Ik vind het zo erg jammer dat het volk Israël zo weinig aangehaald wordt in de k...
Ds. P. Koeman | Geen reacties | 30-05-2006| 00:00
Vraag
Antwoord
Helaas is het waar dat Israël in verschillende gemeenten niet die aandacht krijgt in prediking en toerusting die het verdient vanuit de Schriften met daarbij veel te weinig gebed voor het volk van Gods verkiezing en Verbond. Juist omdat er voor dit volk zoveel beloften zijn die na(ast) gedeeltelijke vervulling ook nog uitstaan en op Gods tijd en in Zijn toekomst zeker in vervulling zullen gaan, is aandacht geboden. Dat levert ook voor hen die uit de heidenvolken afkomstig zijn, heil en zegen op. En daarom gaan we tot eigen geestelijke schade aan de positie en betekenis van Israël voorbij.
Waar dat mee te maken heeft? het kan voortkomen uit onkunde en dan is nadere bezinning en informatie geboden. Het kan veroorzaakt worden door eigen (binnen)kerkelijke problematieken. En ook dan is er inkeer en verandering nodig. Maar meestentijds komt het voort uit de idee -die al eeuwenlang opgeld doet en nog steeds gevoed wordt!- dat Israël eigenlijk geen betekenis meer heeft en dat de kerk erfgenaam is van alles wat aan Israël is toegezegd.
Een paar hoofdlijnen: Al snel is er een groot spanningsveld ontstaan tussen de synagoge en Messiasbelijdende Joden. De sporen ervan zijn terug te vinden in Handelingen en in de diverse brieven. Gingen de discipelen van Christus eerst nog naar de tempel/ synagoge en hielden zij zich aan de Joodse feesten en gebruiken -christenen werden door hun omgeving beschouwd als een Joodse sekte- al vrij snel is er verwijdering en vervreemding ontstaan. Met name rond de vraag naar het heil. De Joden meenden door de werken van de Wet zalig te worden, terwijl de volgelingen van Jezus beleden dat alleen door het geloof in het volbrachte werk van de Middelaar behoud en toekomst is. Van de kant van de Joodse leiders in eerste instantie, later ook van het volk kwam verzet en vervolging .Daarin heeft de val van Jeruzalem een rol gespeeld alsmede de weigering van de Joodse christenen om mee te doen met de tweede joodse opstand tegen de Romeinen. Joden zetten ook elders heidenen tegen christenen op. In het zo genoemde Achtiengebeden gebed is zelfs een passage opgenomen waarin joodse christenen aan de vervloeking werden prijsgegeven. Zodoende kon er van een gemeenschappelijke eredienst met Messiasbelijdende Joden geen sprake meer zijn.
Omgekeerd is het voor de Joden sinds 313 (christendom staatsgodsdienst) een lange lijdensweg geworden. De afstand synagoge en kerk werd vergroot door de datum van het Paasfeest niet meer gelijk te laten vallen (Nicea,325 n.Chr.). Er is een negatieve houding van christenen tegen de Joden gekweekt, omdat al in de tweede eeuw na. Chr. de vervangingstheologie is gepropageerd. De kerk is in de plaats van Israël gekomen. Het nee van de Joden tegen Jezus en met name de roep : "Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen" (Matth.27:25) zou de verbinding met God en Zijn Verbond hebben 'doorgesneden' en alle voorrechten van het Joodse volk zouden op de kerk zijn overgegaan. De kerk is nu "het ware, geestelijke Israël" en het volk Israël is "verworpen" door God. Opmerkelijk is intussen wel dat de zegeningen en beloften van God aan het Joodse volk gegeven overgaan op de kerk, maar dat de oordelen voor de Joden bestemd blijven. Om één en ander te rechtvaardigen wordt in de exegese van het O.T. gebruik gemaakt van de allegorese, van vergeestelijking.
Ook de kerkvaders hebben helaas bijgedragen aan de vervangingsgedachte en het Oude Testament ”ontjoodst". En dat tegen de gegevens van de Schriften zelf in en in tegenspraak met dat wat Paulus in Romeinen 9-11 schrijft! Israël is niet onterfd! Geen wonder dat het gekomen is tot verguizing en dat Joden al aan het eind van de eerste eeuw gebrandmerkt werden als Godsmoordenaars! Wat over de synagoge gezegd is en geschreven door sommige kerkvaders is ronduit onthutsend en beschamend. Ook in allerlei kunstuitingen zijn de Joden er niet best vanaf gekomen.
Gedurende de Middeleeuwen neemt de haat toe, alsook de hatelijkheid en worden Joden als duivelskinderen en satansknechten voorgesteld. Helaas heeft ook een reformator als Luther, na een positieve inzet, dingen over Joden gezegd en geschreven die hun sporen hebben nagelaten tot in het Derde Rijk! Mede door de vervangingstheorie en de verguizing is het tot vervolgingen gekomen die hun hoge tol geëist hebben. Joden kregen overal de schuld van, werden gediscrimineerd. Op gunstige uitzonderingen na (een aantal Nadere Reformatoren en bewogen gemeenteleden) was er geen liefde en gebed, geen verwachting voor Israël meer. Het dieptepunt is na eeuwenlang antisemitisme de "grote nacht" van de Tweede Wereldoorlog. En nog is Israël niet veilig en worden er in kerken allerlei krasse oordelen uitgesproken. Opnieuw met verwijzing naar de bekende bijbeltekst uit Matth.27 die uit zijn verband geciteerd wordt. Jammer genoeg komt door een eeuwenlang proces van misverstand en verkeerde interpretatie het zicht op Israël maar moeilijk van de grond.
Een oorzaak waarom er in de gemeenten ook distantie is, kan mee gelegen zijn in politieke ontwikkelingen in Israël zelf en door het optreden van betrokkenen in het M. Oosten. En bij sommige gemeenteleden bestaat er aarzeling, omdat bepaalde kringen of het Joodse volk een eigen heilsweg toekennen of alles verheerlijken wat met Israël te maken heeft.
De benadering van dit volk vraagt van ons in ieder geval de grootst mogelijke zorgvuldigheid en respect. Kennis van zaken is nodig om in contact te komen met Joden en op het juiste moment te getuigen van de Messias. Daarbij mag ons levensgedrag met name een pleidooi zijn. Liefde en veel gebed alsook verwachting overeenkomstig Gods beloften voor Israël is ook nu een bijbelse opdracht. Tevens veel gebed voor de gemeenten en allen die in prediking en vorming een taak hebben om de Schriften te onderzoeken en door de Geest geleid te getuigen van Gods onbezweken trouw voor Israël . We dienen te beseffen dat wij als gelovigen uit de heidenen "in Israël ingelijfd de naam van Sions kinderen mogen mee dragen". Niet voor niets legt Paulus in de Efezebrief -wel de kerkbrief genoemd- accent op het mee mogen delen in het heil dat God allereerst aan Israël heeft geschonken. De zaligheid is uit de Joden! Wie Christus Jezus mag kennen en toebehoren, heeft hart voor het volk waaruit Hij geboren is en waartoe Hij Zich zal wenden.
Gelukkig te weten dat de HEERE ondanks alles wat er in het leven van Joden en christenen gepasseerd is, Zijn werk zal voltooien.
Ds. P. Koeman
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P. Koeman
- Geboortedatum:16-04-1941
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Inactief