“Noem niemand uw vader"
Ds. J.J. Tigchelaar | Geen reacties | 09-09-2021| 08:47
Vraag
“Noem niemand uw vader. U heeft een Vader in de hemelen.” (Mattheüs 23:9) In het Oude Testament (2 Koningen 13: 14) wordt de uitdrukking “mijn vader, wagens en ruiters van Israël”, gebruikt. Dit tegen een profeet. Salomo heeft het ook over vader koning David. Wij hebben allemaal een aardse vader. Moet je die dan een andere naam geven. Kunt u dat uitleggen?
Antwoord
1. De vraagsteller haalt Mattheüs 23 aan. Daarin worden de woorden van Jezus Christus weergegeven. De aanleiding en het verband waarin deze woorden staan moeten altijd en ook speciaal in dit gedeelte in aanmerking worden genomen. Het gebruik van losse teksten uit de Bijbel die uit hun verband worden gerukt gaf en geeft veel narigheid en strijd.
2. In Mattheüs 23 spreekt Jezus over en tot de Schriftgeleerden en de Farizeeën, twee van de vier bewegingen of sekten onder de Joden van die tijd. Hij waarschuwt de menigte en zijn discipelen voor hen. Deze twee groeperingen beschouwden zichzelf als superieur en vonden dat ze recht hadden op ontzag, eerbewijzen en onderdanigheid.
3. Naast de officiële priesters hadden ze zichzelf als leermeesters en uitleggers van de wetten aangesteld. Ze meenden ook in het openbare leven zelf een voorbeeld te moeten zijn in de eigen wetsvervulling. Ze dachten dat ze daarom recht hadden op erkenning, met de daarbij behorende titels, zoals rabbi, vader en meester.
4. Om te voorkomen dat ook anderen, eventueel ook de discipelen, zo’n erepositie, bevoorrechting en macht zouden willen nastreven waarschuwt Jezus dat niet te doen. Nederigheid past een volgeling van Jezus. Daarom mogen ook dominees niet over het paard getild worden!
5. Het woord “vader” komt in de Bijbel meer dan 1500 maal voor. Het is niet de bedoeling dat we het woord niet meer mogen gebruiken om anderen aan te spreken. Abraham wordt vader genoemd. Wij spreken over prins Willem van Oranje als de vader des vaderlands. Uit de kerkgeschiedenis kennen we de kerkvaders en de oudvaders. Onder de laatsten verstaan we de schrijvers van de Nadere Reformatie. Een van hen was ds. Wilhelmus á Brakel (1635-1711), de schrijver van o.a. de “Redelijke Godsdienst”, die vader Brakel werd genoemd, hoewel hij de zoon was van ds. Theodorus á Brakel (1606-1669) schrijver van o.a. “Trappen van geestelijk leven”. Maar onze ware Vader is boven. Protestanten erkennen dan ook niet de paus in Rome als de “heilige vader”.
6. In de hervormde traditie wordt een predikant “herder en leraar” genoemd. Maar dan moet hij wel eerst wettelijk geroepen en bevestigd zijn. Niemand kan zichzelf als bijbelleraar benoemen.
7. In de HSV-Studiebijbel staat bij Mattheüs 23:9: “Jezus zegt niet dat de titels “meester”, “doctor” of “vader” niet letterlijk gebruikt mogen worden. Maar Hij verbiedt zijn discipelen ze te gebruiken zoals de Farizeeën dat doen, in een foute geest waardoor de leiders zichzelf verhieven en hun menselijke trots versterkt werd.
Ds. J. J. Tigchelaar
Lees ook: 'Niemand op de aarde vader noemen'
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.J. Tigchelaar
- Geboortedatum:05-12-1931
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Putten
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus predikant en adviseur predikantenopleiding Church of Central Africa