Tweede gebod van de wet
Redactie Refoweb | 1 reactie | 19-04-2023| 08:03
Vraag
Ongeveer elke zondag dat de wet in de kerk gelezen word heb ik vraagtekens bij dit stukje: “Gij zult u geen gesneden beeld, noch enige gelijkenis maken, van hetgeen boven in den hemel is, noch van hetgeen onder op de aarde is, noch van hetgeen in de wateren onder de aarde is. Gij zult u voor die niet buigen, noch hen dienen; want Ik, de HEERE uw God, ben een ijverig God.” Het vijfde vers eindigt met een punt. Het komt dan over alsof we geen (af)beeld(ing) of gelijkenis mogen maken van iets? Klopt dat?
Of is het dat we enkel niet mogen buigen voor, of een(af)beeld(ing) of gelijkenis niet mogen dienen?
Antwoord
Dat is te lezen in deze artikelen:
Dit artikel is beantwoord door
Redactie Refoweb
Bijzonderheden:
Mailadres: vragen@refoweb.nl
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
1 reactie
Jesaja40
23-04-2023
/ 10:40
Goede vraag.
Hier wordt duidelijk over een afbeelding gesproken waaraan de mens eer aan bewijst.
Was je erg rijk dan liet je dat zien in gouden voorwerpen met de beeltenis van je afgod. Je liep er mee te pronken en toonde gelijk dat je trouw was aan de godsdienst die je in het bijzonder aansprak. Natuurlijk waren er verschillende soorten en naar believen droeg je ook die bij je omdat het je "zoveel geluk" en welvaart bracht.
Het niet buigen voor een afgod heeft verstrekkende gevolgen. Ook Haman droeg zichtbaar zijn afgodsbeelden. Een reden temeer dat Mordechai niet heeft gebogen voor Haman, hij zou dan ook indirect gebogen hebben voor deze afbeelding. Het gebod om niet te buigen gaat dus zeer ver. Mordechai zou hij dat zelfs met zijn leven moeten bekopen. De Eeuwige zorgt voor een bijzondere redding van mijn volk.
Het gebod om niet te buigen was tegelijkertijd een aanklacht tegen hen die hun eigen bedachte godsdienst propageerden.
Hier wordt duidelijk over een afbeelding gesproken waaraan de mens eer aan bewijst.
Was je erg rijk dan liet je dat zien in gouden voorwerpen met de beeltenis van je afgod. Je liep er mee te pronken en toonde gelijk dat je trouw was aan de godsdienst die je in het bijzonder aansprak. Natuurlijk waren er verschillende soorten en naar believen droeg je ook die bij je omdat het je "zoveel geluk" en welvaart bracht.
Het niet buigen voor een afgod heeft verstrekkende gevolgen. Ook Haman droeg zichtbaar zijn afgodsbeelden. Een reden temeer dat Mordechai niet heeft gebogen voor Haman, hij zou dan ook indirect gebogen hebben voor deze afbeelding. Het gebod om niet te buigen gaat dus zeer ver. Mordechai zou hij dat zelfs met zijn leven moeten bekopen. De Eeuwige zorgt voor een bijzondere redding van mijn volk.
Het gebod om niet te buigen was tegelijkertijd een aanklacht tegen hen die hun eigen bedachte godsdienst propageerden.