In Genesis 49:7 profeteert Jakob over zijn zonen (...) Hoe moet ik deze tekst zi...

Ds. B.J. van Vreeswijk | Geen reacties | 05-06-2006| 00:00

Vraag

In Genesis 49:7 profeteert Jakob over zijn zonen. Hij lijkt hierin te suggereren dat de stammen van Simeon en Levi geen eigen land zullen hebben. Maar later kreeg de stam Simeon toch een eigen stuk gebied? En de Levieten kregen eigen steden. Hoe moet ik deze tekst zien?

Antwoord

Beste vragensteller,
 
Je stelt een vraag waarover eerst nagedacht moet worden. De eerste indruk van de tekstwoorden is dat Jakob Simeon en Levi geen zegen geeft. Dat is een misverstand. Vanwege hun boze gedachten en handelwijze zullen zij, evenals Ruben, geen grote en rijke zegen krijgen. Zij komen niet aan het hoofd van Jakobs stammen. Zij worden niet toonaangevend. Denk eens aan vader Izak die Ezau ook niet de eerstgeboorte zegen gaf maar wel een (mindere) zegen.

Vader Jakob herinnert zijn twee zonen aan wat zij gedaan hebben en neemt daarvan afstand en veroordeelt het. Vandaar vervloekt -tegenover gezegend- is hun woede. Dat is wat anders dan: vervloekt zijn zij. Omdat zij gedreven werden door wraak straft God ook hun kinderen. Immers zij worden onder het volk verstrooid. Zij hebben dus geen eigen, zelfstandige plaats onder het volk en missen de onderlinge samenhang van de stam.

Dat geldt ook voor de nakomelingen van Levi. Alleen zij kregen wel een bijzondere positie onder het volk, namelijk belast met de dienst van het heiligdom. Dat is eerder een onderscheiding dan een vloek. Maar die taak lijkt hen later te zijn gegeven, als eerherstel vanwege hun houding bij de zonde rond het gouden kalf (Exodus 32:26-29). Als eerherstel lijkt de vloek in een zegen te zijn omgezet.

Ook van Simeon lezen we van een aanzienlijk vermindering van het aantal stamgenoten in de eerste bijbelboeken, maar niet dat hij zijn plaats onder de andere stammen verloren heeft. Alleen komen de afstammelingen terecht binnen de stam van Juda. Met andere woorden: Jakob werpt zijn zonen niet weg maar verzwakt hen. Zie Jozua 9:1-9 en 21:1-40.
 
Ds. B. J. van Vreeswijk

Dit artikel is beantwoord door

Ds. B.J. van Vreeswijk

  • Geboortedatum:
    23-08-1947
  • Kerkelijke gezindte:
    PKN (Hervormd)
  • Status:
    Inactief
87 artikelen
Ds. B.J. van Vreeswijk

Bijzonderheden:
Ds. van Vreeswijk is overleden op 01-03-2010

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Terug in de tijd

Bijbelse gronden m.b.t. de kinderdoop

Ik daag iedereen uit mij een sluitend bewijs te geven op bijbelse gronden m.b.t. de kinderdoop, dat de doop in de plaats is gekomen van de besnijdenis, etc. Geen verwijzingen naar het doopformulier of...
Geen reacties
05-06-2004

Hoofdbedekking

Beste dominee (uit mogelijk een Hervormde gemeente) wiens vrouw, en misschien ook dochters, hun hoofd bedekken in de eredienst. Graag zou ik u wat willen vragen. Het valt mij op dat in de Hervormde ge...
14 reacties
05-06-2015

Alleen in geestelijk leven

Ik voel mij vaak zo alleen in het geestelijke leven. Wat er in Jesaja staat zo voel ik mij de laatste tijd. Overgebleven als een hutje in den wijngaard, als een nachthutje in den komkommerhof. Wat vin...
Geen reacties
05-06-2009
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering