Verlost en toch nog verlost moeten worden

Volgens de Romeinenbrief van Paulus is mijn oude vlees gestorven aan het kruis met Jezus. Door het geloof heeft de zonde daarom niet meer het laatste woord. Hier heb ik laatst een lezing over gezien en gehoord van ds. Simons via Geloofstoerusting. Maar waarom wordt er dan wel vaak gezegd dat er nog (boezem)zonden zijn tussen mij en God waardoor de Heilige Geest wordt uitgeblust en ik hierdoor het werk van de Geest niet zie/voel?

En als God zo groot is (en dat is Hij) en de mens min of meer uitgeschakeld is als het gaat om termen zoals wedergeboorte, rechtvaardiging en heiligmaking, waarom zou een mens dan überhaupt in staat zijn om de Heilige Geest uit te blussen? Zijn werk wordt toch voltooid in ons zonder ons?

Dank voor je vraag, we gaan samen nadenken over die twee sporen in de Heilige Schrift, die we maar niet om kunnen buigen tot één spoor. Het mysterie waar het geloof onder buigt en het aanbidt. Maar ons verstand krijgt het niet goed op orde. Kom trek schoenen van je voeten, want de plaats waarop we staan is heilig land.

Aan de ene kant belijden wij met de Heilige Schrift: ik ben gestorven, mijn oude mens is met Christus gedood en het geloof zegt Amen! (Romeinen 6:6). Door genade het te mogen weten, ondanks nochtans. Gestorven met Hem en door Hem en uit Hem! Kohlbrugge zei: wil je weten waar ik bekeerd ben geworden? Dan moet je mee naar Golgotha. “Toen Hij gekruisigd werd, toen werd ik gekruisigd, toen Hij stierf, stierf ik en toen Hij begraven werd toen werd ik begraven. Toen Hij werd opgewekt, werd ik met Hem opgewekt ten eeuwige leven en nu sterf ik nooit meer!” (Romeinen 6:11).

Toch leert de Heilige Schrift nog een andere kant: “Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen van het lichaam der zonde en des doods?” (Romeinen 7:24). Toch nog een lichaam der zonde en des doods? Ja, door het geloof in Christus verlost en toch nog verlost te moeten worden. Maar hoe zit het dan met het lichaam der zonde en des dood? Paulus leert ons in Romeinen 8 dat we de Heilige Geest ontvangen hebben. Waarom? Om de zonde die in ons is overgebleven te doden door de Geest die ons is gegeven (Romeinen 8:13). Of zoals onze Heidelberger leert, het afsterven van de oude mens en het opstaan van de nieuwe mens. Verleden tijd en toch ook nog toekomende tijd. Gestorven en toch ook nog dagelijks te sterven. Wandel vriend dan door de Geest en volbreng de begeertes des vleses niet (Galaten 5:15). Want als je door het vlees wandelt dan bedroef je de Heilige Geest die in ons woont (Romeinen 8: 9).

Ik hoop dat ik zo wat meer vanuit de Schrift je vraag beantwoord hebt. En als het water soms tot onze lippen komt omdat we het niet bij elkaar kunnen krijgen, buig dan voor het Woord. Want het Woord is de waarheid en ons gevoel kan soms zo strijden tegen het Woord. Vriend, wandel naar het Woord, het Woord is de waarheid. En ons gevoel dan? Dat strijdt soms zo tegen de waarheid, maar als het geloof boven ligt dan jubelt het hart het uit: "Want wie heeft den zin des Heeren gekend? Of wie is Zijn raadsman geweest?" (Romeinen 11:34).

Van harte Gods zegen.

Je dominee A. Simons