Mijn broertje van zeven is verleden jaar door een verkeersongeval om het leven g...
J.W.N. van Dooijeweert | Geen reacties | 28-06-2007| 00:00
Vraag
Mijn broertje van zeven is verleden jaar door een verkeersongeval om het leven gekomen. Het broertje wat daaronder komt is er heel erg mee bezig. Hij is zes jaar en bidt telkens of zijn broertje weer levend mag worden, want God kan toch alles? Mijn andere broertje van tien zegt steeds dat het geen zin heeft om dat te bidden, omdat dat toch niet gebeurt. Toen is hij maar gaan vragen of God goed voor het overleden broertje wilde zorgen. Wat moet ik hier mee? Moet ik zeggen dat hij zo niet mag bidden? We hebben het er wel eens over gehad, toen zei hij heel treffend: dan kan ik beter helemaal stoppen met bidden, want als ik bid voor opa of hij beter mag worden dan weet God toch al of dat gebeurt of niet, en Hij kan toch best voor R (mijn overleden broertje) zorgen? Hij is zeven en ik ben zeventien, maar ik heb dezelfde vragen en nog zo veel meer. Hij wil blijven bidden voor zijn broertje, mag/kan dat eigenlijk wel? En zullen wij hem ooit nog terug zien? Ik wilde dat dat waar was, dan zou het allemaal beter te dragen zijn.
Antwoord
Beste vraagsteller,
Mijn excuus dat het even duurde voor je antwoord krijgt. Ik zit momenteel in Peru en heb een paar dagen veel problemen gehad met mijn computer. Oplossingen duren hier wat langer dan in Nederland, vandaar. Nu is het weer klaar en eerst even je vraag.
Met ontroering heb ik je vraag gelezen. Wat een verdriet. Je broertje verongelukt, gestorven. En hoe langer het op je inwerkt hoe liever hij wordt. Hoe meer een kind er over nadenkt, hoe onbegrijpelijker het wordt.
We kunnen als grote mensen natuurlijk gemakkelijk zeggen: “De dood hoort bij het leven.” Maar dat is niet waar! De dood hoort er niet bij. Juist daarom kwam de Heere Jezus om het leven te schenken. Denk maar aan Johannes 3:16: “Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft opdat een ieder die in hem gelooft het eeuwige leven heeft.” De dood kwam door onze zonden. God had ons geschapen om te leven met en voor Hem. Ik denk dat een kind dit veel scherper ervaart dan een volwassene. Als volwassen kunnen we de boel vaak gemakkelijker op een rijtje krijgen.
Bij jouw broertje gaat het invoelen van de gebeurtenis evenwel te ver. Hier mag hij niet in doorgaan, want dan komen er absoluut problemen van die hij zijn hele verdere leven heel nadelig kan ervaren. Zijn leven is momenteel te veel op de dood gericht en op een verkeerde, maar heel begrijpelijke, kinderlijke wijze op het gebed gericht. Het vraagt om een heel voorzichtige maar tevens heel volwassen benadering. Met veel liefde en geduld moet er met hem gesproken worden over de dood. Wat het werkelijk is. Dat er na de dood nog veel meer is. Dat dit leven alleen een begin is. Dat er na de dood voor heel veel mensen geweldige vreugde en blijdschap is.
Misschien weet je iets meer te vertellen over je broertje dat overleden is. Over zijn bidden of zoiets. Als ik de mening van ons voorgeslacht lees over dit punt dan geloof ik met hen op grond van verschillende teksten in de Bijbel, dat je mag geloven dat een kind van gelovige ouders door de Heere wordt aangenomen.
Zou het heel erg zijn om te proberen om je broertje tot rust te brengen met de gedachte dat zijn broertje nu een veel beter huis heeft. Wij zitten natuurlijk vaak opgescheept met heel harde gedachten over de Heere God. Maar in de Bijbel krijg je een veel milder beeld van Hem voorgesteld.
Wat je ook doet, geef hem gelijk dat God alles kan. Ook doden opwekken. Maar probeer vooral om hem te laten begrijpen dat iedereen moet sterven. De een oud en de ander jong. En dat sterven de weg is naar een ander leven. Als je een nieuw hartje hebt, naar het eeuwige leven. Naar eeuwige vreugde.
Eindig steeds maar weer bij de Heere Jezus. Opdat hij stapje voor stapje gaat voelen en begrijpen dat de Heere goed is en dat ook de kinderen, ja juist de kinderen, tot hem mogen komen.
Liefde, liefde, begrip, begrip en geduld zijn nodig om dit kind voor schade te bewaren. Denk er aan dat de duivel alles gebruiken wil om mensen en ook kinderen van God af te houden, en dat wij aan de andere kant de taak hebben om anderen naar de Heere Jezus te leiden. Zeker als het om kinderen gaat. “Laat de kinderen tot mij komen”, zegt de Heiland! Nog een keer: Wat je ook doet, doe het biddend.
Hartelijke groeten en Gods zegen.
Evangelist J. W. N. van Dooijeweert
Dit artikel is beantwoord door
J.W.N. van Dooijeweert
- Geboortedatum:23-01-1938
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Waddinxveen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: