Het bestuur van alle dingen
Ds. J.A. Mol | 3 reacties | 17-06-2019| 09:15
Vraag
Ik vraag me al langere tijd iets af. Als er bijvoorbeeld iemand niet meer naar de kerk gaat en ziek wordt, wie bestuurt dat dan? Mensen zeggen altijd dat de Heere alles bestuurt. Maar als de duivel ook dingen bestuurt, bestuurt de Heere toch niet alles? Als iemand niet naar de kerk wil, dan bestuurt de duivel dat toch? Ik neem aan dat de Heere dat niet bestuurt, omdat iemand dan alleen maar meer van God af raakt, of heb ik het mis? En als iemand ziek is dan? Ik kan me voorstellen dat de Heere, maar ook de duivel dat kan besturen. Misschien raar, maar hoe zit dat in elkaar eigenlijk?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vriend(in),
Helemaal geen rare vraag. Hoe zit het nu met het bestuur van alle dingen? Wat komt bij de duivel vandaan? Hoe zit het met Gods leiding? Laat duidelijk zijn dat het zo in elkaar zit, dat wij het niet op een rij krijgen. Het is niet te vatten voor ons verstand. Wat zegt de Bijbel hierover?
1. De Heere heeft het goede met ons voor. Altijd!
2. De duivel heeft het kwade met ons voor. Altijd!
3. De duivel is machtig. Denk niet klein van hem. Hij is veel machtiger dan wij. Onderschat zijn macht niet.
4. De Heere is almachtig. Hij is veel machtiger dan de duivel. De macht van de duivel valt bij de macht van de Heere in het niet.
5. Maar hoe zit het dan met zoveel dingen die wij niet op een rij krijgen? Welke besturing komt van de duivel? En wat is van de Heere? Een moeilijke vraag! En toch: er kunnen veel dingen zijn die tegen de wil van de Heere ingaan. Maar onthoudt: ze gaan nooit buiten Zijn leiding om!
6. Vaak snap je het niet. Ik ook niet. Ik belijd: Heere, ik ben te klein. Laten we ons buigen voor Hem.
7. Uiteindelijk is de vraag: vertrouw je Hem? Vertrouw je jezelf aan Hem toe?
Met hartelijke groet,
Ds. J. A. Mol
Lees ook:
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.A. Mol
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ik kan me voorstellen dat je met deze vraag zit.
Nadat ons eerste kindje met 29 weken dood geboren werd heb ik ondanks dat ik het zelf niet wilde ook geworsteld met die vraag.
Ik heb toen het boek Job binnenstebuiten bestudeerd om een antwoord te vinden.
Het was voor Job erger dan voor mij dacht ik toen.
Een mede kerkeraadslid zei dat hij niet kon begrijpen waarom God met de satan zo'n "handjeklap" deed.
Voor mij werd het nog moeilijker omdat Job zei "zullen we het goede van God aanvaarden en het kwade niet?"
En dat God tegen de satan zei dat hij Hem zonder oorzaak tegen Job had opgezet.
Om te snappen waarom de satan zijn gang mocht en mag gaan moeten we eerst eens kijken welke titel hij heeft.
Hij wordt de overste van deze aarde genoemd.
Iets wat zelfs Jezus zelf niet tegen sprak tijdens de verzoeking in de woestijn.
Hoe komt hij aan deze titel en functie?
Die heeft hij van de mens zelf uit vrije wil ontvangen (lees het boekje de heilige oorlog van Bunjan maar eens).
God heeft de mens het beheer over de aarde gegeven en hem tot koning van de aarde benoemd.
Wij weten dat God nooit op Zijn woord of Zijn beslissing kan terugkomen dus toen de mens het koningschap van de aarde vrijwillig aan de satan gaf was de satan doordat de mens zichzelf aan hem onderworp de "rechtmatige" heerser (overste) van de aarde.
Nu terug naar Job.
Satan zegt in de discussie met God dat hij Job gezegend heeft.
Hiermee doelt hij niet alleen op Jobs rijkdom (hoewel listing als hij is) dat wel als voorwendsel gebruikt.
Nee het gaat hem allereerst om de betuining die God om Job heengezet heeft.
Met andere woorden de muur van beschermengelen waar satan niet door kon komen en waarbinnen hij niets te zeggen had.
Dit op zijn "grondgebied", dat kon hij niet verdragen!
Hij maakt God duidelijk dat de mens hem rechtmatig het koningschap over de aarde gegeven heeft en dat hij daarmee het recht heeft om ook over Job en zijn gezin te heersen.
God geeft Job daarna aan de satan over.
De satan gaat vreselijk tekeer en buit zijn macht tot op Jobs botten uit.
Maar over leven en dood heeft God de mens geen zeggenschap gegeven, daarom blijft Job in leven en kan hij tegen zijn vrienden getuigen dat zijn verlosser leeft! (Job 19:25 Want ik weet: mijn Verlosser leeft, en Hij zal de laatste over het stof opstaan;)
Door alle macht van de satan heen, ondanks de eigen schuld van de mens heerst God over al die Hem vrezen (eerbiedig ontzag voor Hem hebben).
Toen kon ook ik zingen met 1 Korintiërs 15:55 Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning?
Overwonnen, overwonnen is de dood!
Overwonnen, overwonnen is de satan!
Halleluja! lof zij Jezus Christus onze Heer, ondanks alle dingen die de overste van deze aarde naar ons toe kan gooien, delf vrouw en kinderen 't graf, neem goed en bloed ons af.
Het brengt u geen gewin, wij gaan ten hemel in en erven koninkrijken!
God geeft Zijn kinderen namelijk NOOIT over aan satan.
De mens zelf neemt verkeerde beslissingen en heeft verkeerde hartsmotieven die aan de duivel voet geven.
Wat wel in het boek Job staat is dat Job zegt: Wat ik vreesde overkwam mij.
Door de vrees die Job had werd dit voor hem een valstrik waar hij in vast kwam te zitten en dat was het punt waarop de duivel "rechtmatig" ingang had gekregen in het leven van Job. God wist dat, maar Hij perkte die heerschappij van de duivel in, namelijk dat Job niet dood mocht.
Ook staat er heel veel in het boek Job beschreven wat rechtstreeks op God geprojecteerd wordt als zijnde eigenschappen van God, maar dat zijn het niet, het zijn slechts uitspraken die onterecht OVER God gedaan werden door de vrienden van Job, en waarvoor ze zich ook nog moesten verantwoorden tegenover God.
Hier zijn de teksten die u niet kon vinden.
God gaf Job (met uitzondering van zijn leven) weldegelijk in de handen van de satan.
Job 1
12 En de HEERE zeide tot den satan: Zie, al wat hij heeft, zij in uw hand; alleen aan hem strek uw hand niet uit. En de satan ging uit van het aangezicht des HEEREN.
Job 2
6 En de HEERE zeide tot den satan: Zie, hij zij in uw hand, doch verschoon zijn leven.