Maar eenmaal per jaar Heilig Avondmaal (2)
Ds. J.D. Heikamp | Geen reacties | 06-11-2024| 12:04
Vraag
Geachte ds. Heikamp. Ik ben niet de vraagsteller van de vraag: “Maar eenmaal per jaar Heilig Avondmaal”, maar ik heb uw antwoord met belangstelling gelezen! Een ding is mij daarbij onduidelijk. U schrijft: “Het waren beide bijzondere diensten voor mij omdat de Heere erin overkwam. Dan is de tafel vol en de kerk vol.” Terwijl er één persoon op de uitnodiging van de Heere Jezus kwam...
Bedoelde u daarmee dan de kerk en tafel vol met mensen, of vol van de Heere? Eerlijk gezegd kan ik het eerste niet begrijpen dat u dat zou bedoelen. Maar het tweede beslist ook niet. Een kerk vol met mensen waar 99 procent op de nodiging laat zien de Heere Jezus niet nodig te hebben, dat kan toch geen kerk vol van de Heere Jezus zijn? Geen kritische vraag van mij, maar een heel verdrietige vraag...
Antwoord
Ja, het is en blijft een verdrietige vraag en antwoord.
Ter verduidelijking had ik beter het woord kerk met een hoofdletter (dus Kerk) kunnen schrijven. Daartoe behoren Gods kinderen die hier in de tijd door de Heere zijn wederom geboren. Natuurlijk gunnen wij al de kerkgangers door God bekeerd te mogen worden om te behoren tot de Kerk. Voor hen allen is er de bediening van het Heilig Avondmaal. Getallen heeft hier niets te mee te maken.
Wanneer tijdens de bediening de Heere Zelf Zich openbaart in Christus, door het ware geloof in het hart, dan is de Kerk vol. Die ziel ziet dan niets anders dan de Heere alleen. Vervuld met de liefde van Christus betekent dan de opmerking, “en zij zagen niemand dan Jezus alleen”, dat de tafel en de kerk vol was. Dan is de Heere in ons midden en Hij ziet op mij neer in gunst van boven. Dan hoop en bid je dat alle mensen in de kerk heilig jaloers worden om ook Gods kind te mogen zijn of worden. Dogmatische uitspraak: om te worden afgesneden van de oude Adamsstam en in Christus worden ingelijfd door het zaligmakend geloof.
Vergeet het niet, indien zij aangaan op grond van hun plicht, of gehoorzaamheid, of geloof, of de eis van geloof en bekering om dan aan te gaan, dan eten en drinken zij zichzelf een oordeel, niet onderscheidene het lichaam van Christus. De gunning gaat uit tot alle kerkgangers, maar de toepassing is Gods daad. Onderzoeken we onszelf nauw, ja zeer nauw.
Buiten Christus zijn alle vragen en antwoorden verdrietig. Dus worden we opgewekt om de knietjes te buigen om Hem te smeken: Heere, bekeer mij, zo zal ik bekeerd zijn, op en onder de kansel en aan de bediening van het Heilig Avondmaal.
Hopelijk is het u wat duidelijker geworden en hopelijk niet steeds mistiger.
Ds. J. D. Heikamp
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.D. Heikamp
- Geboortedatum:09-11-1939
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Staphorst
- Status:Actief