Roofdieren waren planteneters (2)
prof. dr. M.J. Paul | Geen reacties | 01-09-2022| 16:23
Vraag
Aan prof. M. J. Paul. Dank voor uw antwoord op de vraag over 'Roofdieren waren planteneters'. Ik heb een paar vervolgvragen op uw antwoord. U schreef: “Wie heeft de schepping onderworpen? Slechts God Zelf kan hier bedoeld zijn: Hij leverde de schepping uit aan een proces van vergankelijkheid.” Dat zou volgens mij dan toch een vrij radicale herschepping moeten zijn van wat er al is. Vergankelijkheid betekent toch vooral dat iets vergaat en niet eeuwig is? Dat klinkt alsof het op sterven/doodgaan zelf wijst. Maar de natuur zoals wij die kennen moet wel haast een complete metamorfose hebben gehad in mijn optiek.
Mijn punt is niet dat ik twijfel of dat mogelijk zou zijn, dat allerminst. God kan scheppen en herscheppen wat Hij maar wil. Maar het is meer dat hier in Genesis nou niet echt iets over gezegd wordt, terwijl als we kijken naar hoe de meeste vleeseters gebouwd zijn, dan kunnen we volgens mij niet echt ontkennen dat zij werkelijk gebouwd zijn om te jagen en te verslinden. Zo duidelijk zelfs dat dat alleen al getuigt van dat ze geschapen moeten zijn door God. En dan praat ik niet slechts over het hebben van tanden.
Neem bijvoorbeeld de vissen in de diepte van de oceaan die in het pikdonker leven en een ‘lampje’ hebben om hun prooi mee te lokken. Dit is overduidelijk niet gemaakt om plankton aan te trekken, maar andere vissen. Dus als God werkelijk de natuur eerst heel anders geschapen had, hoe moet ik dat dit dan zien? Heeft hij na de zondeval direct alles herschapen dat het zo werd als wij het vandaag de dag kennen? Dan zou ik toch verwachten dat daar iets over genoemd zou worden, aangezien dat voor Adam nogal een gigantische verandering zou zijn van het paradijs van vrede naar ineens een moordlustige natuur van dood en verderf. En als voor de zondeval dieren elkaar niet opaten en niet stierven, dan zou de wereld toch snel veel te veel dieren hebben? Ze kunnen zich namelijk niet oneindig voortplanten.
Ook heb ik wel eens het idee horen opwerpen dat in Eden -het paradijs- de dood niet was, maar dat daarbuiten de natuur wel zo was als het nu is en de mens als straf van dit paradijs werd uitgesloten en in de wilde natuur kwam. Dit werd beargumenteerd vanuit de opdracht voor de mens in Genesis 1: “...vervul de aarde en onderwerp haar, en heers over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht en over al de dieren die over de aarde kruipen!” Oftewel, de mens had het doel heel de wereld tot Eden te maken en dat dus niet heel de aarde op dat moment als Eden was. Ik weet niet echt in wat ik hiervan moet denken, het blijft allemaal maar vaag, onduidelijk en speculatief, omdat er niet echt veel over de natuur zelf gesproken word in de bijbel. Maar ik kan niet ontkennen dat ik het wel vreemd vind dat de mens de natuur moet ‘onderwerpen’ als deze natuur vredig zou zijn. En dat was voor de zondeval.
Wat mij ook opvalt is dat in Genesis 1 al onderscheid wordt gemaakt tussen vee en ‘wilde dieren’. Wat moet ik me precies voorstellen bij ‘wilde dieren’ als zij niet gevaarlijk of vredig zijn? U verwijst naar Jesaja en de toekomst die duidt op een paradijselijke toestand die nog komt. Dat lijkt inderdaad te zeggen dat in bij de wederkomst van de Verlosser we terug gaan naar de paradijselijke toestand van vrede etc. Maar dat zou in theorie kunnen samengaan met het bovengenoemde idee dat deze vroegere situatie alleen in Eden was en niet buiten Eden.
En als laatste vraag natuurlijk de klassieker: hoe moet ik dit zien in het licht van de dinosaurussen als bijvoorbeeld de T-rex en andere carnivoren. Het lijkt mij toch zeer onwaarschijnlijk dat de mens met dergelijke dieren kon samenleven? Met de huidige wapens en technologie van de mens zouden we deze dieren natuurlijk met gemak kunnen overheersen of zelfs laten uitsterven, maar in de tijden van de de aartsvaders als Adam en de paar generaties daarna die enkel over speren en dergelijke beschikten zou het toch haast onmogelijk zijn om dieren als een T-rex van 5 meter hoog te bestrijden? Zeker wanneer je je bedenkt dat ijzer in die tijd nog niet ontdekt was. Je zou haast denken dat God die dieren specifiek na de zondeval dan geschapen zou hebben als carnivoren, want een T-rex is overduidelijk niet gebouwd of gemaakt als planteneter.
Al met al nog veel vragen in mijn hoofd omtrent deze dingen. Ik ga zeker eens kijken of ik de door u genoemde boeken kan bemachtigen, want ik vind dit zeer interessant. Niet alleen maar voor mijzelf, maar ook omdat wanneer ik met mensen over het geloof praat vaak meteen onderwerpen als dinosaurussen etc. worden aangehaald en hoe ze dat moeten zien in het licht van de Bijbel en dat blijf ik maar lastig vinden om goed te kunnen beantwoorden.
Antwoord
Beste vraagsteller,
Je stelt allerlei vervolgvragen. Begrijpelijk, omdat ze met elkaar samenhangen. Toch is het in een vragenrubriek gemakkelijker als je enige vragen afzonderlijk stelt. In het onderstaande kies ik een paar aspecten, maar het is niet mogelijk overal op in te gaan. Een mooi en uitvoerig Bijbelcommentaar dat veel wetenschappelijke vragen behandelt, is Jonathan D. Sarfati, “The Genesis Account. A theological, historical, and scientific commentary on Genesis 1-11” (Creation Book Publishers, 2015).
Je schrijft over een complete metamorfose en “direct alles herschapen.” Ik vind het veel aannemelijker dat er een geleidelijke verandering plaatsvond. Wat bedoel je met “geschapen”? Het is ook mogelijk dat God in de schepping allerlei mogelijkheden heeft gelegd die in de loop van de tijd nog ontwikkeld konden worden. Denk eens aan de mens. Welke genetische eigenschappen zullen Adam en Eva gehad hebben om er voor te zorgen dat er in onze tijd zoveel verschillende soorten mensen (lichaamsbouw, huidskleur, karakter) zijn? Voor diverse standpunten over de ontwikkeling van wilde dieren, zie Don Batten e.a., “Hoe bestaat het! Antwoord op meer dan 60 veelgestelde vragen over schepping, evolutie en de Bijbel” (De Banier, 2009) 121-132. Overigens is het de vraag wat “wilde dieren” betekent: dieren die ‘in het wild’ leven en nog niet gedomesticeerd zijn? Het is niet nodig om gelijk aan gevaarlijke dieren te denken.
Het boek Genesis is over de vroege geschiedenis uiterst beknopt. Volgens de Hebreeuwse tekst was er een periode van ongeveer 2000 jaar tussen Adam en Abraham, volgens de Griekse tekst 3500 jaar. Uit die lange periode hebben we maar een paar hoofdstukken. Het doel van Genesis is de lijn te laten zien van de schepping tot het ontstaan van de twaalf stammen van Israël. Er zijn drie perioden (schepping, zondvloed, aartsvaders) die beschreven worden, verbonden door twee geslachtsregisters, maar over de oudste geschiedenis lezen we bijna niets. Wat dat betreft is het niet zo nodig dat een geleidelijke verandering van de natuur genoemd wordt. Er staat wel dat de slang en de aarde vervloekt werden. En Lamech geeft zijn zoon de naam Noach vanwege troost over het zwoegen en de vervloekte aardbodem (Genesis 5:29).
Is de dood nodig voor de dieren, omdat er anders teveel zouden komen? Er zijn ook andere manieren om snelle vermenigvuldiging tegen te gaan. Overigens is sterfelijkheid van dieren nog iets anders dan predatie: het vlees eten van andere dieren.
Inderdaad was het de bedoeling dat de mens vanuit de hof van Eden de rest van de wereld zou gaan bewonen. Was het Gods plan dat die hof veel groter zou worden als er meer mensen geboren werden? Of was het de bedoeling dat de mens zich buiten die tuin zou begeven? Wij weten het niet.
Wat houdt het “onderwerpen” of “heersen” in Genesis 1 in? De mens mag van het geschapene gebruik maken voor zover dit niet strijdig is met de dienst aan God. De uitdrukking “heersen” klinkt bij ons tamelijk negatief, maar betekent hier beheren en zorg dragen, waarbij eigen inzicht en creativiteit ingezet worden (vgl. Gen. 2:15; Ps. 72). Op grond daarvan is de vertaling “opdat zij verantwoord gezag uitoefenen” mogelijk. Vanuit Genesis 2 kan ingevuld worden: de dieren namen geven, terwijl in het vervolg blijkt dat de dieren ook ingezet kunnen worden ten nutte van de mens. Paulus zal later over voorrechten en verantwoordelijkheid van de gelovigen zeggen: “Alles is van u, maar u bent van Christus, en Christus is van God” (1 Kor. 3:22). De mens is geschapen naar het beeld van God en krijgt een verantwoordelijke taak toebedeeld. Dat is iets ander dan “heersen” in onze betekenis van het woord.
Terwijl de gangbare evolutionaire tijdtabel aangeeft dat de dino’s 65 miljoen jaar geleden uitgestorven zijn, zijn er veel argumenten om aan te nemen dat mensen en dino’s gelijktijdig geleefd hebben. Vroeger werden dergelijke dieren draken genoemd, maar in 1852 is de benaming dinosauriërs bedacht. Moesten mensen met dergelijke dieren samenleven? Gelukkig was de aarde groot genoeg om op afstand te blijven.
Lees ook:
In Job 40-41 is sprake van twee reusachtige dieren: de behemoth en de leviathan. De vertaling met nijlpaard en krokodil (NBG51 en NBV) past niet bij de beschrijving. NBV21 heeft gelukkig de Hebreeuwse woorden weer gekozen. Interessant is de weergave in de Bijbel in Gewone Taal: “het monster Behemot” en “de draak Leviatan.” Die weergave is interpreterend, maar naar mijn mening inhoudelijk wel correct. De beschrijving past bij bepaalde soorten dinosauriërs. In deze hoofdstukken is geen sprake van samenleven in dezelfde omgeving, maar wel bekendheid met elkaar. In Job 7:12 is sprake van wachters tegen de zee (gevaar van overstromingen) en tegen zeedieren (dino’s?). Het was zaak om op tijd te vluchten!
Over de interpretatie van de dieren in Job 40-41 heb ik geschreven in de Studiebijbel Oude Testament, deel 6 (www.studiebijbel.nl) en ook in het Journal of Creation.
Prof. dr. M. J. Paul
Dit artikel is beantwoord door
prof. dr. M.J. Paul
- Geboortedatum:13-03-1955
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Oegstgeest
- Status:Actief
Bijzonderheden:
-Eindredacteur Studiebijbel OT
-Senior docent Oude Testament (CHE)
-Deeltijd hoogleraar OT te Leuven (B)
-Directeur-bestuurder THGB
Bekijk ook: