Hertrouwen na kwaadwillige verlating
M.H. Eckhardt | 1 reactie | 25-09-2023| 09:39
Vraag
Op papier ben ik nog niet gescheiden. Mijn man heeft mij vanwege het geloof verlaten. Ik heb alles geprobeerd om scheiding te voorkomen, maar dit is zijn keus. Voordat de scheiding officieel is op papier, blijkt hij in de tussenliggende tijd vreemd te gaan. Dit is wel na zijn besluit mij te verlaten. Er is geen aantoonbaar bewijs dat hij al eerder dit deed, al is het wel aannemelijk. Mag je dan hertrouwen, mocht de Heere ooit een man nog toeschikken? Aan iemand van de Ger. Gem.
Geeft u straatarme Egyptische christenen een onvergetelijke Kerst?
In Egypte is het steeds lastiger om rond te komen. Voedselprijzen rijzen de pan uit. U kunt het verschil maken door een voedselpakket voor een christelijke Egyptische familie te doneren. Heel praktisch willen we hiermee handen en voeten geven aan de opdracht van God om de armen te voeden.
Antwoord
U zit met de brokstukken van een gebroken huwelijk. Zulke vragen, hoe zakelijk ook gesteld, grijpen me altijd aan. God heeft zo’n verheven en heilige bedoeling met het huwelijk. Het “aanhangen” in Genesis 2:24 wijst op een innige liefdesverhouding die zich over de hele levensgemeenschap naar lichaam en ziel uitstrekt. En in het “één vlees” in Efeze 5 ligt de allesomvattende persoonlijke gemeenschap van man en vrouw besloten. Misschien bent u stukgeslagen en moe gevochten en denkt u in dit stadium veel aan een betere toekomst. Daarom is uw vraag goed te begrijpen.
Gezien uw formulering stel ik vast dat u zich tot nu toe gehouden hebt aan de “synodale uitspraken” die gezaghebbend zijn geworden binnen het kerkverband van de Gereformeerde Gemeenten. Deze worden uitvoerig onderbouwd in het rapport “De Heilige Huwelijke Staat” dat in 2020 is verschenen. Een van de conclusies hierin is dat overspel de enige Bijbelse grond is voor echtscheiding. Alleen om die reden mag er ook sprake zijn van hertrouwen. Belangrijke Schriftwoorden hierbij zijn Mattheüs 19:3-9 en 1 Korinthe 7:1-15.
Laatstgenoemd Bijbelgedeelte gaat over het verlaten van de huwelijkspartner vanwege vijandschap tegen het christelijk geloof. Ook dat ziet het rapport als een wettige reden om te scheiden, liever gezegd: om in een echtscheiding te berusten. Maar in dit geval dient de verlatene ongetrouwd te blijven, althans dat is het dringend advies van het rapport. De opstellers erkennen dat er door veel reformatoren en gereformeerde voorvaderen ruimer werd gedacht over de uitleg van vers 15. Ook de kanttekening nr. 77 bij 1 Korinthe 7:39 laat de mogelijkheid open dat hertrouwen geoorloofd is bij kwaadwillige verlating op religieuze gronden.
Nu de situatie waarin u verkeert: u hebt zich tot het uiterste verzet tegen een echtscheiding om godsdienstige redenen, een echtscheiding die nog niet officieel voltrokken is. Dat heeft u hopelijk niet gedaan zonder gebed en zonder de wil om uw man te behouden. Maar nu is er kennelijk iets openbaar gekomen dat uw verzet gebroken heeft. Uw man heeft uw beider (nog steeds rechtsgeldig) huwelijk gebroken door overspel. Dat betekent dat de woorden van Christus in Mattheüs 19:9 hierbij van toepassing zijn: “Maar Ik zeg u, dat zo wie zijn vrouw verlaat, anders dan om hoererij, en een ander trouwt, die doet overspel (…).”
De weg van echtscheiding en hertrouwen staat voor u open, al zal de kerk nooit aandringen op hertrouwen. Dat doet Christus ook niet. Als u voorlopig ongetrouwd zou willen blijven om daarmee uw droefheid te laten zien over de situatie die ontstaan is, dan geeft u de 'wegloper' de grootste kans om weer terug te keren, ook al lijkt dit absoluut onmogelijk. Christus toont wel dat beeld van Zichzelf in de gelijkenis van de vader die uitzag naar de terugkeer van de verloren zoon.
Maar daarmee is niet alles gezegd. De Bijbel wijst ook dikwijls op een andere regel van Gods barmhartigheid. Die vinden we onder meer in de woorden van Paulus in 1 Korinthe 7:9: “Maar indien zij zich niet kunnen onthouden, dat zij trouwen; want het is beter te trouwen dan te branden.” Hiermee is uw eigenlijke vraag, denk ik, beantwoord: als God u een andere man zal “toeschikken” (= zenden, ontvangen), zou dan niet een tweede huwelijk Zijn goedkeuring hebben?
M. H. Eckhardt
Dit artikel is beantwoord door
M.H. Eckhardt
- Geboortedatum:04-01-1953
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Oostkapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Oud-docent godsdienst & ouderling
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ouderling Eckhart zegt in z'n reactie op de vraag over kwaadwillige verlating dat wachten met hertrouwen verdriet laat zien. Gaat het dan in deze om wat je uitstraalt naar medemensen?
Antwoord Refoweb: Ouderling Eckhart schrijft: "Als u voorlopig ongetrouwd zou willen blijven om daarmee uw droefheid te laten zien over de situatie die ontstaan is, dan geeft u de 'wegloper' de grootste kans om weer terug te keren, ook al lijkt dit absoluut onmogelijk."
Het heeft dus een tweeledig doel. Door te wachten is er (mogelijk) kans op herstel en daarnaast toont ook de 'verlatene' dat de scheiding hem/haar niet onverschillig laat. Ook hier geldt: hoedt u voor de schijn des kwaads.