Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn (2)
Ds. A.A. Egas | Geen reacties | 12-05-2021| 15:31
Vraag
Aan ds. Egas. Bedankt voor het beantwoorden van mijn vraag 'Die geloofd zal hebben, en gedoopt zal zijn' naar de uitleg van Markus 16:16. Ik ben gedoopt en sta achter de kinderdoop. Mijn vraag was zeker niet bedoeld om de kinderdoop ter discussie te stellen. Ik zie het als een voorrecht om gedoopt te zijn. Toch blijf ik ook na uw antwoord me afvragen of in Markus 16:16 de waterdoop wordt bedoeld. Het staat er voor mijn gevoel zo absoluut als een voorwaarde. Vandaar dat ik geprobeerd heb om in mijn vraag een verband te leggen met Handelingen 19 waar gesproken wordt over de doop met de Heilige Geest.
Kunt u anders uitleggen wat het onderscheid is tussen de doop van Johannes (de doop der bekering) en de doop door Paulus (Handelingen 19 vers 5: “En die hem hoorden, werden gedoopt in den Naam des Heeren Jezus”). Wat moet ik verstaan onder de geestesdoop? Bestaat dat nog en waaruit blijkt dat? Wat is het verschil tussen de kinderdoop en de geestesdoop? Je ontvangt toch de Heilige Geest als je hét geloof ontvangt? Dat gaat toch samen? Kun je daarom niet stellen bij Markus 16:16: Wie geloofd zal hebben en de Heilige Geest heeft ontvangen (wat kenmerkend is voor het ware zaligmakende geloof) die zal zalig worden?
Met andere woorden: we zien in Handelingen 19 het enorme onderscheid tussen het geloof in de Messias Jezus naar Oudtestamentische voorstelling en het geloof in Hem als de gekomen Christus Die nu verheerlijkt is. Het verschil is het volbrachte werk op Golgotha en de uitstorting van de Heilige Geest. Terecht stelt Paulus de Efeziërs daarom de vraag: “Hebt gij den Heiligen Geest ontvangen, als gij geloofd hebt?” Daarom denk ik dat geloof en het ontvangen van de Heilige Geest bij elkaar hoort. Daarom denk ik dat dit ook in Markus 16:16 zo bedoeld wordt, namelijk: geloven en gedoopt zijn (de Heilige Geest ontvangen hebben).
In Johannes 3:3 en 5 lees ik: “Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, tenzij dat iemand wederom geboren wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien. ... Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan.” Met “water” in vers 5 wordt volgens mij ook niet de waterdoop bedoeld, maar net als in vers 3 de wedergeboorte. De kanttekening geeft daar in ieder geval geen ruimte voor. Vandaar dat ik ook geneigd ben om bij Markus 16:16 te denken aan geloof én wedergeboorte. Beide zijn toch werkelijk noodzakelijk? Al met al toch een ingewikkelde kwestie.
Geeft u straatarme Egyptische christenen een onvergetelijke Kerst?
In Egypte is het steeds lastiger om rond te komen. Voedselprijzen rijzen de pan uit. U kunt het verschil maken door een voedselpakket voor een christelijke Egyptische familie te doneren. Heel praktisch willen we hiermee handen en voeten geven aan de opdracht van God om de armen te voeden.
Antwoord
Beste vriend(in),
Bij alle vragen die je stelt en verbanden die je legt, blijft in principe de vraag open staan: wat moeten verstaan onder de doop zoals die wordt genoemd in Markus 16 vers 16. Calvijn, toch een van de belangrijkste Schriftuitleggers, gaat er vanuit dat hier de doop met water wordt bedoeld. Graag geef ik je een gedeelte door uit zijn verklaring bij dit vers: “... en zich op het uiterlijk teken (van de doop) verheffen, maar Hij (Jezus) verbindt ook met een heiligen band, de doop met de leer.” Hij wijst er vervolgens op dat deze tekst door de wederdopers wordt gebruikt om de kinderdoop af te wijzen. En stelt hij dat dit tekst geschreven is met het oog op de heidenen dit tot bekering komen en dan gedoopt dienen te worden. Verder verdedigt hij de kinderdoop. Voor Calvijn is het dus volstrekt helder dat het hier gaat over het dopen met water.
Ook voor een andere bekende Bijbeluitlegger, Matthew Henry is het duidelijk dat het hier gaat over de doop met water. Hij wijst dan onder meer op het gedoopt zijn van Simon de tovenaar, die toch niet zalig werd. Dus dat sluit een uitleg dat het zou gaan over de zogenoemde Geestesdoop.
Prof. J. van Bruggen gaat in zijn verklaring er vanuit dat ook hier gewezen wordt op het dopen met water. Doordat in vers 16b de doop niet meer wordt genoemd, blijkt dat men uiteindelijk op zijn geloof wordt beoordeeld, niet op het gedoopt-zijn. Deze opvatting sluit dus uit dat het hier zou gaan om de doop met de Heilige Geest.
Tot nu toe ben ik geen verklaarders tegen gekomen die er van uitgaan dat hier niet gesproken wordt van de doop met water.
Wat de doop met de Heilige Geest inhoudt, is prachtig beschreven in een uitgebreid artikel van wijlen ds. C. den Boer. Ik geef je een belangrijk citaat uit dat artikel door en beveel je het lezen er van aan.
“Deze gave van de Heilige Geest in de uitstorting van die Geest op Pinksteren wordt ook na Pinksteren door degenen die tot bekering en geloof gekomen zijn als een geweldige doorbraak in het geestelijk leven ontvangen en ervaren. Zij leidt tot geestelijke klaarheid en vastheid, tot mannelijke wasdom in de kennis van Christus (verzegeling). Zij verleent een enorme weerbaarheid en werfkracht aan de gemeente. Zij betekent toerusting tot en stuwkracht voor de arbeid in het Koninkrijk van God. Zij legt een gloed van heiliging in een heerlijk leven van onderling liefdesbetoon over de gemeente.”
Over de doop van Johannes kun je lezen in een uitgebreide toelichting hierop in de Bijbel met Uitleg.
Ik wens je van harte wijsheid en Gods zegen tot bij het verdere onderzoek van Gods Woord.
Boven alles wens ik je daarbij toe dat je er Christus in mag vinden.
Met een hartelijke groet en heilbede,
Je ds. A. A. Egas
Lees ook:
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.A. Egas
- Geboortedatum:30-05-1957
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Damwoude
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: