zich moest schamen om tegen zulke mensen wel te durven, die Bijbels uitdeelden op straat. En of hij mij soms wilde bekeuren. Ik kreeg een beetje medelijden met dit agentje. Ik zei tegen deze twee mannen: ‘Ik wil hem een Bijbel geven en ik krijg geen bekeuring van hem’. Toen vonden ze het goed en liepen verder.
Toen werd het voor de BOA ook niet makkelijker. Voor mij trouwens ook niet. Ik vroeg aan hem wat hij eigenlijk wilde. Hij zei: ‘Ik wil dat je stopt en als je hier weer wilt folderen dat je een melding doet bij onze gemeente en u kunt gaan’. Dat was niet erg want het was toch al tijd om te gaan, maar ik zei nog tegen hem: ‘Ik evangeliseer door heel Nederland en van alle BOA’s en polities heb ik altijd gehoord dat ik als Nederlander het recht heb om een folder uit te delen’. ‘Dat kan wel’, zei hij, ‘maar niet meer in onze gemeente. Alleen als u een melding doet’. Dit was al de tweede keer dat mijn ID-kaartnummer opgeschreven werd, met als argument dat ik de mensen lastig viel.
Eigenlijk hebben ze ook wel gelijk, want als je met de Bijbel komt en over de Heere Jezus begint, vinden heel veel mensen je lastig. Ik heb veel nagedacht over wat de mensen Jezus hebben aangedaan. Daar was dit niets bij, maar toch voel je iets van de vijandschap die ze ook tegen Jezus hadden. En als je iets voelt van de vernederingen en vijandschap die Hij onderging, dan ga je alleen maar meer van Hem houden. ’s Morgens onderweg zong ik nog: geen kwaad zal u genaken, de Heer’ zal u bewaken. En ik dacht nog: wat zal er vandaag weer gebeuren, maar besteedde er verder geen aandacht aan. Op de terugweg dacht ik hier weer aan en zei: ‘De Heere is een Waarmaker van Zijn Woord’.
Het is dan ook mooi om te lezen dat ondanks de tegenwerking sommigen toch de bijbel aannamen. Er is immers al blijdschap in de hemel als 1 zondaar zich bekeert!
Evangeliseren doe jij misschien om mensen te bereiken, maar je kérk laat het je vooral doen om je duidelijk te maken dat je in de maatschappij geen plaats meer hebt en je alleen in je gemeente nog wordt geaccepteerd. Het is dus een tactiek om leden aan de gemeente gebonden te houden - ze weten immers wat er buiten de gemeente op hen wacht.
Evangelisatie is bij ons geheel vrijwillig. Heeft niets met angst te maken. Immers de liefde drijft de vrees buiten. Als je als een bang vogeltje tsjilpt wordt je zeker door de kat opgevreten en ben je geheel ongeschikt als evangelist.
Ik ben persoonlijk ook actief als straatwerker voor een evangelisatiepost in Rotterdam en heb ook soms last van intimidatie. De kunst om daarmee om te gaan is niet door je groot te maken, maar door je kwetsbaarheid te tonen. Ik ben op straat al een aantal maal voor een heftige escalatie gespaard gebleven. Vaak omdat er iets gebeurt wat de agressor geheel ontwapend.
Een voorbeeld is dat ik met een aantal islamitische jongeren in gesprek was over het evangelie, toen er eentje een mes uit zijn gordel haalde om me te intimideren. Mijn collega had niets in de gaten en citeerde met stemverheffing deels een man die scheldend uit een naastgelegen verslavingskliniek kwam gelopen, Een bekende.....'M': 'Ik ga niet meer naar dat k**k**-centrum!' Die jongeren waren zo beduusd dat ik mij los kon bewegen en mijn werk kon voortzetten. Ik vertelde het later aan mijn collega, die wat teleurgesteld was over zijn iets minder sierlijke benadering naar M, maar toen viel het voor hem ook op zijn plaats.
Zo mag je in de evangelisatie ervaren dat er een God is die zijn engelen gebied tot bescherming van Zijn knechten.... Met al hun zwakheden.
Waar slaat dat nu weer op? Zo denken moslims ook.
Die keuze van de post begrijp ik gezien de omgeving, heel goed. Ik moet wel zeggen als ik samenwerk met een vrouwelijke collega, dat zij dan vaak ook de meeste gesprekken heeft. Als is dat natuurlijk niet het belangrijkste.
Het is begin Oktober een aantal jaren geleden. De 1e bladeren vallen en ik deed boodschappen in de stad waar mijn schoonouders wonen. Die ochtend waren mijn echtgenote, ikzelf, en mijn schoonouders bij een uitvaart geweest van een relatief jonge vrouw (40) geweest. Een jeugdvriendin van mijn vrouw en mijn schoonouders kennen het gezin goed.
De vrouw had haar leven lang te kampen met ernstige psychische aandoeningen en heeft na 40 jaar leed strijd en pijn zichzelf het leven ontnomen.
Half met gedachten nog bij de gebeurtenissen van die ochtend merkte ik op dat aan de andere kant van het plein een stevig tumult was ontstaan. Dichterbij gekomen herkende ik de broer van de overledene, boos, en dat is zacht uitgedrukt, met aan zijn arm zijn moeder in tranen van diep verdriet. De man van halverwege de 30 die ik die ochtend zo mooi en dapper had horen spreken leek in niets meer op de warme zachtmoedige liefdevolle spreker van die ochtend. De gebruikte krachttermen zal ik hier maar niet herhalen.
Ik zag nog net 2 heren het hazenpad verkiezen. Ik raakte aan de praat met wat omstanders. Wat bleek ? De 2 hazen waren aan het evangeliseren (stroming onbekend) geweest en 1 van hen had de moeder aangesproken en ergens is hij daar begonnen over de zonde van suicide, hel en verdoemenis etc..... Tegen een vrouw en haar oudste zoon die een paar uur daarvoor hun diepgeliefde oudere zus en eerstgeboren kind hadden begraven na haar decenia lang te hebben zien strijden, verloren aan suicide !! De moeder was ,begrijpelijk, totaal gebroken de jongeman had nog beschaafd gevraagt of de heren AUB weg wilden gaan maar dat deden ze niet.
Toen is er iets in de jongeman gebroken hij heeft er 1 tegen de grond gesmeten en de ander een klap op zijn gezicht en een duw gegeven.
De zoon is nooit overtuigd geweest van God of Jezus maar had ook nooit iets tegen mensen die wel geloven en leven met de heer maar WAS altijd respectvol warm open etc. Nu wil hij niets meer weten van God de here Jezus geloof Christendom of religie in welke zin dan ook en is zelfs een actief tegenstander geworden...
Pijnlijk om te zien dat een domme actie, want zo wil ik het toch wel noemen, van iemand die denkelijk even niet goed nadacht over zijn benadering zulke gevolgen kan hebben. De moeder had al pijn vanwege haar dochter en vond het al moeilijk dat haar zoon niet geloofd. U kunt zich voorstellen wat het met haar moet doen dat een domme actie hem nu zelfs een tegenstander van de here heeft gemaakt.
Het ene Woord van de evangelist moet:
1. Als profeet inzicht geven in de ellende van deze schepping en ook voor de persoonlijk schepsels.
2. Wijzen op persoonlijke verzoening in dat zelfde profetische Woord als bij 1 door de toewijzing van de scepter door het bloed van Christus.
3. Op de afhankelijkheid wijzen van de Heilige Geest en de oproep om te bidden, om deze eerste twee ambten te leren. En vanuit de derde te getuigen en het Woord te verspreiden.
Dat behoort in balans gebracht te worden en daar is ook zelfinzicht voor nodig. Als je naar andere kijkt als evangelist, kijk je ten diepste naar wat er in je eigen hart leeft.
Dan is er liefde voor zielen. Geen wijzend vingertje, behalve dan naar je eigen hart. En daardoor de verwondering: als het voor jou nog kan, dan kan het immers voor heel de wereld. Dan is er gunning als evangelist, en geen veroordeling, behalve dan van je eigen hart.
Dan zeg je niet of God is liefde, of jij gaat naar de hel. Het eerste doet geen recht aan het recht. Het tweede doet geen recht aan het Woord. Door zelfinzicht komen deze twee in balans. Dan wordt het één Woord. Wat eenmaal gesproken tweemaal verstaan wordt en de hoorder door inzicht overtuigt van de drie ambten van Christus: Profeet, Priester en ook Koning.
Daar is de werking van de Heilige Geest bij nodig, om dat Woord te kunnen spreken.
En daarom zijn mensen, die alleen maar juichen en rap zijn met de tong, ongeschikt voor het evangelisatiewerk. Ze breken meer dan dat ze helen. Dat is een verschrikking.
Laten we daarom bijveren naar zelfkennis en daardoor groeien in de drieEenheid van het Godswoord.
Dat zal heel wat godonterende ergenissen voorkomen.