God kan toch ingrijpen?
J.W.N. van Dooijeweert | Geen reacties | 23-02-2006| 00:00
Vraag
Ik zit met iets moeilijks, tenminste dat vind ik. Je hoort predikanten vaak zeggen dat de bekering van God afkomstig is, maar toch moet je er zelf ook mee bezig gaan. Maar ook al lees je de hele Bijbel vele malen, toch betekent dat niet dat je bekeerd wordt. Veel mensen komen vaak onder het Woord van God en doen er niets mee. Hoe kan dat dan? God kan toch zo in die mensen werken dat ze er wel mee bezig gaan? Het kan de schuld van God niet zijn dat we niet bekeerd worden, maar de mens kan het ook niet verdienen. Zou een predikant van de Gereformeerde Gemeente dat kunnen uitleggen?
Aan de ene kant moet het van God afkomstig zijn, maar als de mens niet wil, dan gaat Hij toch verloren. God kan toch ingrijpen? Ik begrijp dat niet goed. God heeft macht over alle dingen en kan ook het hardste hart verbreken? Waarom doet Hij dat dan niet?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Het is niet alleen dat predikanten dit zeggen, maar het is de werkelijkheid. Onze bekering is van God afkomstig. God bekeert mensen. Jouw moeilijkheid is heel duidelijk: Hoe zit het nu toch? De Heere Jezus zegt: “Bekeert u want het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen”. En de dominee zegt: “Bekering komt van God vandaan”. De moeilijkheid begint daar waar we alles niet meer op een rij laten staan. “Bekeert u”, of “bekeer je”, is een opdracht van God, een oproep, of zoals je wilt: een uitnodiging. Het is geen dwang-uitroep maar een liefdesbevel. Een liefdevolle uitnodiging om terug te komen naar je Schepper.
Alles op een rij houden: Wij zijn in Adam van God afgevallen, van God weggelopen. Dit geld voor iedereen. Wij zijn van nature op de verkeerde weg. Van God vandaan. Om ook werkelijk nooit meer terug te keren. Misschien heb je dat in jezelf ook al ontdekt. Nu laat God die afgedwaalde, weglopende mens niet aan zichzelf over. Hij laat hen niet zomaar naar het eeuwig verderf hollen, maar Hij zoekt hen op met Zijn Woord. Wat zegt dat Woord van God? “Kom terug, bekeert u”. Voorbeelden in de Bijbel: Zeg tot hen: “Zo waarachtig als Ik leef, spreekt de Heere HEERE, zo Ik lust heb in de dood van de goddelozen! maar daarin heb Ik lust, dat de goddeloze zich bekeert van zijn weg en leve. Bekeert u, bekeert u van uw boze wegen” (Ez. 33:11). “De goddeloze verlate zijn weg, en de ongerechtige man zijn gedachten; en hij bekere zich tot de HEERE, zo zal Hij Zich Zijner ontfermen, en tot onzen God, want Hij vergeeft menigvuldiglijk” (Jesaja 55:7).
Begrijp je dat dit een opdracht is aan een mens. God zegt niet: “Bidt maar veel of God je wil bekeren”. Nee, Hij zegt heel vriendelijk en welmenend en ook met veel nadruk: “Kom terug!” Dat is heel terecht. Wij zijn weggelopen, Hij niet. Maar als je dan begint om terug te gaan, dan pas ontdek je hoe onmogelijk dat is. Dat het helemaal niet gaat. Dat ik mezelf helemaal niet kan bekeren. Dat ik helemaal niet terug kan gaan.
Het is waar wat jij zegt: “Maar ook al lees je de hele Bijbel vele malen, toch betekent dat niet dat je bekeerd wordt. Veel mensen komen vaak onder het Woord van God en doen er niets mee.” Hoe kan dat dan?
Dat kun je ook weer in de Bijbel terug vinden: “Zal ook een Moorman zijn huid veranderen? of een luipaard zijn vlekken? Zo zult gijlieden ook niet kunnen goed doen, die geleerd zijt kwaad te doen” (Jeremia 13:23). Het is onmogelijk voor ons om onszelf te bekeren omdat we “van nature” dood zijn. Dit vindt je ook weer duidelijk in de Bijbel terug: “Ook toen wij dood waren door de misdaden, heeft Hij ons levend gemaakt met Christus; (uit genade zijt gij zalig geworden)” (Efeze 2:5). En Hij heeft u, als gij “dood waart in de misdaden”, en in de voorhuid van uw vlees, mede levend gemaakt met Hem, al uw misdaden u vergevende,” (Kolossenzen 2:13). Toen de profeet Jeremia dat ontdekte had hij pijn en riep hij tot de Heere: “HEERE, bekeer ons tot U, zo zullen wij bekeerd zijn” (Klaagliederen 5:2).
Vaak wordt met deze werkelijkheid verkeerd omgegaan, en daar zit voor jou de moeilijkheid. Mensen proberen weg te kruipen achter deze werkelijkheid en ze zeggen dan: Je kunt jezelf niet bekeren, God moet het doen.” En ze doen verder niets. En als iemand wel iets doet dan halen ze de schouders op en zeggen: Hij wil het zelf doen. Maar je kunt hier niet achter wegkruipen! Het is waar: God moet het doen.... Maar het andere is ook waar: God wil het doen.
Ik vind het altijd zo prachtig zoals Paulus het door de Heilige Geest geleerd mocht opschrijven: “Alzo dan, mijn geliefden, gelijk gij altijd gehoorzaam geweest zijt, niet als in mijn tegenwoordigheid alleen, maar veelmeer nu in mijn afwezen, werkt uws zelfs zaligheid met vreze en beven: Want het is God, Die in u werkt beide het willen en het werken, naar Zijn welbehagen. Doet alle dingen zonder murmureren en tegenspreken”. Filippenzen 2:12,13.
Toen ik in mijn eigen leven zag hoe dood ik was (door het licht van de Heilige Geest), toen heb ik geschreeuwd tot God. Niet een moment kwam in gedachte om de schuld aan God te geven waarom Hij niet werkte, maar ik zag mijn hemelhoge schuld op me af komen. Ik heb geschreeuwd om ontferming, om genade. Geschreeuwd als een gewond dier. En de Heere hoorde. Hij schonk genade. Ik weet nog goed hoe in die schreeuw al zoetheid was, vreugde, God gaf opening om alles aan Hem voor te leggen en al mijn zonden te belijden. Jij zegt :God kan toch zo in die mensen werken dat ze er wel mee bezig gaan? Dat doet Hij ook. Hij doet dagelijks niet anders. Over de hele wereld zien we het gebeuren dat mensen gaan roepen tot God. Dat is een gevolg van Zijn werk in het hart.
Zie je in de teksten in Filippenzen het heerlijke geheim dat de mensen, en ook vaak dominees, over het hoofd zien? Paulus zegt niet: “Je kunt het zelf niet”. Maar hij zegt: “Ga werken, werk aan je zaligheid. Met vrezen en beven, want het is God die in u werkt het willen en het werken”. Hier ligt het helemaal! Als er verlangen in je hart is om bekeerd te worden, werk er dan aan, want dat verlangen heeft God in je hart gegeven. Dat verlangen is werk van God. Een oude man zei jaren geleden tegen me: “Zet de mensen maar aan het werk om bekeerd te worden. Laat ze zich maar dood werken dan gaan ze vanzelf naar de Heere roepen.” Dat is een beetje kort door de bocht maar het is wel waar.In onze tijd lijkt het vaak alsof het onmogelijk is om bekeerd te worden. Maar het is juist heel nadrukkelijk naar Gods Woord: God wacht op je om je te bekeren. Grijp er naar, jaag er naar. Bidt, roep, smeek..... En God komt!!!!
Je zegt: Het kan de schuld van God niet zijn dat we niet bekeerd worden, maar de mens kan het ook niet verdienen. Dat is correct! Het is de schuld van de mens
Je schrijft: God kan toch ingrijpen? Ik begrijp dat niet goed... God heeft ingegrepen door Zijn Zoon te geven. Die stierf aan het kruis om de weg terug voor ons te banen. Alleen door Zijn sterven op Golgota is bekering mogelijk. Hij heeft ook de Geest gezonden die roept “KOM” (Openbaring 12:17). Gaat het licht een beetje op in je hart. Ik hoop het zo, want dan komt het goed. God wil je stem horen. God wil je bekeren.
God heeft macht over alle dingen en kan ook het hardste hart verbreken? Waarom doet Hij dat dan niet, vraag je. Hij doet het wel! Hij verbreekt de hardste harten (Handelingen 2:1-37, Ezechiel 26:36). “Uw volk zal zeer gewillig zijn op den dag Uwer heirkracht, in heilig sieraad; uit de baarmoeder van de dageraad zal U de dauw Uwer jeugd zijn” (Ps 110:3) Door God Zelf gewillig gemaakt. Daar ligt het geheim. Dan ligt de schuld bij ons. Maar God is zo goed dat Hij ons opzoekt en gewillig maakt. Er zei heel vroeger een oude prediker tegen me: Als jij gaat zoeken, dan ben je al gevonden... Moeilijk? Nee! Zo gauw je begint te roepen, met belijdenis van je onmacht en je onwil. Zo gauw je van harte begint te roepen vanuit je ellende, ben je door God gevonden. Het lijkt soms net alsof mensen en (en ook vaak dominees) in onze tijd bang zijn om te laten horen hoe gewillig God is om je te bekeren. Hij staat op je te wachten. Met een hart vol liefde. Openbaring 3:20 is bijvoorbeeld een heel mooi voorbeeld. De stem van de Heere Jezus Zelf, Die ook jou nodigt om tot hem te komen. Hij is Zaligmaker. Hij ontvangt schuldigen, zondaren. Die zichzelf niet kunnen bekeren en hij schenkt hen genade. “Mijn zoon (of dochter) uw zonden zijn u vergeven. Marcus 2. Hij is gekomen om de schuld van zondaren weg te dragen naar het kruis. Hij is de weg, de Waarheid en het Leven. Ga tot Hem!
Lieve vraagsteller: Waar wacht je nog op? Ik heb het van veel kinderen van God gehoord (ik ben nu zelf 68 jaar) en ik heb het zelf ervaren: De schuld ligt niet bij God maar bij ons. God wil onze zaligheid. Hij wil jouw zaligheid. Hij wil dat werken in je, Hij wil dat schenken aan je. Hij wacht alleen op jou, gisteren, vandaag.... tot je komt.
Ik hoop dat je er een beetje uitkomt, zo niet, laat maar horen en we zoeken verder.
Hartelijke groeten en Gods rijke zegen toegewenst,
J. W. N. van Dooijeweert
Lees ook het vervolg: 'God kan toch ingrijpen? (2)'
Dit artikel is beantwoord door
J.W.N. van Dooijeweert
- Geboortedatum:23-01-1938
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Waddinxveen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: