Evenwichtige prediking
Ds. G.A. van den Brink | Geen reacties | 22-08-2022| 16:55
Vraag
Geachte ds. G. A. van den Brink. Hartelijk bedankt voor het antwoord op mijn vraag 'Het verlaten van je gemeente'. Ik wil hier graag op reageren en een paar vervolgvragen stellen.
U ziet de leer die in veel reformatorische kerken wordt gebracht als een loochening van fundamentele leerstukken over God en Christus. Dat concludeer ik uit uw vergelijking met de vrijzinnige gemeenten. Maar in een vrijzinnige gemeente houdt men zich niet meer aan de drie formulieren van enigheid. Hun grondslag deugt niet. Dat kun je van reformatorische kerken toch niet zeggen? Maakt dat voor u geen verschil? Er staat in Johannes 3:3: “Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, tenzij dat iemand wederom geboren wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien.” Wat is de reden dat Jezus hier zo stellig de nadruk legt bij de wedergeboorte? Dat zou Nicodemus toch ook lijdelijk hebben kunnen maken? En toch benadrukt Jezus het hier wel. Wat heeft dat ons te zeggen?
Mijn ervaring in de hervormde kerk (PKN), en ik ben lid van een redelijk behoudende gemeente (gereformeerde bond), is dat juist dit aspect (noodzaak van de wedergeboorte) te vaak onderbelicht blijft. Ik hoor wel van Gods liefde tot zondaren, maar te weinig van Gods liefde tot het recht. Ik hoor veel over geloof, maar te weinig over wedergeboorte. De doodstaat van de mens en onze onmacht is bij bepaalde predikanten een ondergeschoven kindje geworden. Bent u niet bang voor doorvloeien? Jaagt u de schapen op deze manier niet in de handen van vrije-wil-drijvers of mensen die de doodstaat zelfs ontkennen? Zouden gemeenteleden niet gestimuleerd moeten worden om de houding aan te nemen van Aquila en Priscilla? "Zij namen Apollos tot zich en legden hem den weg Gods bescheidenlijker uit". Is het niet voldoende als we de mensen vooral aanmoedigen om de oudvaders te lezen en te bestuderen?
Inhoudelijk ben ik het van harte met u eens. Mijns inziens gaat u er wel erg met een gestrekt been in. Hoe komt dat? Dat vraag ik mij wel oprecht af. Misschien is deze vraag wel heel persoonlijk.
Antwoord
Beste vragensteller,
Uit je verwoording begrijp ik dat jijzelf de eerdere vraag over het verlaten van je gemeente hebt gesteld. Hoe deze vraag daarop een vervolg is, kan ik moeilijk inzien.
Ik maakte geen vergelijking tussen vrijzinnige en bepaalde reformatorische kerken in het opzicht van de leer, maar in het opzicht van de uitwerking van de prediking.
En over het vervolg van je vraag: het lijkt erop dat een goede prediking voor jou inhoudt “van alles wat.” Als een dominee de roeping van God noemt moet hij dat wel in evenwicht houden door ook wat te zeggen over de wedergeboorte. Als hij het aanbod van genade brengt moet hij ook de doodstaat van de mens noemen. Hij mag alleen Gods liefde voor zondaren noemen als hij ook Gods liefde voor het recht vermeldt. De verantwoordelijkheid van de mens moet ter sprake komen maar natuurlijk ook het toepassende werk van de Heilige Geest. Enzovoorts. Alsof dit “evenwichtige prediking” is! Alsof de preek een leer-rede is! Alsof een predikant dienaar van de dogmatiek is in plaats van dienaar van het goddelijke Woord.
In de verkondiging moet er bediening van de verzoening plaatsvinden, dat is: toedienen, uitdelen. Sommige oudvaders zetten achter hun naam: verbi divini administer. Zij noemden zichzelf niet alleen dienaar van het goddelijke woord, maar ook toedienaar. Dus als de tekst over wedergeboorte gaat, preek ik over wedergeboorte, met het doel dat mensen wedergeboren worden. Als de tekst gaat over de hel, preek ik over de hel met het doel dat de hoorders de toekomende toorn ontvluchten. Als de tekst gaat over geloof in Christus, preek ik over geloof in Christus met het doel dat ieder in het kerkgebouw gaat geloven. En omdat de Schrift vaker spreekt over geloof dan over wedergeboorte of hel of verwerping of de doodsstaat, preek ik inderdaad vaak over het geloof.
Ga ik er met gestrekt been in? Ik zou het jammer vinden als dat zo lijkt. Ik probeer zo te antwoorden dat zoveel mogelijk lezers van Refoweb begrijpen wat ik bedoel. Ik wil de lezer niet laten raden naar wat ik toch zou willen zeggen. We zijn meer geholpen met helderheid dan met versluierend taalgebruik. Als ik streef naar duidelijke antwoorden, kun jij als lezer daar wat mee. Als we opzettelijk vaag zijn, blijft alles zoals het is. Maar dat laatste mag niet ons doel zijn. Want voortdurend roept de Schrift ons ertoe op: bekeer u. En die oproep geldt ook voor kerkelijke structuren die niet meer dienstbaar zijn aan het Evangelie.
Met hartelijke groet,
Ds. G. A. van den Brink
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G.A. van den Brink
- Geboortedatum:05-01-1974
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Apeldoorn
- Status:Actief
Bijzonderheden:
-Vragen aan ds. Van den Brink kunnen tot nader bericht niet worden ingediend.
-Emeritus-predikant. Sinds september 2020 als wetenschappelijk medewerker verbonden aan de TUA.
-Bekijk ook: