Saul lijkt David niet te kennen

Ds. W. Arkeraats | Geen reacties | 12-09-2024| 10:53

Vraag

Ik ben met mijn vrouw in 1 Samuel aan het lezen en ons viel iets vreemds op in hoofdstuk 17, waar de HSV-kanttekening ook niet echt overtuigend is. Na Goliath verslagen te hebben vraagt Saul in vers 55 aan Abner: "Van wie is deze jongeman een zoon?" In vers 58 heeft Saul hem bij zich laten komen en vraagt hij wederom: "Van wie ben jij een zoon, jongeman?" Saul lijkt totaal niet te weten wie David is en hem niet te kennen, terwijl slechts 1 hoofdstuk hiervoor David aan zijn Sauls hof kwam om voor hem de harp te spelen. Hier stuurde hij boden naar Isaï om David te halen en als David zijn hofdienaar was zou hij David wel kennen en op zijn minst moeten herkennen.

Maar dat niet alleen. In hoofdstuk 16:21 staat zelfs "en Saul had hem [David] zeer lief, en David werd zijn wapendrager." Hier vertelt de kanttekening juist dat de wapendragers en hun meester een hechte relatie hadden. Dat allemaal gelezen te hebben lijkt hoofdstuk 17 niet chronologisch te volgens op hoofdstuk 16. Een andere aanwijzing voor dit is dat Sauls dienaren in hoofdstuk 16 zeggen: "Zie, ik heb een zoon van Isaï, de Bethlehemiet, gezien die harp kan spelen; hij is een dappere held, een strijdbare man, ter zake kundig, iemand die knap is van gestalte, en de Heere is met hem." Hoe kunnen deze dienaren deze dingen over hem weten/zeggen? Dat is in de huidige hoofdstukindeling heel onrealistisch.

David was slechts een herdersjongen en ook nog eens de jongste uit Isaï's gezin. Het hele punt van zijn zalving was juist dat hij niet iemand was die je zou verwachten als door God gekozen. God zegt immers nog specifiek dat Hij niet kijkt naar wat voor ogen is, maar naar het hart. Het is in deze context uiterst onwaarschijnlijk dat de dienaren zulke dingen over een random herdersjongen zouden weten/zeggen. Maar als hoofdstuk 17 eerder heeft plaatsgevonden zou het wel logisch zijn. Immers dan zouden ze David Goliath hebben zien verslaan, wat hem in hun ogen tot een strijdbare man zou maken. In hoofdstuk 17 noemt Saul juist het contrast tussen David (een jongen) en Goliath (een strijdbare man). Eveneens zouden de dienaren hem daar harp hebben kunnen horen spelen, terwijl het onwaarschijnlijk is dat ze toevallig langs het huis van Isaï zijn gelopen en daar David op de harp hebben horen spelen. Ook zeggen de dienaren dat de "Heere met hem is." Dat is heel logisch om te zeggen nadat ze Davids uitvoerige vertrouwen op de Heere zouden hebben gezien bij het verslaan van Goliath, maar niet als dat allemaal niet gebeurd was. Hoe kunnen een dienaar van Saul aan het hof zulke dingen van een gewone schaapsherder weten?

Dus om een lang verhaal kort te maken. Zou hoofdstuk 17 chronologisch gezien niet voor hoofdstuk 16 moeten zitten? Of zou het kunnen dat de schrijver in hoofdstuk 17 een soort terugblik/flashback heeft naar een bepaald moment?


Antwoord

Beste broeder en zuster,

Ooit heb ik eens over 1 Samuel 17 gepreekt – en daarbij kwam ik bij dezelfde vraag terecht: Hoe is de verhouding tussen de (schijnbaar?) tegenstrijdige gegevens in hoofdstuk 16 en 17? Het is mooi als we de Bijbel aandachtig lezen – maar soms kom je ook weer voor bepaalde vragen te staan. Ik zal proberen, een en ander te verduidelijken. 

Als we de beide geschiedenissen lezen lijkt het er inderdaad op dat Saul David helemaal niet kent als deze na de dood van Goliath voor hem staat. Daarom nemen sommigen aan dat de gebeurtenissen in een afwijkende tijdsvolgorde beschreven worden. Daarmee wordt dus het probleem opgelost – wat meteen weer andere problemen oproept. Maar dat valt buiten de beantwoording van jullie vraag.

Naar mijn inzicht is het ook niet nodig de volgorde te veranderen. We lopen de geschiedenis maar na. In hoofdstuk 16 lezen we over de geestelijke crisis van Saul. Zijn knechten komen op het idee een harpspeler te zoeken. Toen wisten ze ook al dat muziek heel rustgevend kan zijn.

Als Saul naar zo iemand vraagt wordt meteen de naam van David genoemd. Dat is niet zo vreemd als het lijkt. Het is helemaal niet zo verwonderlijk dat de knecht van Saul wist wie David was. Zo groot was Israël ook weer niet. Misschien wilde deze knecht wel bij voorbaat al de aandacht op David vestigen. Die was weliswaar een eenvoudige herdersjongen, maar hij versloeg toch maar een leeuw en een beer! Dat kan best bekend zijn geweest. Het kan ook goed zijn dat hij daarom een strijdbaar held genoemd wordt; die uitdrukking hoeft niet altijd betrekking te hebben op het soldatenleven. En als je een beer en een leeuw kunt verslaan, moet God wel met je zijn. 

Zo komt David aan het hof van Saul. Daar wordt hij Sauls wapendrager. Dat woord doet ons denken aan een veldslag, maar het woord wapendrager heeft in het Hebreeuws een veel bredere betekenis: zoiets als een persoonlijke assistent.

En dan het slot van hoofdstuk 17. Saul moet wel met opperste verbazing hebben toegekeken, hoe daar een jonge knul de machtige Goliath verslaat. En dan vraagt hij: “Van wie is die jongen een zoon?” Hij vraagt dus niet: “Wie is die jongen eigenlijk?”, maar: “Wie is zijn vader?” Ik denk dat het belangrijk is dat we daar goed op letten.

Naar mijn inzicht is het zó gegaan: David was bij Saul in dienst, zonder dat de koning zich uitvoerig in zijn afkomst en familie verdiepte. Maar toen deze zelfde jongen zo’n geweldige overwinning behaalde werd dat anders. Toen was David niet langer meer een eenvoudige harpspeler maar een bewonderenswaardige soldaat. 

Dan is het goed te begrijpen dat Saul ging denken: uit welke familie stamt die jongen eigenlijk? Familieverbanden waren in die tijd immers heel belangrijk. En dan vraagt Saul niet: wie ben je?, maar: van wie ben je een zoon? Dat hij dan niet expliciet de naam van David noemt geeft niet de doorslag. Als Saul het over jongen heeft, kan dat ook uit hartelijkheid zijn.

Ik hoop dat ik het een en ander heb kunnen verduidelijken. Het laatste woord heb ik er niet over gesproken, er zijn altijd weer Bijbelgedeelten die vragen oproepen, die verschillende antwoorden toelaten.

En tot slot: je wordt niet overtuigd door de HSV-kanttekening. Daar kan ik je niets over zeggen: we hopen binnen enkele weken te gaan verhuizen en de Studiebijbel zit in de verhuisdoos. Ik put dus uit ‘de bagage’ van mijn preekwerk en zo is het altijd weer een vreugde ons in de Schrift te verdiepen.

Van harte de zegen van de Heere gewenst bij het lezen van de Heilige Schrift. Dat is een goudmijn!

Ds. W. Arkeraats

Lees meer artikelen over:

Samueltegenstrijdig
Dit artikel is beantwoord door

Ds. W. Arkeraats

  • Geboortedatum:
    09-08-1946
  • Kerkelijke gezindte:
    PKN (Hervormd)
  • Woon/standplaats:
    Hardinxveld Giessendam
  • Status:
    Actief
135 artikelen
Ds. W. Arkeraats

Bijzonderheden:

Emeritus


Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Geen reacties
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Terug in de tijd

Studie valt tegen

Sinds kort doe ik HBO Rechten op de HU. Ik heb nu een week les gehad en het valt me eigenlijk tegen. Niet zo zeer de studie, maar vooral alles wat nieuw is. Ik denk eigenlijk alleen maar: ik wil dit n...
3 reacties
12-09-2016

1000 calorieën per dag

Is het slecht om een langere periode maar 1000 kcal te eten op een dag? Dit om van overgewicht af te komen? Ik val namelijk heel erg moeizaam af, maar dit lijkt te gaan werken. Stel dat ik dan over ee...
1 reactie
12-09-2012

Overtuigen van de waarheid

Tegenover andersdenkenden vind ik het erg moeilijk om uit te leggen waarom ik in de Bijbel geloof. Ik ontkom er niet aan om te zeggen dat het ook voor een groot deel komt omdat ik er mee opgevoed bent...
Geen reacties
12-09-2005
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering