Psychisch ziek en Jezus willen kennen
C.A. Hoekman | 2 reacties | 23-01-2020| 09:58
Vraag
Ik heb een probleem. Ik ben ziek in mijn hoofd, maar ik wil Jezus heel graag leren kennen. Kan dat? Hoe oud moet je zijn om Jezus te volgen? En wat moet ik er precies voor doen? In de kerk hoor ik dat ik er niets voor kan doen, maar wat moet ik dan? Gewoon afwachten? Maar ik kan toch ook sterven?
Is het mijn eigen schuld dat ik psychisch ziek ben, als gevolg van de zonden? Dat hebben mensen wel eens tegen mij gezegd en dat doet pijn. Ik heb al heel vaak gebeden tot God, maar het lijkt wel alsof Hij mij niet hoort. Nu ben ik radeloos, want het is nood geworden in mijn leven. Waarom grijpt God niet in?
Is het waar dat God geen dingen verkeerd kan doen? Het lijkt wel als of de duivel mijn hele leven beheerst, terwijl ik het uitroep naar God! Ik ben nog jong, maar wel heel erg bang om te sterven. Zou het nog kunnen?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste jongere,
Je vragen buitelen over elkaar heen. Ik ben geen psychotherapeut die systematisch al je vragen probeert aan de orde te stellen, om samen met jou een begaanbare weg te zoeken in de chaos van je hoofd en hart (geest). Ik denk echter wel, dat het goed is dat je deskundige hulp zoekt, die ook je geestelijke vragen begrijpt.
Ik wil proberen, samen met jou, de vragen die je stelt, aan het Woord van God te stellen en ze vooral bij de God van Zijn Woord te brengen. Wanneer er antwoorden zijn, zullen we ze biddend moeten zoeken en vinden in de Bijbel. Ik wil beginnen met je laatste vraag omdat ik denk dat die vraag al je andere vragen overkoepelt en (te veel) beheerst. Zou het nog kunnen?
De Heere Jezus begint Zijn prediking met de oproep: ”De tijd is vervuld, en het Koninkrijk van God nabij gekomen; bekeert u, en gelooft het Evangelie” (Mark. 1:15). Zou Jezus dat uitgeroepen hebben wanneer dat niet zou kunnen? Zie je ze direct daarna komen? Simon en Andreas, Jakobus en Johannes. Maar ook Levi de tollenaar (Mark. 2); die moeder met haar dochtertje met een onreine geest (Mark. 7); die vader met zijn maanzieke jongen (Mark. 9); de verloren zoon uit de gelijkenis (Luk. 15); de Samaritaanse vrouw (Joh. 4); die moordenaar aan het kruis (Luk. 23).
Zou het nog kunnen? Zou Hij het willen? Zie je ze allemaal komen? Zijn ze weggestuurd? Ze zijn allemaal gekomen in de weg van bekering en geloof. En met wat kwamen ze? Met hun zonden en zorgen. Levi met zijn geldzucht, die moeder met de nood van haar door de duivel bezeten dochtertje, die vader met de angst en zorg om zijn zoon, die verloren zoon met zijn verboemelde leven, die Samaritaanse vrouw met haar huwelijksontrouw en overspel, die moordenaar met zijn moord(en). Ze hebben allemaal Zijn ontfermende liefde en genade ervaren.
Wat denk je van deze Jezus? Heeft Hij al die mensen, die tot Hem kwamen, ooit het verwijt gemaakt, dat ze om eigen schuld (psychisch) ziek waren? Zou hij jou wegsturen wanneer je met je zonden en zorgen tot Hem gaat? Waar je ook aan twijfelt, hoe verward het in je hoofd ook kan zijn, wat mensen ook tegen je zeggen en hoe radeloos je ook bent, twijfel toch niet aan de welmenendheid van Jezus’ nodiging: ”Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast bent, en ik zal u rust geven” (Math. 11:28).
Neem een groot blad papier en schrijf daarop met viltstift deze nodiging van de Heere Jezus en kijk er elke dag op en fluister het maar: Ik geloof, Heere! Kom mijn ongeloof te hulp (Markus 9:24). Voor Hem zijn er geen hopeloze gevallen.
Maar hoe kom je dan tot Jezus? Je wilt Hem immers graag leren kennen. Kan dat? En hoe oud moet je dan zijn om Jezus te volgen? En wat moet ik er precies voor doen? In de kerk hoor ik dat ik er niets voor kan doen, maar wat moet ik dan? Gewoon afwachten? Maar ik kan toch ook sterven?
Zullen we samen 1 Joh. 1:8 tot 10 eens lezen? ”Als wij zeggen dat wij geen zonde hebben, zo verleiden wij onszelf, en is de waarheid niet in ons. Als wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid. Als wij zeggen dat wij niet gezondigd hebben, maken wij Hem tot een leugenaar en is Zijn Woord niet in ons”.
Hoe kom je tot Jezus? Je zonden belijden. Alles aan Hem vertellen. Leg je hart en je wandel maar voor Hem open. Zeg het maar dat je eens moet sterven, maar dat je heel erg bang bent om te sterven. Belijdt het maar aan Zijn voeten dat het wel lijkt dat de duivel je hele leven beheerst. De duivel die ons in het Paradijs verleid heeft tot opstand tegen onze Schepper, de Heere God. En sinds die tijd is ons hart een woonplaats van de duivel en verleidt hij ons elk moment tot zonde. Jij zult nooit in eigen kracht de macht van de duivel en zijn verleidingen kunnen overwinnen. Zelfverlossing is onmogelijk. En je roept het uit naar God! Waarom grijpt God niet in? Heeft God niet reeds ingegrepen? En hoe deed Hij dat? Luister eens goed.
Hoor je de voorbijgangers Jezus lasteren en zie je ze hun hoofd schudden? Hoor toch wat ze zeggen: ”U, die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, verlos Uzelf. Als U de Zoon van God bent, zo kom af van het kruis. Anderen heeft Hij verlost, Hij kan Zichzelf niet verlossen” (Math. 27:40 en 42). Wanneer je nu de Zoon van God bent, bewijs het dan en kom af van het kruis, dan zullen we in U geloven. Jezus kwam echter niet in de wereld om Zichzelf te verlossen, maar anderen, zondaren die zichzelf niet kunnen verlossen. Proberen onszelf te verlossen, zit in onze genen en is een doodlopende weg. Maar God verlost, om Jezus’ wil. En dat laat Jezus zien, vastgespijkerd aan het kruis van Golgotha. Ik voor u, voor jou.
“Ik kan Mezelf wel verlossen, maar Ik wil het niet, want om anderen, jou en mij, te kunnen verlossen, gehoorzaam Ik aan de wil van Mijn Vader en geef Ik Mezelf gewillig en vrijwillig over en verdraag Ik spot en hoon van mensen. Zo overwin Ik de duivel, die je hele leven lijkt te beheersen, en verzoen Ik ook al je zondige zelfverlossingspogingen.”
Zo heeft God ingegrepen, want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft , niet verderve, niet verloren gaat, maar het eeuwige leven heeft (Joh. 3:16).
Wat moet ik doen? Gewoon afwachten?
Roep het maar uit: kom dan Schepper, kom dan Heilige Geest, neem me bij hart en hand en breng me bij Het Lam van God. Gods weg van vrede loopt over de kruisheuvel Golgotha, waar het bloed van de Heiland op de aarde drupte, tot verzoening van al onze zonden. Je hoeft niets mee te nemen dan je zonden en zorgen, want de Heere Jezus kwam om zondaren te redden en zalig te maken.
Gelooft Zijn heil en troostrijk Woord, want er is ook een gestorven Zaligmaker voor jou, Die verlossen kan en wil. Veilig aan Jezus’ hart, veilig achter Zijn bloed.
Ik denk aan de geschiedenis van de instelling van het Pascha in Exodus 12. Zo vlak voor de uitvoering van de laatste plaag die Egypte zou treffen, de dood van alle eerstgeborenen. In alle huizen van de Israëlieten moest een lammetje geslacht worden en het bloed van dat lammetje moest gestreken worden aan de zijposten en de bovendorpel van de deuren. Wanneer God die nacht bij zo’n huis kwam en Hij het bloed zag, zou Hij voorbijgaan en geen eerstgeborene doden. Zo alleen waren de Israëlieten vrij van deze laatste plaag. Wat denk je? Voor wie zou deze opdracht van God het meest waardevol en van levensbelang geweest zijn? Toch voor de eerstgeborene uit elk gezin? Alle anderen waren ook betrokken, maar het nalaten van het strijken van het bloed zou niet hun het leven kosten, maar alleen van de eerstgeborene. Voor de eerstgeborene was het echt van levensbelang, dood of leven hing er aan vast. En dan zie ik een jongen op bed liggen, verlamd. De eerstgeborene van het gezin. Hij heeft ook van Gods opdracht gehoord en is blij dat ook aan hun deurposten het bloed is gestreken. Zo zal God ook aan hun huis voorbijgaan en mag hij blijven leven. Dan hoor ik deze jongen in de loop van de avond vragen: Pa, is het bloed aan de deurposten? Zeker, ik heb het bloed aangebracht, jongen. Een uur later: Pa, is het wel echt gestreken aan de deurposten, ben je het toch niet vergeten? Natuurlijk niet, jongen, het is er aangestreken. Tegen middernacht nog een keer dezelfde vraag, want straks komt God langs en dan... Pa, ben je het toch echt niet vergeten om het bloed aan de deurposten te strijken? Ik zal het je zelf laten zien, jongen. Hij wordt door zijn vader naar de deur gedragen en ziet hij het zelf. Het bloed is er. O, God, ik ben veilig achter het bloed, U gaat ook aan mij voorbij. Hij blijft verlamd, maar hij is gered, veilig achter het bloed.
Leg de bevende vinger van het geloof bij Zijn Woord: Als Ik het bloed zie, zal ik u voorbijgaan. Om Jezus’ wil, want het bloed van Jezus Christus, Gods Zoon, reinigt ons van alle zonden.
Hartelijke groet,
C. A. Hoekman, Kapelle
Dit artikel is beantwoord door
C.A. Hoekman
- Geboortedatum:23-09-1943
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Dhr. Hoekman was ruim 40 jaar ouderling in de Ger. Gem.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Hoe de omgeving daarmee omgaat, heeft ook weer invloed op jou en op je zelfbeeld/eigenwaarde. Wees daar alert op. Kort gezegd: Let ook op de goede dingen. Beperkingen zijn een onderdeel van je leven, niet heel je leven.
Je gelooft in God, daar mag je dan ook op vertrouwen. Jezus kijkt naar je hart, en bedekt al je tekortkomingen. Dit Evangelie is makkelijk om te begrijpen, maar moeilijk om te accepteren.