Dood gevolg van zondeval of onderdeel van schepping?

dr. ir. Wim de Jong | Geen reacties | 10-04-2019| 10:36

Graag wil ik een vraag stellen over een lastig probleem als ik nadenk over de schepping en de zondeval. Er zijn een aantal dingen die wij vaak een gevolg van de zondeval noemen, die gewoon onderdeel van de schepping lijken te zijn. Ik zal een paar voorbeelden noemen om het heel concreet te maken.

Vóór de zondeval was er geen dood. Dat moet dan betekenen dat er geen dieren waren die elkaar opaten. Betekent dit dat al de vleeseters die wij nu kennen (bijv. tijgers) toen nog niet bestonden, of waren het toen planteneters? Als het ’t laatste is, wat is er dan bijvoorbeeld met hun gebit gebeurd in de tussentijd? Het is bekend dat het gebit van planteneters en vleeseters heel verschillend is, omdat je andere soort tanden nodig heb om vlees te eten. Is hun gebit met de zondeval in één keer veranderd, of juist daarna langzaamaan ontwikkeld naar een vleesetersgebit?

Vóór de zondeval was er geen ziekte. Nu is het zo dat mensen en dieren een immuunsysteem hebben waardoor ziektekiemen worden bestreden. Als er nu eerst geen ziekte was, betekent dat dan dat Adam en Eva geen immuunsysteem hadden en dat ‘opeens’ gekregen hebben na de zondeval? Als ze het al wél voor die tijd hadden, waarvoor was het er dan? Als er toen al ziektekiemen waren, zou de schepping toch niet volmaakt zijn geweest?

Vóór de zondeval was er geen pijn. Onlangs las ik Leviticus 15 waarin het erover gaat dat vrouwen onrein waren als ze ongesteld waren. Blijkbaar had de menstruatie iets te maken met de dood en onreinheid. Is de menstruatie(cyclus) dan niet geschapen? Als er voor de zondeval een kind was ontvangen, had het zich toch ook moeten kunnen nestelen in de baarmoeder? Kon de vrouw dan het slijmvlies/bloed verliezen zonder daarbij pijn hebben? Is het bloedverlies pas ná de zondeval een teken van dood/onreinheid geworden?

Hetzelfde geldt voor het geboren worden van kinderen. De pijn komt (deels) voort uit de anatomie van de mens: het kind moet door het nauwe geboortekanaal. Was Eva’s lichaamsbouw dan eerst anders?

Misschien zijn er nog meer soortgelijke voorbeelden te bedenken, maar ik denk dat de aard van mijn vragen wel duidelijk is. Als je zegt dat al deze mechanismen er vóór de zondeval al waren, dan zaten de gevolgen van de zonde eigenlijk al in de schepping verweven. Je zou dan zeggen dat de schepping eigenlijk niet volmaakt was. Maar als deze mechanismen er niet in zaten, is de schepping dan opeens heel erg veranderd met de zondeval? Maar dan betekent het dat we heel veel dingen die wij nu “schepping” noemen en heel bijzonder in elkaar vinden zitten (zoals het immuunsysteem, etc.) eigenlijk helemaal niet echt “schepping” zijn. Dan moeten Adam en Eva ook wel gemerkt hebben dat hun lichaamsbouw en de dingen om hen heen opeens heel anders werden.

Bij beide opties kom ik er niet echt goed uit. Zou het een optie kunnen zijn dat alleen bepáálde vormen van dood als natuurlijk proces in de schepping voorkwamen zonder een link met de zonde? Er lijkt me bijvoorbeeld een groot verschil te zitten tussen het vallen en verdorren van blaadjes van de bomen en het sterven van een mens, om maar eens twee uitersten te noemen.

Je zou kunnen zeggen: doe niet zo moeilijk, je moet het gewoon geloven. Het is niet zo dat ik dit wil gebruiken om de hele schepping/Bijbel in twijfel te trekken. Maar het zijn wel moeilijkheden waar ik in gedachten regelmatig tegenaan loop. Tenslotte is de goede schepping en de ellende als gevolg van onze zonden een essentieel onderdeel van de christelijke leer. Daarom hoop ik dat iemand hier wat zinnigs over kan zeggen!

Beste vragensteller,

Je stelt dat vóór de zondeval van de mens de dieren niet dood gingen en niet ziek konden worden. Maar de Bijbel zegt hier niets over en vertelt slechts dat de schepping ‘tov’ was: goed/uit-een-stuk/gaaf/geweldig/te-gek.  Omdat je vragen een variant zijn op de vragen over “Roofdieren vóór de zondeval” die ik begin 2016 beantwoordde, verwijs ik daar naar [1, 2, 3, 4 hieronder] en herhaal kort de wetenschappelijke feiten over onze fysieke werkelijkheid en over de levende natuur.

1. Natuurlijke processen  zijn vervalprocessen: elk ingewikkeld molecuul valt vroeg of laat uiteen in simpele moleculen en het DNA verliest de informatie die erin is vastgelegd doordat deze ‘wegroest’. Alleen dankzij de mutatiereparatie systemen die het DNA beschermen [5 ] verandert het DNA niet binnen enkele generaties in complete chaos.

2. Niet gerepareerde mutaties veroorzaken kanker en erfelijke ziekten, maar worden gelukkig grotendeels weggeselecteerd doordat ze ernstig nadeel veroorzaken in de talloze hindernisraces in de levende natuur om voedsel, onderdak of een partner.

3. En tenslotte is elk organisme onderdeel van een voedselketen van eten en gegeten worden. Veel organismen zijn prooi van een jager. Elke prooi is zodanig uitgerust met bewegingsmogelijkheden, verdedigingsmiddelen, reflexen en instincten, dat hij uit de greep van zijn jager kan blijven, maar een prooi met een beschadiging wordt gevangen en opgegeten; anderzijds kan een beschadigde jager  geen prooien vangen en zich niet voortplanten. De talloze ecosystemen van eten en eters, en van prooien en jagers, zijn zorgvuldig op elkaar afgestemd, en de onderdelen ervan houden elkaar scherp in een continu gevecht tegen het verval.

We verlaten nu het domein van de empirische wetenschap en betreden het domein van het christelijk geloof. Van de planten- en de dierenwereld, waarin continu, op talloze niveaus, de natuurlijke gang der dingen van beschadiging en verval tegengewerkt wordt, vertelt de Bijbel dat God zag dat het 'tov' was:  goed/uit-een-stuk/gaaf/geweldig/te-gek. Ook vertelt de Bijbel dat God mensen maakte die op Hem leken en dat dat bijzonder ‘tov’ was. God wilde geen robots en marionetten om mee om te gaan,  Hij wilde een liefdesrelatie met de mensen en gaf hen daarom een vrije wil om voor of tegen Hem te kiezen. De Bijbel vertelt dat Adam en Eva tegen God kozen en daarom weg moesten uit de veilige, comfortabele tuin waar ze in de avondkoelte wandelden met God. Adam moest zich in het zweet gaan werken, Eva moest met pijn kinderen gaan baren, de gelijkheid en onbevangenheid die er was tussen hen verdween, en ze werden sterfelijk. Maar de Bijbel vertelt ook over het reddingsplan van God voor zijn mensen en dat Hij zelf de prijs voor hun redding betaalde. De Bijbel vertelt dat God uiteindelijk een nieuwe schepping zal maken waarin de dood er niet meer is en er niet meer gestreden moet worden tegen het verval en er dus geen survival-of-the-fittest meer nodig is en de panter ligt naast het bokje. 

Referenties:

1. https://www.refoweb.nl/vragenrubriek/23427/roofdieren-voor-de-zondeval

2. https://www.refoweb.nl/vragenrubriek/23455/roofdieren-voor-de-zondeval-2-

3. https://www.refoweb.nl/vragenrubriek/23488/roofdieren-voor-de-zondeval-3-

4. https://www.refoweb.nl/vragenrubriek/23544/roofdieren-voor-de-zondeval-4-

5. Nobel Prize Chemistry. 2015. Scientific Background on the Nobel Prize in Chemistry 2015; mechanistic studies of DNA repair. Class for Chemistry of the Royal Swedish Academy of Sciences. Accessed April 2019.

Dr. ir. W. de Jong

Dit artikel is beantwoord door

dr. ir. Wim de Jong

• Geboortedatum:
  12-07-1956
• Kerkelijke gezindte:
  PKN (Hervormd)
• Woon/standplaats:
  Delft
• Status:
  Actief

27 artikelen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven