De toeleidende weg naar Christus
Ds. C. Harinck | Geen reacties | 31-10-2019| 09:54
Vraag
Aan dominee C. Harinck. Ik heb uw boekje “De toeleidende weg tot Christus” gelezen. Het gaf bij mij veel antwoorden op vragen, dankuwel hiervoor. Ik bleef echter nog wel met één vraag zitten. Zoals u de toeleidende weg tot Christus beschrijft in het boekje is het de weg van het voorbereidend werk van de wet/het voorbereidend werk van de Heilige Geest om plaats te maken voor de Heere Jezus. Of ik moet het niet goed begrepen hebben.
Mijn vraag is: de persoon die aan het begin van deze weg staat, is deze persoon al wedergeboren? Bij ons in de kerken wordt vaak gezegd dat het ontdekt worden aan je zonden, dat je ziet dat je helemaal niet leeft naar de wet van God etc., vruchten zijn van de wedergeboorte en dat dit niet gevonden wordt bij iemand die niet wedergeboren is. Die leeft nog voor eigen rekening en richt zich niet op God. Als de Heere begint te werken, gaat iemand zijn zonde en ellende zien. Dan lijkt het erop dat dit het begin is van de toeleidende weg tot Christus. In uw boekje leek het erop dat dit voorbereidend werk nog niet de wedergeboorte is, maar dat een persoon pas wedergeboren is als hij in Christus is, dus het einde van de toeleidende weg. Of begrijp ik het nu helemaal verkeerd?
En nog een vraag: Wat nou als iemand sterft die op de toeleidende weg naar Christus is?
Antwoord
Beste vraagsteller,
Fijn dat u mijn boek over de toeleidende weg tot Christus hebt gelezen. We kunnen veel leren van wat Reformatie, Nadere Reformatie en de Puriteinen gezegd hebben over het werk van de Heilige Geest in de voorbereiding van de ziel op de geloofsvereniging met Christus. Ik heb vooral naar de vroegere theologen willen verwijzen. We hebben hun correctie zo nodig, zeker ook als predikers. We moeten daar maar niet bovenuit groeien.
Wat uw vraag betreft: van nature is de mens geestelijk dood. Droefheid naar God, smart over de zonde, honger en dorst naar Christus en een verlangen om God te dienen, zijn niet de vruchten van onze akker. Wat dat betreft kun je dus zeggen dat die mens wedergeboren is.
Nu kan een mens niet bij conclusies leven. Dat is ook gevaarlijk. Je kunt jezelf dan zo gemakkelijk gerust stellen en zelfs bedriegen en zeggen: ik ben over mijn zonden bedroefd, dus ben ik wedergeboren. Dit is ook geestelijk ongezond. Het staat de opwas in de weg. De mens die recht overtuigd is van zijn verloren bestaan heeft een Zaligmaker nodig en kan buiten Jezus geen rust vinden. De kenmerken mogen je bemoedigen, maar zij zijn niet het fundament van onze zaligheid. Het is zo veel gezonder en beter voor je ziel om te zoeken in Christus geborgen te worden.
Van Gods kant gezien is een wedergeboren zondaar vanaf de dag van zijn nieuwe geboorte voor rekening van Christus. Zo iemand kan niet meer verloren gaan. God doet Zijn genadewerk, begonnen in de wedergeboorte, nooit teniet. Maar dat is vanuit God bezien. Aan de zijde van de zondaar geldt: “Die in de Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die de Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem”, Joh. 3:36.
De Heere doe u zeggen: mijn last zal niet eerder zijn ontbonden, totdat ik Jezus heb gevonden.
Ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook: