Momenteel volg ik de belijdeniscatechesatie (...) Hoe kan ik beloven dat ik mijn...
B.S. van Groningen | Geen reacties | 24-01-2006| 00:00
Vraag
Antwoord
Beste vriendin/vriend,
Je vraag in verband met het doen van belijdenis is niet gemakkelijk. Temeer omdat ik niet weet welke persoon er achter die vraag zit, of schuil gaat. Daarom is het voor mij riskant om uit te gaan van vooronderstellingen. Maar al lezend kwamen bij mij toch wat vragen op. Met welke intentie, met welke bedoeling ben jij naar de belijdeniscatechisatie gegaan? Omdat je de leeftijd hebt, omdat je van catechisatie af wilt, omdat je vriend of vriendin ook ging. Of... en dat hoop ik, is daar een innerlijke gebedsworsteling aan vooraf gegaan. Ik mis in je vraag iets van het spanningsveld: belijdenis te moeten doen, maar het van mezelf onmogelijk te kunnen. Is er geen gesprek geweest met een wijkouderling of de predikant, of de catecheet? Dan komen zulke vragen toch zeker aan de orde. Nu is het al bijna februari en het schiet al aardig op naar de openbare belijdenis. Is die vraag van jou een vraag, die je in de klem gebracht heeft. Als dat van mij gevraagd wordt, dan kan ik er geen volmondig ja op zeggen, of is het een uitvlucht om maar geen belijdenis te doen? Ik vraag het met schroom en heel voorzichtig. Dan begrijp je ook, dat ik het moeilijk vind om verder te gaan, als je jouw beweegredenen niet precies weet.
De vraag van Voetius, die jij er uit licht gaat over je levenswandel. Die vraag mag je nooit op zich zelf zien, want vraag 2 hoort daar bij: “Belooft gij, door de GENADE GODS, in de belijdenis van deze zaligmakende leer standvastig te zullen blijven, en in haar te zullen leven en sterven?” Let op de woorden “door de genade Gods”. Dacht je dat in eigen kracht te kunnen? Dan kan niemand belijdenis doen, want de allerheiligste heeft in dit leven maar een klein beginsel van die nieuwe gehoorzaamheid. De leer der zaligheid kun je niet in eigen kracht bewaren, maar ook je levenswandel zal alleen maar tegen je getuigen, wanneer je ook daarin de Heere Jezus niet volkomen nodig hebt. Wat gebeurde met David, een kind van God, toen hij dacht dat hij het zelf wel kon? Toen viel hij in de zonde van leugen, begeerte, overspel, diefstal en doodslag.
Ik vind het trouwens wonderlijk dat je een tekst uit Deuteronomium 23:21 gevonden krijgt, om eigenlijk een reden te vinden om geen belijdenis te moeten/mogen doen. Het gaat daar om belofte die het tijdelijke leven betreffen, o.a. in verband met een vrouw, een weduwe, weduwnaar. Je hoeft in de familiekring of in de vriendenkring geen geloften af te leggen, dat is vrijwillig, maar wanneer je het toch doet, dan moet je die belofte ook nakomen.
Gelukkig heb ik nog een klein lichtpuntje gevonden in je vraag, want je schrijft: LIJKT me beter om geen belijdenis te doen. En al zoveel mensen gevraagd en ze draaien er allemaal om heen. Jammer. Een bijbelse grond voor de vragen van Voetius. Je moet ze in z’n totaliteit zien. Niet uit elkaar halen: alle vragen bij elkaar houden. Wat de bedoeling is van die vraag? Heel eenvoudig. Wanneer je met je mond belijdt, dat in de kerk waar jij belijdenis doet, zuiver wordt gepreekt, je niet bedrogen wordt voor de eeuwigheid, de noodzakelijkheid en mogelijkheid van zalig worden zondag aan zondag wordt verkondigd, en jij zegt daar ja op, dan hoort daar vanzelf ook bij, dat je die woorden onderstreept met een godzalige levenswandel. Of kun je dat niet opbrengen? Wel ja zeggen dat de leer in de Geref. Gem. bijbels is en je de weg wijst tot de zaligheid, maar dan tegelijkertijd niet de consequentie trekt, dat de Heere je hele hart, je hele verstand, al je kracht, je totale leven vraagt. Hij neemt geen genoegen met een halfslachtige keus.
Maar zeg je misschien, dan kan ik toch maar beter geen belijdenis doen, want dan kan ik die belofte ook niet breken. Vergis je niet: geen belijdenis doen (op een bepaalde leeftijd) is ook een keus! Welke? Mijn ouders hebben mij laten dopen. Zij dragen verantwoordelijkheid voor mij. En blijf ik heel mijn leven maar dooplid, dat is veiliger, want dan hoef ik een belofte ook niet na te komen. Je voelt toch wel, dat de HEERE daar dwars door heen kijkt!? Of niet?
Ik heb geprobeerd je eerlijk te antwoorden, maar ‘k zou me nog beter kunnen uitspreken, wanneer ik iets meer weet over je achtergrond. Wil je dat niet, prima, dan laat ik het bij dit antwoord. Wees biddend bezig, onttrek je niet! De HEERE was de EERSTE in jouw leven en heeft bij de doop gezegd: “Ik wil jouw God zijn”. En is Hij het dan niet waard om gediend, gevreesd en geëerd te worden. Durf je voor Zijn Aangezicht te zeggen: HEERE, ik zou wel belijdenis willen doen, maar die vragen... die gaan me te hoog. Die kan ik niet volbrengen, dus... toch maar niet. Bij Hem is raad, bij Hem alleen. Hij kent jouw hart, jouw beweegredenen, jouw vragen, jouw zorgen, jouw opzien tegen het belijdenis doen. Leg het eerlijk voor Hem neer! Dan zal Hij ongedacht, onverwacht, verrassend antwoord geven! Niet om jouw gebed, maar op je gebed, doet Hij grote wonderen.
’t Is een langer antwoord geworden, dan ik gedacht had, maar ik hoop dat je dit niet ziet als er om heen draaien, want dan heb je mij niet begrepen. Zie dan niet op jouw antwoord, jouw belofte, maar wat Hij beloofd heeft: ‘Ik zal u onderwijzen en u leren van de weg die gij gaan zult, Ik zal raad geven, Mijn oog zal op u zijn (Psalm 32:8).
“Zo waarachtig als Ik leef, spreekt de HEERE, zo Ik lust heb aan de dood der goddelozen, maar daarin heb Ik lust, dat de goddeloze zich bekere en leve!” Wie Mij need’ rig valt te voet, zal van Mij zijn wegen leren.
Veel sterkte en Gods genade toegewenst om tot een beslissing te komen om Hem te volgen, zonder vragen!
B. S. van Groningen
Dit artikel is beantwoord door
B.S. van Groningen
- Geboortedatum:25-04-1951
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Hendrik-Ido-Ambacht
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Oud-godsdienstleraar Wartburg College, docent Cursus Godsdienst Onderwijs (Bijbelkunde) en ouderling.