De hartenkreet van de potdichte hemel
Ds. L.W. Smelt | Geen reacties | 22-08-2007| 00:00
Vraag
Wat mag/moet ik antwoorden aan iemand die zegt: “Het feit dat ik verloren ga als ik nu sterf, doet me niets meer... Een paar weken geleden kon ik bijna niet verder leven omdat ik daar (teveel) mee bezig was. Ik dacht er over na. Nu kan ik er bijna niet meer over nadenken. Het lijkt wel of God me niets meer kan schelen. Misschien ben ik het zat om de hele tijd God te smeken en vind ik het nu wel eens een keer tijd worden dat God wat doet.”
Antwoord
Ik zoek het antwoord in drie verschillende richtingen. Wellicht kan één van die richtingen jou helpen om met de aan jou geuite hartenkreet om te gaan:
1. De hartenkreet van de potdichte hemel, het geen signaal van God krijgen is hartverscheurend erg. Als God niets van zich laat horen, heb je als mens geen leven en geen toekomst. Dit kan onderdeel zijn van een oordeel van God over onze Nederlandse cultuur in het algemeen en van persoonlijke zonden in zijn of haar familie of persoonlijk leven. Blijf het dan uitkermen tegen God: Ik laat U niet gaan tenzij gij mij zegent! Maar dat zegt wel die Jakob die in Bethel -uit puur genade- een open hemel beleefde en als reactie daarop een altaar bouwde voor God. Je kunt je vriend(in) helpen door mee te lijden aan de verberging van God om wille van onze zonden en samen met hem of haar die zonden te belijden in gezamenlijk gebed.
2. Ik denk aan de zin uit het klassiek avondmaalsformulier: Jezus Christus is van God verlaten, opdat wij nimmermeer door God verlaten zullen worden. Pleit daarop! God is het niet verplicht je het licht te laten zien, maar je mag wel pleiten op dat wat Christus ook voor jouw vriend(in) heeft geleden en gestreden en overwonnen. De donkerheid waarin je vriend(in) verkeert kan een teken zijn van Gods werkzaamheid aan zijn of haar ziel. Psalmisten zaten ook wel eens in een zeer grote duisternis. De meest donkere psalm is Psalm 88.
3. Bedenk dat het een gemene truck van de duivel kan zijn om bij je de indruk te wekken dat het probleem eigenlijk aan God ligt, omdat Hij niet antwoordt. Zie bij de moordenaar aan het kruis die om genade smeekt en van Jezus te horen krijgt: Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn. daaraan zie je dat er voor God geen hopeloze gevallen zijn. Laat je niet door de duivel wijs maken dat je gezondigd hebt tegen de Heilige Geest of dat er geen hoop meer is op redding. Laat je niet opsluiten in alsmaar rondtollen in hetzelfde kringetje van gedachten. Dan loop je het risico dat het mede een psychiatrisch probleem wordt. Ga je dagelijkse werk goed doen en blijf trouw naar de kerk gaan. Gebruik de genademiddelen om tot geloof te kunnen komen en uit je duisternis verlost te worden. Spreek erover met je predikant of ouderling en met twee goede christelijke vrienden. Vraag aan hen of ze met je willen bidden en spreek hardop je aanvechting en benauwdheid uit.
Mocht je echt geen gehoor vinden in je eigen gemeente ga dan met een van je vrienden mee naar een andere gemeente en predikant die in het gereformeerde spoor wil gaan maar wellicht een ietwat ander licht uit de Schrift erop laat vallen. Elke ambtsdrager is immers beperkt en verstaat ten dele. Als je vriend(in) de genademiddelen (kerkgang, bijbellezen, bidden, catechese, pastoraat) niet gebruikt dan is dat ongehoorzaamheid en hoef je hem of haar niet telkens weer uitgebreid te woord te staan. Dan is het voldoende als je volhardt in het gebed voor hem of haar.
Ds. L. W. Smelt, Dorpskerk De Bilt
Dit artikel is beantwoord door
Ds. L.W. Smelt
- Geboortedatum:01-06-1954
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Bodegraven
- Status:Inactief