Meer inzicht in (ernst van) mijn zonden
Ds. G. van de Groep | 3 reacties | 23-04-2021| 11:40
Vraag
Hoe krijg ik meer inzicht in mijn zonden en de ernst daarvan? Er wordt vaak gesproken over het belijden van je zonden, maar om eerlijk te zijn zie ik ze gewoon niet bij mezelf. Ik heb wel een algemeen gevoel dat ik tekortschiet naar God toe, maar ik kan aan het einde van de dag vaak geen specifieke zonden aanwijzen. Ook als ik de Tien Geboden erbij pak, blijf ik het lastig vinden. Het komt niet verder dan, ik ben weleens ongehoorzaam geweest aan mijn ouders, of, ik geef te weinig aan anderen. En áls ik al een specifieke zonde zie, dan vind ik het wel ‘erg’ maar ik voel niet een diepe pijn of echt berouw. Hoe kan ik hier meer inzicht in krijgen?
Antwoord
Dank voor je vraag over hoe je meer inzicht in je zonden krijgt en de ernst daarvan leert zien. Je ziet geen zonden bij jezelf die beleden moeten worden, zeg je. Ik moet eerlijk zeggen: dat inzicht krijg je niet door puur verstandelijk redeneren of een naar gevoel hebben dat je weer iets verkeerds hebt gedaan. De kennis van wat zonde is en hoe ernstig zonden zijn, moeten we leren. We hebben er van onszelf geen verstand van. En om iets te leren waar we zelf geen verstand van hebben, hebben we een lesboek nodig en een leraar die ons daaruit onderwijs geeft. En die leraar en dat lesboek zijn er. Lees maar eens de vragen en antwoorden in Zondag 2 van de Heidelbergse Catechismus.
Daar wordt in vraag 3 dezelfde vraag gesteld als die ook jij stelt. De vraag: Waaruit kent u uw ellende? Het woord ellende hier betreft niet alleen alle narigheid die ons in ons leven kan treffen, maar vooral de oorzaak van alle ellende die door de wereld spoelt, namelijk dat wij zondaar zijn en daarom zonden doen. En hoe kom je daar achter? Het antwoord is: “Uit de wet van God.”
Wat is die wet van God? Die wet is de wil van God, samengevat in de Tien Geboden. Voor veel mensen heeft die wet een negatieve klank, een zwaar juk dat God je oplegt. Maar de Bijbel leert ons anders. Paulus schrijft in Romeinen 7:12 dat Gods’ wet heilig en rechtvaardig en goed is. Hoe kan hij dat zeggen van een wet die ons als een ellendige, als een zondaar aanwijst? Omdat we in de wet God Zelf tot ons horen spreken. We kijken Hem in Zijn hart. En deze God is geen andere als de God van het evangelie.
Daarom is Christus, in Wie het evangelie vlees en bloed is geworden, degene Die ons onderwijst in wat de wet van ons eist. Aan de voeten van Leraar Christus wordt ons de liefde voor de Wet van God bijgebracht, maar tegelijk laat Hij ons zien hoever wij van het volbrengen van Zijn liefdeswet zijn afgeweken. Vanuit onszelf zijn we niet meer in staat om te voldoen aan wat God in Zijn wet van ons eist.
Wat eist Hij dan van ons lezen we in vraag 4? Daar is maar één antwoord op zegt: de Wet eist alles van ons. Volmaakt heeft God ons geschapen en volmaakt wil Hij ons weer terug hebben. En wat die volmaaktheid inhoudt, lees je in het antwoord op vraag 4. Kort gezegd: het gaat om volmaakte liefde naar God toe en naar onze medemensen toe. Dat leert Christus je op de school van Zijn genade.
Vraag 4 verwijst ons naar Mattheüs 22:37-40, waar Christus samenvat wat God van ons eist is, namelijk: “Gij zult de Heere uw God liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het eerste en grote gebod. En het tweede daaraan gelijk is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt heel de Wet en de Profeten.”
Wat God dus in elk gebod van Zijn wet van ons eist, is zuivere, hartelijke liefde. Het 1e gebed luidt dus: u zult liefhebben. En het tweede ook. En zo alle andere geboden. Maar dan komt het er toch niet op aan hoe je leeft?, zegt iemand? Als je maar liefhebt. Zeker, maar vergeet niet dat liefde zich altijd uit in gehoorzaamheid. Je kunt best allerlei dingen doen die er voor het oog keurig uitzien en toch met een liefdeloos hart. Christus vraagt echter God lief te hebben vóór alles en bóven alles. Niet zweverig, maar met heel ons hart. Liefde van binnenuit. En liefhebben met heel onze ziel, waar onze wil en verlangen zetelt. En met heel ons verstand. Ook onze gedachtewereld moet voortdurend bruisen van de liefde tot God. En met heel onze kracht. Dat is met onze handen en voeten.
Kortom: God eist dat alles van ons doorgloeit is van liefde tot Hem. En niet minder van liefde tot mijn naaste, wie dat ook is. De ander liefhebben als jezelf. Het gaat dus in het volbrengen van Gods geboden om de éne, ongedeelde liefde tot Hem en mijn medemens. Je kunt onmogelijk de Heere liefhebben en je naaste niet. Omgekeerd kan het ook niet.
En nu de vraag: Kunnen wij dit vanuit onszelf opbrengen? Is er bij ons een intens verlangen gekomen om heilig en onberispelijk voor de Heere te wandelen. Niet af en toe, maar altijd door en zonder gebrek. Wat God van ons vraagt moet volmaakt, oprecht en zuiver. Brengen wij dit op?
Wie via het onderwijs van de zondeloze Christus in de spiegel van de heilige wet van God zichzelf leert zien, moet met schaamte het hoofd buigen. Wat een onvolmaaktheid, wat een zonden en gebreken, wat een tekort. Ik heb reden om naast de tollenaar in Lukas 18:13 neer te knielen met het gebed: “O God! Wees mij de zondaar genadig.”
En is er dan genade, vergeving? Zeker, immers Hij Die mij door Zijn onderwijs laat zien dat ik een zondaar ben in hart en nieren en dagelijks zonde doet, getoetst aan Gods heilige wil, heeft Zichzelf tot zonde laten maken en heeft de straf op mijn zonde op Zich genomen en aan het kuis in mijn plaats betaald wat ik aan God schuldig ben, namelijk de eeuwige dood. Maar zo is er leven, nieuw en eeuwig leven voor wie in geloof tot deze Heiland en Zaligmaker vlucht.
Ik wil eindigen met de woorden die de apostel Johannes in zijn eerste zendbrief, vers 8 en 9 schrijft: “Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben zo verleiden wij onszelf en de waarheid is in ons niet. Indien wij onze zonden belijden, Hij -Jezus Christus- is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons onze zonden vergeeft, en ons reinigt van alle ongerechtigheid.”
Ds. G. van de Groep
Dit artikel is beantwoord door
Ds. G. van de Groep
- Geboortedatum:07-04-1944
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Heerde
- Status:Inactief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Wat wil je nu met deze vraag?
Waarom wil je meer besef van zonden?
Waarom wil je niet naar de Heere Jezus vluchten met de situatie van nu?
Als je veel zondebesef hebt, hebt je helemaal niets!
Alleen het geloof in de Heere Jezus Christus reinigt je van alle zonden.
Als je naar Hem toegaat en ziet wat Hij heeft gedaan, dat Hij in de hof van Getsemane heeft gekropen, bloed gezeten heeft en zeer bang geweest is.
Als je ziet hoe Hij Zich gewillig heeft overgegeven aan Zijn beulen! Hoe Hij van God en mensen verlaten was.
Zou je dan niet wenen om je zonden?
Je kunt geen besef van je zonden hebben als je niet het geloof en de liefde voor God en Zijn Zoon hebt.
Je kunt geen verdriet over je zonden hebben als je nog in vijandschap met God leeft.
Lieve vriend het is of... of er is geen tussenweg.
Ga naar Hem toe! Bij Hem is alles te krijgen!
Het gaat niet om zondenkennis maar om Jezus!
Als je je leven in Gods handen legt, dan kom je in Zijn licht. En dan ga je (steeds meer) je zonden zien. De Heilige Geest laat je dit zien. Precies zoals de bijbel zegt.
Je ziet pas wie je bent als je je leven aan God hebt overgegeven niet voordat je Hem kent. In het donker kun je onmogelijk je zonden zien.
En maak je geen zorgen, God láát je door Zijn Geest echt zien wat er fout zit bij je, dat garandeer ik je.
Stap 1 is dus je leven aan God geven. Niet eerst proberen je zonden te zien en je hier ellendig over te voelen. Dit vind ik nergens terug in het Woord.