Slangenzaad
Ds. E. Gouda | Geen reacties | 22-06-2020| 10:05
Vraag
Kunnen we het slangenzaad zien als atheïst tegen spiritueel en het vrouwenzaad als jood tegenover christen? Kunt u hier mij meer licht over geven.
Groeten van een jongere.
Antwoord
Beste jongere, dank voor je vraag. Een vraag op de grens van het paradijs. Feitelijk een vraag waar het in heel de Bijbel om draait. Het zaad van de slang tegenover het Zaad van de vrouw.
Jouw vraag voert terug naar Genesis 3:15. De zonde doet (helaas) intrede in Gods goede schepping. Adam en zijn vrouw zijn God ongehoorzaam geworden. Iets wat niet mogelijk leek, blijkt wel terdege mogelijk te zijn. En de mens wordt letterlijk en figuurlijk kopschuw voor God. Hij durft zijn Schepper niet langer onder ogen te komen. Waar zijt gij?, klinkt de vraag van God. En in plaats dat de mens naar God vlucht, zich in Zijn armen laat vallen, gaat de mens er als het ware als een speer vandoor. Met tal van uitvluchten verontschuldigt de mens zich. En niemand minder dan God Zelf krijgt impliciet de schuld (vgl. Dordtse Leerregels, I,1 en 5). En toch gooit God de deur niet in het slot. Hij zet de deur niet eens op een kier, maar HIj zet de deur in Christus Jezus wagenwijd open in de moederbelofte (Genesis 3:15).
Wat betekenen deze woorden en deze tekst? Ik citeer: “Er komt een voortdurende vijandschap tussen de nakomelingen van de slang en de nakomelingen van de vrouw.” Dit vers (Gen. 3:15) wordt wel het Proto-evangelie of de moederbelofte (de moeder of eerste van alle beloften) genoemd (Studiebijbel Oude Testament, dl. 1, p. 51). Maar zoals je ziet heb ik het woordje “Zaad” (Statenvertaling) eerder hierboven bewust met een hoofdletter geschreven. Want het gaat hier over de kinderen (het zaad) van de duivel tegenover Christus (“haar Zaad”). De duivel en zijn zaad zullen Christus en Zijn gemeente beslist vervolgen, maar uiteindelijk niet kunnen uitroeien en verderven (vgl. Kanttekeningen, nr. 28). Dit is feitelijk het antwoord.
Ik begrijp jouw opmerking als je vraagt of met het slangenzaad “atheïst tegenover spiritueel” (liefst spreek ik van gelovige ) en met het vrouwenzaad “jood tegenover christen” bedoeld wordt, maar het doet geen recht aan de uitleg van deze tekst. Bovendien riekt -onbedoeld van jouw kant- “jood tegenover christen” naar een vorm van anti-judaïsme. Laten we ons daar in elk geval bewust van zijn en ons daar zeer verre van houden. Denkend aan Paulus: “Want ik zou zelf wel wensen vervloekt te zijn, weg van Christus, ten gunste van mijn [joodse] broeders, mijn verwanten wat het vlees betreft. Zij zijn immers Israëlieten; voor hen geldt de aanneming tot kinderen en de heerlijkheid en de verbonden en de wetgeving en de eredienst en de beloften. Tot hen behoren de vaderen, en uit hen is, wat het vlees betreft, de Christus voortgekomen, Die God is, boven alles, te prijzen tot in eeuwigheid. Amen! En: Want ik wil niet, broeders, dat u geen weet hebt van dit geheimenis (opdat u niet wijs zou zijn in eigen oog), dat er voor een deel verharding over Israël is gekomen, totdat de volheid van de heidenen is binnengegaan. En zo zal heel Israël zalig worden” (Rom. 9 en 11). Zo zou er veel te noemen zijn, want zij (de Joden) zijn “beminden, om der vaderen wil.”
En wat nu rest is dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om de zondaren (!) zalig te maken. En zo is er voor atheïsten, Joden, christenen, voor jou en mij hoop, vanwege de Bijbelse HOOP, namelijk Christus. Laten we Hem nederig te voet vallen, opdat wij allen Zijn weg zullen leren. Hem zij de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid.
Hartelijke groet,
Ds. E. Gouda
Dit artikel is beantwoord door
Ds. E. Gouda
- Geboortedatum:25-12-1968
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Nieuw-Lekkerland
- Status:Actief