De ware kerk
Ds. D. van der Wal | Geen reacties | 24-04-2019| 11:49
Vraag
Hoe weet ik dat ik in een kerk zit die de Bijbelse boodschap overbrengt? Dat vraag ik me af als ik alle antwoorden op vragen lees die betrekking hebben op zoeken naar een geschikte gemeente. Ik heb in diverse kerkgemeenschappen een dienst/viering meegemaakt en mijn conclusie is dat het Woord door iedere dominee/voorganger/priester anders geïnterpreteerd en uitgelegd wordt. Soms kon ik me er echt niet in vinden, dan dacht ik wat een flauwekul. Dan weer werd ik geraakt. Kwam ik weer bij dezelfde voorganger, dan kon het heel anders zijn. Ik vraag me oprecht af hoe ik kan weten waar het ware geloof wordt verkondigd, waar krijg ik de goede boodschap mee en vooral hoe vind ik een kerk waar ik wekelijks naar toe ga en ik er altijd iets aan heb?
In alle kerken waar ik kwam waren vriendelijke mensen die veel voor de kerk deden, die hun talenten inzetten en bezoekers op hun gemak stelden. Dat is het dus niet. En ze vertelden dat zij zich niet altijd konden vinden in de verkondiging. En ook dat was kerkbreed. De verkondigers waren lieve, aardige mensen waar goed mee te praten viel, ze waren bereid om te vertellen waarom ze voor hun kerkverband hadden gekozen en voor hen allen gold dat ze dachten dat hun kerkverband het dichtst bij Gods Woord bleef. Ook hiermee kan ik niet tot een kerk komen. Ik vind dit een lastig probleem.
Tot nog toe zie ik een kerkgemeenschap als een huis waar je onderdak vindt. Zolang het huis voldoet ga je niet verhuizen, past het niet meer om welke reden dan ook dan ga je op zoek naar iets wat beter voor je is. En dat is niet de bedoeling, lees ik hier op deze site. Men dient bij zijn/haar kerkverband te blijven, tenzij men gast is, verhuist of trouwt.
Zelf ben ik om die reden maar oecumenisch geworden. Ook dat bevalt niet altijd. Ik ben niet zo van het vrijzinnige denken, wat sommige predikanten menen te moeten verkondigen. Wel heb ik hier van geleerd dat niemand precies weet wat Jezus bedoeld heeft.
Antwoord
Fijn dat je de moeite neemt om jouw vraag hier te stellen. In dit antwoord wil ik je handvatten aanreiken waar je hopelijk verder mee kunt. Ik begin bij het einde van jouw vraag omdat wat je daar schrijft van levensbelang is.
Je schrijft dat je geleerd hebt dat “niemand precies weet wat Jezus bedoeld heeft.” Als dat echt zo is zitten we allemaal met een reuze groot probleem! Want wij geloven dat de Heere Jezus Christus onze enige houvast is, onze enige redding waardoor wij verlost kunnen worden van onze zonde! Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot God de Vader dan door Christus. Zonder Christus is de christen nergens! En als we, zoals je stelt, niet precies weten wat Jezus bedoeld heeft dan zijn we met elkaar bezig om op drijfzand te bouwen. Onze eeuwige bestemming hangt af van Christus en als er op dat punt ‘mist’ ontstaat dan hangt onze ziel aan een zijden draadje. Als het op die manier moet dan gaat het mis en kunnen we maar beter ophouden. Volgens mij is het kristalhelder wat de Heere Jezus bedoeld heeft. Het staat er zwart op wit in de Bijbel. Er is voor ons, zondige mensen, geen andere manier om verlost te worden van onze schuld dan door het bloed van Christus. De verschillen komen door hoe men daarmee omgaat en op welke manier men dat toepast in het eigen leven.
Vervolgens wil ik ingaan op de vraag die je stelt en de manier waarop je die stelt. Je gebruikt zelf het beeld van een kerk als een huis waarin je onderdak vindt totdat het niet meer bevalt. Je hebt gelezen dat dit niet de bedoeling is, maar wat dan wel? De manier waarop je het beschrijft zullen voor velen herkenbaar zin. Dat de kerk iets is wat helemaal bij mij moet passen en past het niet... dan ga ik op zoek naar iets wat beter voelt. Dit komt doordat velen van ons de kerk zien als een soort van vereniging waar je lid van wordt. Je kijkt wat bij je past en als het je niet bevalt, kun je altijd overstappen. Maar als dat zou kloppen, op basis waarvan maak je dan een keuze? Op gevoel? Ons gevoel is niet in beton gegoten, dat kan nog wel eens wisselen. Moet je dan ook weer van kerk wisselen?
Het grote probleem is dat we steeds vaker het Bijbelse beeld van de gemeente loslaten. In de Bijbel kom je vele beelden tegen die God gebruikt om de gemeente te beschrijven en te typeren Zo kun je in 1 Korinthe 12:12-31 lezen over de gemeente als het Lichaam van Christus waarbij alle lichaamsdelen bij elkaar horen en elkaar aanvullen! Ze hebben allemaal hun eigen functie binnen het geheel en vallen allemaal onder hetzelfde Hoofd en dat is Jezus Christus. Een ander beeld kom je tegen in Johannes 10:1-16: De gemeente als een kudde schapen met één Herder, dat is Jezus Christus. Zonder de Herder is de kudde verloren!
Nog een ander beeld is die van de gemeente als huisgezin Gods, zie Efeze 2:18-19: “Want door Hem (=Christus) hebben wij beiden door één Geest de toegang tot de Vader. Zo bent u dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers van de heiligen en huisgenoten van God.” Opnieuw valt in de eerste plaats op hoezeer de nadruk ligt op Christus. Bij elke beeld van de gemeente in de Bijbel ligt het zwaartepunt bij Christus. Daarom begin ik in dit antwoord ook over jouw laatste zin: Met Christus staat of valt alles! Het beeld van de gemeente als die van een gezin waar God het hoofd is helpt ons in deze tijd om zuiver over de gemeente te denken en te spreken. Een gezin komt ook niet op basis van een vrijwillige keuze bij elkaar. Je hebt je broers en zussen niet uitgekozen. Je bent aan hen gegeven. En zij aan jou. Daarom heb je bepaalde verplichtingen naar elkaar. Om het gezin leefbaar te houden heeft ieder zijn/haar eigen taak. En in elk gezin moet je soms dingen accepteren die je zelf anders zou willen. In een gezin kan niemand altijd zijn eigen zin krijgen. Je moet rekening houden met elkaar. Daarbij is het belangrijk dat we hierbij niet alleen denken aan wat anderen voor ons moeten doen, maar vooral wat we zelf voor anderen doen. Het is ontvangen, maar zeker ook geven! Zo is het nu ook in de gemeente. Je ziet hopelijk dat dit Bijbelse beeld anders is dan het beeld dat wij vaak hebben van de kerk als vereniging of supermarkt waar ik iets kom halen omdat ze hebben wat ik zoek.
Nu we dat helder hebben kunnen we kijken naar de ‘criteria’ die we gebruiken als we een kerk ‘kiezen’ (ik plaats die woorden bewust tussen aanhalingstekens). In artikel 29 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis wordt in dit verband gesproken over de kenmerken van de ware kerk. We moeten daarbij wel opmerken dat als er een gesproken wordt over een ware kerk, dat niet betekent dat het de perfecte kerk is. Er is altijd kaf onder het koren. In het Nieuwe Testament komen we nergens een beeld tegen van een gemeente hier op aarde die volmaakt is. Zelfs in de eerste christengemeente was er oneerlijkheid (denk aan Ananias en Saffira). De kerk is de plaats waar Christus met zondaren samen woont. Alleen daarom al kan ze nooit volmaakt zijn. Er zullen dus altijd leden zijn die het ergens niet mee eens zijn. Er zullen ook altijd leden zijn die alles prima vinden.
Maar kom je er dan achter of iets waar is of niet? De ware kerk voldoet aan een drietal kenmerken.
De eerste is de zuivere prediking van het Evangelie. In de ware kerk staat het Woord van God centraal. Dat Woord geeft maat en richting. Er wordt recht gedaan aan de kern van het Evangelie: Het heil voor zondaren in de Heere Jezus Christus, en aan de totale inhoud van Gods Woord: Het Oude en Nieuwe Testament. Dus alleen de Bijbel en de totale Bijbel moet klinken. En er zullen accentverschillen zijn, aan de hand van de gekozen Schriftlezing ligt soms het zwaartepunt hier en dan weer daar. Maar het gaat in de kern om Jezus Christus die is gekruisigd en opgestaan. Het gaat om de twee wegen die er zijn in een mensenleven. Of je gaat verloren of je wordt door Gods genade gered.
Het tweede kenmerk is de reine bediening van de sacramenten. De Bijbel laat ons zien dat er twee sacramenten zijn, de heilige doop en het heilig Avondmaal. Dat zijn twee zaken die door God Zijn ingesteld die wij zuiver moeten bewaren en eerbiedig gebruiken.
Het derde en laatste kenmerk van de ware kerk is de handhaving van de kerkelijke tucht. Dat betekent eigenlijk: trekken. Naar God toetrekken. En dus weghouden en wegroepen en weghalen van alles wat van God aftrekt. Wat zonde is moet ook zonde genoemd worden.
Nu zou er over elk van de drie bovenstaande punten nog veel meer te vertellen zijn, maar dat voert nu te ver. Het geeft ons wel een flinke zet om in de goede richting te gaan zoeken. En misschien is het je al wel opgevallen, maar er wordt dus nergens gesproken over ‘gevoel’ als criteria of richtsnoer. Ook niet de vraag wat het mij oplevert of wat ik er kan halen geeft de doorslag. Het gaat erom wat de Heere met Zijn gemeente voor ogen heeft: “Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, een heilig volk, een volk dat God Zich tot Zijn eigendom maakte; opdat u de deugden zou verkondigen van Hem Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht” (2 Petrus 1:9).
Hartelijke groet,
Ds. D. van der Wal
Dit artikel is beantwoord door
Ds. D. van der Wal
- Geboortedatum:06-05-1987
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Aalten
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: