Er wordt wel eens gezegd dat de mens in het paradijs zelf kon kiezen tussen goed...
Ds. P. van de Voorde | Geen reacties | 02-12-2006| 00:00
Vraag
Er wordt wel eens gezegd dat de mens in het paradijs zelf kon kiezen tussen goed en kwaad, omdat God geen mensen wilde die als robots leefden en die niet zelf voor God konden kiezen. Maar hoe zit dat dan met de hemel en als de Heere Jezus is teruggekomen?
Antwoord
Beste vraagsteller,
Dat mensen in het paradijs konden kiezen tussen goed en kwaad, blijkt uit de rampzalige gevolgen waar wij mee te maken hebben. Eva en Adam hebben duidelijk een verkeerde keuze gemaakt. God heeft dus geen robots gemaakt, maar schiep mensen naar Zijn beeld; “man en vrouw schiep Hij ze” (Gen.1:27). God is geen robot; dus de mens ook niet. Nu stel je de interessante vraag over de toekomst. Ik interpreteer hem als volgt: kunnen Gods kinderen in de eeuwigheid weer een dergelijke fout begaan? Immers eens geen robot, nooit een robot. Dit laatste houden we vast; een mens is geen “stok en een blok”, zeggen de Dordtse Leerregels.
Maar er is wel degelijk een verschil tussen de toestand van Adam en Eva in het paradijs en de kinderen van God in de eeuwige heerlijkheid. En dat heeft alles te maken met de tweede Adam; Christus Jezus. “De eerste mens Adam is geworden tot een levende ziel; de laatste Adam tot een levendmakende Geest” (1 Kor. 15:45). Wij ontvangen het nieuwe leven uit Hem en zijn als gelovige een nieuw schepsel in Hem (2 Kor. 5:17). Als een mens opnieuw geboren wordt, ontvangt hij het leven uit Christus en Die is en blijft er de bron van. Daarom mogen we weten, dat in Hem de mogelijkheid om af te vallen is vervallen. Die onmogelijkheid ligt niet in ons, maar in Hem. De belofte dat een ieder, die in Hem gelooft, het eeuwige leven heeft, is dus waarachtig en betrouwbaar; Hij staat daar Zelf borg voor (Joh. 5:24).
Nu zou je kunnen zeggen; dus toch geen vrije wil meer. Immers in de eeuwigheid kunnen Gods kinderen niet meer het kwade kiezen. Hier lijkt een kern van waarheid in te zitten. Maar dan moeten we wel bedenken, dat: 1. de lust tot het kwade zal ontbreken bij de burgers van het Koninkrijk Gods; “God zal zijn alles en in allen” (1 Kor. 15:28), en 2. het kwaad er niet meer zal zijn op de nieuwe hemel en de nieuwe aarde (Openb.20:10). Dus voor Gods kinderen valt alleen het goede nog maar te kiezen, omdat God voor hen gekozen heeft.
Ik hoop dat ik je zo een antwoord heb gegeven dat tegemoet komt aan je vraag en eventuele twijfels weg zal nemen.
Met hartelijke groet,
Kand. P. van de Voorde
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P. van de Voorde
- Geboortedatum:18-08-1975
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wijngaarden
- Status:Inactief