JAHWEH of HEERE

Ds. W. Pieters | Geen reacties | 16-07-2024| 15:12

Wie is JAHWEH, of de HEERE? Is dat alleen God de Vader, of is het de drie-enige God? In bijvoorbeeld Jesaja 49: 1-7 worden de Personen HEERE en de Knecht/Christus van elkaar onderscheiden. Is Christus dan niet de HEERE? Jesaja 49:1: "Hoort naar Mij [Christus] , gij eilanden, en luistert toe, gij volken van verre. De HEERE heeft Mij geroepen van den buik aan, van Mijner moeders ingewand af heeft Hij Mijn Naam gemeld."

Hoewel er duidelijk onderscheid is tussen JEHOVAH en de Messias, is er ook eenheid tussen die Beiden. Als God is Hij één met de Vader en is Hij Zelf JEHOVAH; als Middelaar (God en mens in één Persoon) is Hij onderscheiden van de Vader. Het onderscheid is in Jesaja te vergelijken met het onderscheid in Johannes 1 vers 1, waar het Woord (de Messias) wordt genoemd in onderscheid met God én waar deze Messias (het Woord) tegelijk God wordt genoemd. Conclusie: er zijn twee goden, óf God en het Woord (de Vader en de Zoon) zijn één God, onderscheiden in twee Personen.

Over dit vers in Johannes heb ik in het jeugdblad De Catechisant het volgende geschreven:

Johannes schrijft in zijn evangelie dingen over Jezus Christus die in de andere drie evangeliën niet staan. Vooral veel gesprekken van Jezus. Kenmerkend in deze gesprekken is dat Jezus zo over Zichzelf spreekt dat Hij Goddelijke eigenschappen aan Zichzelf toekent.

Om dit Goddelijke karakter van de Zoon van God te onderstrepen begint Johannes zijn evangelie met een onbegrijpelijk diepe zin: “In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.” De vertaling van de Jehova's getuigen zegt: “In [het] begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was een god.” De Jehova's getuigen staan wel de opvatting toe dat Jezus de Goddelijke eigenschappen van Zijn Vader weerspiegelt, maar niet dat Hij Zelf God is. Dat kan immers niet, zo zeggen ze, want in ditzelfde vers staat, dat Jezus bij God was. Nu, dan kan Hij niet tegelijk ook Zelf die God zijn, bij Wie Hij is. De Jehova's getuigen komen zo tot de gedachte dat er twee goden zijn (meergodendom of polytheïsme): ten eerste de HEERE (God de Vader) en ten tweede een lagere, een mindere god, namelijk Jezus Christus, Zijn Zoon.

Deze voorstelling is een grote dwaling. De Heilige Schrift leert ons in het Oude en in het Nieuwe Testament steeds dat er maar één God is. Denk aan Jesaja 45 vers 21, waar God zegt: “En er is geen God meer behalve Ik.”

Het is zogenaamd op grond van de Griekse grondtekst dat de Jehova's getuigen Johannes 1 vers 1 zo vertalen, maar als ze eerlijk zijn, moeten ze ook vers 18 dan op dezelfde manier vertalen, omdat daar precies dezelfde Griekse uitdrukking staat. Dan krijg je daar: “Niemand heeft ooit een god gezien.” Maar dit vers vertalen ze wel met: “Geen mens heeft ooit God gezien.” Ze willen dus koste wat het kost de Godheid van Jezus Christus weg hebben. Daartoe verdraaien ze graag allerlei teksten.

Als Jezus Christus slechts een god zou zijn (zoals de Jehova's getuigen Johannes 1 vers 1 vertalen), dan moet Hij óf een ware god zijn óf een valse god. Als Hij een ware god is, hebben we dus twee goden (en dat willen de Jehova's getuigen niet leren). Als Hij een valse god is, moeten we Hem niet eren, maar verachten en verwerpen als een afgod. Het is één van tweeën!

Als de evangelist Johannes had willen zeggen dat Jezus niet waarachtig God was, maar alleen Goddelijke eigenschappen had, op God leek, dan had hij een ander woord bij de hand. In plaats van het woord “Theos”, het woord “Theios.”

De Jehova's getuigen zeggen: alleen God de Vader wordt in het Nieuwe Testament aangeduid met het Griekse lidwoord “ho” (dat betekent: de), maar Jezus wordt nooit met dit lidwoord aangeduid, als Hij God wordt genoemd. Maar dit is niet waar. Thomas zegt in Johannes 20 vers 28: “Mijn Heere en mijn God”; en daar staat voor het woord “Theos” wel het bepaald lidwoord “ho.” Hoe lossen de Jehova's getuigen dit op? Ze laten het gewoon staan en in hun verklaring in het boekje “Redeneren aan de hand van de Schrift” schrijven ze: “Er bestaat geen bezwaar om Jezus als God aan te duiden, als Thomas dit in gedachten had. Het zou in overeenstemming zijn met Jezus’ eigen aanhaling uit de Psalmen, waarin machtige mannen, rechters, goden werden genoemd.” Voor het gemak vergeten de Jehova's getuigen maar dat er in die aanhaling (Johannes 10 vers 34-35) géén lidwoord bij staat… Volgens “Redeneren aan de hand van de Schrift” is het zo dat in ieder geval Jezus en Johannes niet bedoelen dat Jezus de enige waarachtige God is. 

“Op het standpunt van de Jehova's getuigen lijkt het mij trouwens dat Jezus best wel Thomas (en de andere discipelen) had mogen waarschuwen om geen eer aan Hem te geven die alleen aan de enige waarachtige God toekwam. De uitspraak van Thomas is toch wel erg gevaarlijk en leidt daarom gemakkelijk tot misverstanden. Als je een beetje eenvoudig bent, zou je toch geneigd zijn te denken dat Jezus echt God is of zo. Daarom is het vreemd dat -nog steeds op het standpunt van de Jehova's getuigen!- Jezus het zo maar laat gaan, en zelfs ‘goedkeurend’ zegt: Omdat gij Mij gezien hebt, Thomas, hebt gij geloofd; zalig zij die niet gezien zullen hebben, en toch geloofd zullen hebben.”

Zulke kronkels moet men maken om de Godheid van Christus uit de Bijbel te schrappen.

Ik leg hier nogal nadruk op en wijd er best wel wat over uit -in de hoop dat het u niet vermoeit- omdat we helaas allemaal het gevaar lopen om de leer van de drie-eenheid te verstandelijk te benaderen. En aangezien we haar niet begrijpen, zijn we dus geneigd er twijfels bij te hebben of deze leer eventueel te ontkennen.

Is er van de lezers iemand die net als de schrijver vroeger aan het twijfelen is geraakt? Ik herinner me nog levendig als jongen van een jaar of zestien een folder van de Jehova's getuigen in handen te hebben gekregen, met als titel “1+1+1=1?” En dan werd daarin duidelijk gemaakt dat dit natuurlijk niet kan, want iedereen weet, dat 1+1+1=3. Het heeft mij toen en ook later heel wat twijfel opgeleverd. En vooral vroeg ik mij dan af, niet of het te begrijpen is, maar of het wel echt in de Bijbel staat. Door contact met en omdat ik als predikant elk jaar op de belijdeniscatechisatie het onderwerp “God, Zijn Wezen, Namen, Eigenschappen, de Drie-eenheid” moest behandelen, heb ik nogal wat studie ervan gemaakt en ben mede door de studie -dus het verstandelijk benaderen van de Heilige Schrift, maar niet zonder bede om verlichting van mijn verstand met de Heilige Geest- helderder gaan zien dat het werkelijk een Bijbels gegronde leer is om te zeggen: Jezus Christus is waarachtig God.

Ten tweede omdat we allemaal de Jehova's getuigen (misschien wel dikwijls) aan de deur krijgen en dan hebben wij geen weerwoord, wanneer zij een verhaal gaan ophangen over het ontbreken van het Griekse lidwoord enzovoort. De meeste lezers kunnen geen Grieks en kunnen er dus niets tegenin brengen. Nu mag u -als u mijn verhaal over Johannes 1 vers 1 en vers 18 wilt controleren- naar een lyceum gaan, en de leraar Grieks en Latijn (klassieke talen) vragen wat er precies staat in die verzen, zodat u beslagen ten ijs komt wanneer u ooit weer met Jehova's getuigen in contact komt. En als zij er niet over beginnen, begint u er maar over. Zij zijn immers ook maar gehersenspoeld en verkeerd/vals voorgelicht. Misschien gaan hun de ogen ook open voor de inconsequente manier waarop de Jehova's getuigen-vertaling met de Schrift omgaat.

En ten derde omdat het ook voor ons allen van het grootste belang is, dat we een recht zicht hebben op Wie Jezus Christus is. Niet, dat ik veronderstel dat een verstandelijke kennis genoeg zou zijn. Verre van dat. Maar een rechte of zaligmakende geloofskennis wordt door de Heere toch over het algemeen gewerkt door middel van een rechte verstandskennis. Daarom is het niet onbelangrijk om ons stevig in de leer der Schrift te verdiepen, ook in dit aspect van de Bijbelse leer, namelijk de drie-eenheid, de Godheid van Christus.

Ten slotte. Omdat ik in dit artikel de uitspraak van Thomas aanhaalde, die door de Jehova's getuigen zo gemeen wordt mishandeld, onderstreep ik -wat u allang weet-: van groter belang dan alle rechte verstandskennis is het grote wonder dat Thomas acht dagen na Pasen mocht beleven. Jezus toont Zich aan hem en hij mag zeggen: “Mijn Heere en mijn God!” Deze genade hebben we allen nodig. Vraag daarom vooral om persoonlijk door geloofsontmoeting te mogen zeggen: “Mijn Heere en mijn God!”

Want wat houdt dat in? Weinig zegt het de Godheid van Christus te erkennen en tegen andersdenkenden te handhaven, als het hart niet diep en heilig voelt: Hij is mijn Heere en mijn God! Als het niet in alles blijkt dat ons hart door Goddelijk recht het Zijne is. Want wat zegt Hem de hoogste erenaam uit de mónd van een zondig schepsel? Ons hárt, ons hárt verlangt Hij. Slechts het geloof, waarbij men het hart aan Hem geeft, is Hem welgevallig, en maakt gelukzalig.

Ds. W. Pieters

Dit artikel is beantwoord door

Ds. W. Pieters

• Geboortedatum:
  27-06-1957
• Kerkelijke gezindte:
  Hersteld Hervormd
• Woon/standplaats:
  Elspeet
• Status:
  Actief

264 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven