Vragen om vergeving en redding
P. Speelman | Geen reacties | 07-10-2025| 12:14
Vraag
Om gered te worden roept de Heere Jezus op om tot Hem te komen (Mattheus 11:28-30, Johannes 6:37). Als ik voor het eerst tot de Heere Jezus ga, belijd ik dan aan Hem mijn zonden om gered te worden of moet ik ook tot God de Vader gaan en mijn zonden aan Hem belijden en aan Hem vragen om gered te worden?
Antwoord
Beste vriend(in),
Je vraag raakt iets heel wezenlijks: tot Wie moet ik gaan met mijn zonden? De Bijbel is daar gelukkig duidelijk over: Jezus zegt Zelf: “Komt tot Mij” (Mattheüs 11:28). En Hij belooft: “Die tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen” (Johannes 6:37).
Zonde is niet alleen een probleem om theologisch te bespreken, het is een last op je hart. Je wilt het kwijt. Het knaagt, het drukt. Zoals een kind dat verkeerd gedaan heeft tegenover zijn ouders en niet precies weet of hij het nu aan vader of moeder moet zeggen. Het kind voelt maar één ding: ik moet het uitspreken en vergeving vragen. Vader en moeder zijn immers één. Zo ook is God: Vader, Zoon en Heilige Geest – één in wezen en in liefde. Daarom mag je je zonden belijden aan de Drie-enige God, of je nu zegt: “Heere Jezus, vergeef mij” of “Vader, wees mij genadig.”
Toch raakt jouw vraag ook iets diepers. Want eigenlijk stel je de belangrijkste vraag die er is: Wie is de Heere Jezus voor mij?
"Het gaat veel meer om je hartshouding: erkenning van je zonde, verlangen naar vergeving en vertrouwen op de Heere Jezus."
-Als je Hem kent als jouw Redder en Vriend, dan mag je weten dat Hij al je zonden gedragen heeft aan het kruis. Je bent door het geloof gerechtvaardigd – een kind van God. Dan blijf je wel eens struikelen, maar je bent geen ‘zondaar’ meer in de zin van iemand die nog onder het oordeel leeft. Je bent een heilige die (soms) zondigt. En telkens als je je misstap belijdt, reinigt God je opnieuw door het bloed van Zijn Zoon.
-Als Jezus nog op afstand staat, als je vooral over Hem hoort maar Hem nog niet persoonlijk kent, dan is de eerste stap niet een losse belijdenis van afzonderlijke zonden. Dan mag je eerlijk zeggen: “Heere, ik ben een zondaar. Ik kan mezelf niet redden. Kom in mijn hart, wees mijn Verlosser.” Dáár begint nieuw leven: niet bij een formule, maar bij overgave. Daarna komt de dagelijkse weg van geloof en belijden, van vallen en weer opstaan, van leven in de genade van Christus. (Micha 7 vers 8).
Het gaat dus minder om de precieze woorden of de juiste ‘adressering’ van je gebed -Vader of Zoon- en veel meer om je hartshouding: erkenning van je zonde, verlangen naar vergeving en vertrouwen op de Heere Jezus.
Weet je, de mooiste zekerheid is dat Hij je niet laat staan. Hij hoort de zucht van een eerlijk hart. Wie tot Hem gaat, wordt niet afgewezen, maar liefdevol ontvangen.
Hartelijke groet,
Piet Speelman
Dit artikel is beantwoord door
P. Speelman
- Geboortedatum:12-04-1950
- Kerkelijke gezindte:Evangelische Gemeente
- Woon/standplaats:Folsgare
- Status:Actief

Bijzonderheden:
Evangelische Gemeenschap Sneek