Alles verkopen wat je hebt
Ds. M. Baan | 1 reactie | 20-10-2021| 13:36
Vraag
“Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk aan een schat, in den akker verborgen, welken een mens gevonden hebbende, verborg dien, en van blijdschap over denzelven, gaat hij heen en verkoopt al wat hij heeft, en koopt dienzelven akker”, Mattheüs 13:44. Is het de bedoeling dat mensen die God hebben mogen vinden in hun leven, dan alle dingen moeten verkopen?
Het lijkt mij dat ze zoiets bedoelen omdat als je God hebt, je niets anders nodig hebt dan Hem alleen. Maar op aarde heb je toch gewoon je dagelijkse dingen nodig? Die krijg je toch van Hem juist? Een jongen uit de Bijbel vroeg ook een keer wat hij moest doen om zalig te worden en toen moest hij ook alles verkopen maar dat deed hij niet en toen werd hij niet zalig. Hoe zit dat dan met ons? Of is dit niet letterlijk zo bedoeld?
Deze vraag werd ook besproken in het programma 'Pastorie online':
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
De vraag die gesteld is komt -kort samengevat- neer op deze vraag: Moet een mens alles kwijt om zalig te kunnen worden? Inderdaad kom je in de gelijkenis van de schat in de akker en ook in de gelijkenis van de parel van grote waarde alsook bij de geschiedenis van de rijke jongen de ‘eis’ tegen dat een mens eerst alles kwijt moet om vervolgens een volgeling van de Heere Jezus te kunnen worden. Alle bezittingen dienen ingeleverd te worden wil je oprecht de Heere Jezus kunnen volgen! De vraag is echter of dit ook klopt!
Om een antwoord te vinden ga ik eerst kijken naar het Oude Testament. Daar tref ik de aartsvader Abraham aan. Moest die man alles verliezen om de Heere te kunnen dienen en later de hemelse heerlijkheid te kunnen verwerven? Dat zegt de Bijbel echter nergens. De Heere maakte Abraham zelfs uitermate rijk. Hij werd niet minder dan een alom geëerd en gevreesd herdersvorst in het land Kanaän!
Ook David werd niet arm gemaakt door de Heere om hem pasklaar te maken voor de hemelpoort. Om over Salomo maar te zwijgen. Trouwens, let ook op de discipelen van de Heere Jezus. Moesten die hun vissersboot verkopen en al hun eigendommen inleveren om achter de Heiland aan te kunnen komen? In Johannes 21 blijkt die vissersschuit er na de opstanding van Christus nog steeds te zijn!
Maar... hoe zit het dan met al die teksten waarin sprake is van “alles verliezen om Christus te gewinnen”? Heel simpel: als ik 10.000 euro verlies (gesteld al dat ik die had!) en bovendien helpen dieven mij van al mijn verdere bezittingen af, ben ik dàn zover dat ik de Heere Jezus kan gaan volgen? In dat geval ben ik toch àlles kwijt?
Inderdaad, maar je kunt in dat geval toch nog wel aan al je vroegere bezit ‘vastzitten’! En dáár hebben we het punt waar het op aan komt: je kunt letterlijk alles kwijtraken, terwijl je toch nog met je hart aan alles vastzit. Die jongen uit de Bijbel (overigens kan hij wel bijna 35 jaar zijn geweest, hoor!) zat met zijn hart zó vast aan zijn rijkdom, dat hij niet eens aan een póging toekwam om alles te verkopen en de opbrengst aan de armen te geven. Hij kwam ook niet terug bij Christus. Ananias en Saffira verkochten wel heel veel ten behoeve van de gemeente, maar ze hielden voor zichzelf eerst een behoorlijk bedrag achter, want de mens heeft van nature het aardse zo lief!
Waar komt het dus vooral op aan? Dat we ons hart aan de Heere Jezus kwijtraken. Volgende vraag: en hoe raak je je hart aan de Heere kwijt? In elk geval niet door simpel even te zeggen: Heere, hier hebt U mijn hart, terwijl je intussen gewoon verder leeft. Nee, je hart raak je aan de Heere kwijt, als je de zondaarsliefde van de Heere Jezus gaat ondervinden. En die liefde ervaar je, als je door het geloof mag gaan zien dat de Zaligmaker àl jouw zonde en schuld op Zich neemt en wegdraagt naar het kruis op Golgotha. Dàn raak je jezelf aan Hem kwijt! En dan heb je eigenlijk niets meer dan Jezus alleen. Maar in Hem heb je wel voor eeuwig alles: de Parel van grote waarde en de schat in de akker erbij. En van die ruil zul je tot in alle eeuwigheid nooit spijt krijgen!
Met een hartelijke groet,
Ds. M. Baan, Veenendaal
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M. Baan
- Geboortedatum:16-02-1946
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Veenendaal
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Nee, want dan zou de gelovige niet aan de zorgplicht kunnen voldoen die hij heeft t.o.v. zijn huisgenoten (1 Tim.5:8).