Bekeerde mensen die Jezus niet kennen
Ds. C. Harinck | Geen reacties | 24-02-2025| 15:57
Vraag
Dominee Harinck, dank voor alles wat u nog doet voor de dienst van de Heere. Ik luisterde een preek van u over Johannes 1:37. U sprak over de discipelen die nog geen kennis aan Christus hadden. Daarna zei u, dat u dat in kerkenraden of bij sommige personen ook tegen komt. Dat u wel gelooft dat ze wedergeboren zijn/beginsel van het geloof kennen, maar Christus niet. Ik raak er erg van in de war.
Vraag 1. Kunnen we wel stellig concluderen dat de discipelen van Johannes al wedergeboren waren of is dat later gebeurd?
Vraag 2. Het is toch gelovig of ongelovig? Als je bekommerd bent om je staat maar niet de vergeving van zonden en verzoening met onze zaligmaker Jezus Christus hebt gehad/gelooft, dan ben je toch nog in je verloren staat en een oude mens?
Vraag 3. Wij kunnen toch niet tot God naderen zonder zijn Zoon als Borg en Middelaar? Hij is toch de Weg, De Waarheid en het Leven. Buiten Hem om is God een verterend vuur en eeuwige gloed waarbij niemand wonen kan. Hoe verhoudt zich dat dan tot uw tekst in de preek?
Antwoord
Beste broeder,
Allereerst iets recht zetten. Ik beweer niet dat ik het goed en gezond vind wanneer men bekeerd meent te zijn zonder kennis aan Jezus Christus. Ik zeg te hopen dat er een goed begin van Gods werk in hen mag zijn. En daaruit komt uw vraag voort.
Johannes en Andreas waren discipelen van Johannes de Doper. Zij behoorden dus tot hen die de Messias verwachtten. Zij kenden Jezus echter nog niet. Toen Johannes de Doper Hem aanwees opende God hun zielsogen en zagen zij dat deze Jezus de Messias van Israël is.
De kennis van Jezus is er niet wanneer een zondaar door de Heilige Geest verontrust naar God begint te zoeken en zich bekeert van zijn boze en verkeerde wegen. Indien zulke mensen in die situatie zouden sterven, worden zij niet buiten gesloten uit het Koninkrijk van God. We geloven, dat waar God een goed werk begint, Hij dit ook voleindigen zal. Indien Ruth op de grens van Israël was gestorven, was ze behouden geweest. Maar dat is alles aan Gods zijde en daar kunnen wij het niet mee doen, omdat de Bijbel leert en de overtuigde zondaar ook beleeft, dat wie de Zoon van God niet heeft, die het leven niet heeft. Johannes 3:36.
Maar op die dag kwam daar verandering in bij Johannes en Andréas Hun ogen gingen open, hoewel nog niet met een volkomen geloofsgezicht, maar toch zo ver dat zij tot Jezus aangetrokken werden en Hem volgden. Zij moesten ook nog veel leren en opwassen. Maar zij verlieten Johannes de Doper. Zij konden wat ze zochten bij Johannes de Doper niet vinden. Zij volgden Jezus.
In Handelingen 18 en 19 lees je over Apollos en twaalf Joodse mannen, dat zij niets meer wisten dan de doop van Johannes de Doper. Dan is er een gemis. En Paulus merkte dat. Zo moet je het denk ik zien, dat die mannen wel door Gods Geest waren aangeraakt en naar de Messias uitkeken, maar Hem niet kenden.
Ik hoop je zo wat duidelijkheid verschaft te hebben,
Ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief

Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook: