Beleving van Gods recht
Ds. G.A. van den Brink | Geen reacties | 01-11-2022| 10:25
Vraag
Geachte dominee G. A. van den Brink. Hartelijk dan voor uw antwoord op de vraag “God van de (wan)hoop”. Misschien mag ik nog een vervolgvraag stellen. Mensen die de beleving van het recht Gods benadrukken noemen vaak Galaten 2:19. Ik ben erg benieuwd naar uw uitleg van deze tekst.
Misschien kunt u ook nog wat zeggen over Romeinen 8:16. Deze tekst houd mij ook erg bezig. In het interview van Marcel Vroegop met u werd opgemerkt dat het goed zou zijn om nog eens verder te praten over bevinding als zodanig en u antwoordde hierop met “ja”. Ik zie echt uit naar dat gesprek.
Antwoord
Beste vragensteller,
Oprecht bedankt voor je vraag! Ik besef, als ik je vraag overdenk, des te meer hoe belangrijk de verhouding is van Wet en Evangelie.
In Galaten 2:19 zegt Paulus dat hij door de Wet aan de Wet gestorven is. De Wet heeft hem ervan overtuigd dat hij de vloek van de Wet verdient en tegelijk laat de Wet hem voor dood achter (zie ook de kanttekening van de Statenvertaling). Als er nu geen Evangelie was, of als wij het Evangelie niet kenden, dán zouden wij inderdaad beseffen onder Gods recht verloren te gaan. Maar Paulus zegt erbij: “...opdat ik Gode leven zou”. Sterven aan de Wet is niet erg als ik door het Evangelie mag leven.
Het eigenlijke vraagstuk is niet dat Wet en Evangelie elk hun eigen functie hebben. Verwijten richting mij dat ik de functie der Wet ontken, zijn onterecht. Het probleem ontstaat als wij denken pas het Evangelie te mogen gaan horen indien wij aan de Wet gestorven zijn. Gods recht toevallen wordt dan een vereiste die moet gebeuren buiten en zonder het Evangelie, voorafgaande aan het Evangelie. Je begrijpt dat zo’n rechtsbeleving onmogelijk wordt en overbodig wordt, als Wet en Evangelie beide worden gepreekt.
Ik maak een vergelijking. Veel mensen zijn vroeger gevlucht van Oost-Duitsland naar West-Duitsland. Zij beseften dat in Oost blijven de dood inhield, en naar West vluchten het leven was. Die twee overtuigingen hadden zij tegelijk en versterkten elkaar. Het zou dwaas zijn om van hen te eisen dat zij (zonder zicht op vluchten naar het Westen) eerst werkelijk dood moesten gaan in Oost, voordat zij naar West mochten gaan. Door te vluchten erkenden zij twee dingen tegelijk: de dood in Oost, het leven in West. Zo erkennen wij twee dingen tegelijk als wij in Christus geloven: de dood in de Wet, het leven in het Evangelie.
Een afsnijdingservaring, Gods recht toevallen, met alles de dood in moeten en dergelijke uitdrukkingen gaan op dit punt mank. Zo’n prediking verplicht jou om (als jij die ervaring wilt meemaken) het Evangelie te veronachtzamen, te vergeten en buiten beschouwing te laten. Een ernstiger verwijt dan dit kan aan een Evangelieprediker niet gemaakt worden.
Denk hierbij ook aan de doop (Rom. 6:1-4; zie ook het doopformulier over “de hoofdsom van de leer van de heilige doop”). Ondergaan, onder zijn en opkomen uit het water zijn één geheel. Sterker nog: een dopeling is bereid onder te gaan, omdat hij weet dat hij weer boven zal komen! Als we die eenheid ontkennen, maken we van elke dopeling een drenkeling. Wij zijn alleen dan bereid om te sterven aan de Wet, als wij tegelijk weten dat wij zullen leven door het Evangelie.
Romeinen 8:16 zegt dat Gods Geest met onze geest getuigt dat wij kinderen van God zijn. Als wij de kenmerken van Gods kinderen in ons leven zien, is dat dankzij de werking van Gods Geest. De Heilige Geest werkt niet zonder, maar met onze geest. Zie, als zo vaak, de kanttekening: “De Geest getuigt samen met onze geest, die ons ook mede getuigt door de aanmerking van de kentekenen van het kindschap Gods, die onze geest door Gods Geest in zichzelf waarneemt.”
Je opmerking over bevinding zal ik met Marcel bespreken!
Met hartelijke groet,
Ds. G. A. van den Brink
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G.A. van den Brink
- Geboortedatum:05-01-1974
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Apeldoorn
- Status:Actief
Bijzonderheden:
-Vragen aan ds. Van den Brink kunnen tot nader bericht niet worden ingediend.
-Emeritus-predikant. Sinds september 2020 als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de TUA.
-Bekijk ook: