PKN of HHK
Ds. W. van Weelden | Geen reacties | 04-04-2019| 07:57
Vraag
In de plaats waar ik ter kerk ga zijn twee hervormde gemeenten op gereformeerde grondslag: binnen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en de Hersteld Hervormde Kerk (HHK). Bij één van deze gemeenten wil ik me zo snel mogelijk aansluiten, maar ik weet niet goed welke ik moet kiezen. Mijn ‘voorkeur’ gaat uit naar de gemeente binnen de HHK, omdat deze een veelvoud kleiner is, een cultuur heeft die meer bij me past en omdat ik denk dat deze op langere termijn op theologisch vlak stabieler zal zijn (binnen de Gereformeerde Bond worden immers tendensen en ontwikkelingen geconstateerd die menig orthodox predikant zorgen baren; niet in de laatste plaats door predikanten binnen de GB zelf). Verder is er weinig herkenning met een groot deel van de PKN (waar werkelijk de gekste en meest antichristelijke dingen gezegd en gepraktiseerd mogen worden), noch met haar synodes en kerkorde; afgezien van het GB-deel binnen de PKN. Dit is wezenlijk anders ten opzichte van de HHK. Ik wil hiermee overigens niet suggereren dat ik van mening ben dat de gemeente binnen de HHK ‘beter’ of ‘vromer’ is dan die binnen de PKN; dat mag naar uiterlijk kenmerken wellicht zo zijn, maar ik ken de harten van de mensen in beide gemeenten natuurlijk niet. Desalniettemin voel ik me meer aangetrokken tot de HHK; ik denk dat daar meer theologische en (noem het) culturele herkenning zal zijn, zoals ik al aangaf.
Nu is mijn allergrootste bezwaar tegen het toetreden tot de plaatselijke gemeente binnen de HHK het volgende. In 2004 heeft de hervormde gemeente het besluit genomen mee te gaan naar de PKN. Een meerderheid van de kerkenraad heeft hiertoe dus het besluit genomen. Een minderheid van de hervormde gemeente is dit kerkenraadsbesluit ongehoorzaam geweest (onder wie een aantal leden die zelfs lid waren van de kerkenraad) door zich af te scheiden van de hervormde gemeente (thans binnen de PKN) en een eigen gemeente hebben opgericht (thans binnen de HHK), met het argument dat men “gewoon hervormd is gebleven.”
Stel dat de kerkenraad van de hervormde gemeente binnen de Nederlands Hervormde Kerk (NHK) had besloten om niét mee te gaan naar de PKN en toe te treden tot de HHK, dan had ik dat besluit volledig gerespecteerd (en wellicht ook wel gesteund). Het punt is nu echter dat een deel van de gemeente ongehoorzaam is geweest aan de voormalige kerkenraad en zich heeft afgesneden van de meerderheid van de hervormde gemeente die nu onderdeel is van de PKN. Ik vraag me oprecht af of ik wegens deze omstandigheid wel lid kan worden van de plaatselijk hervormde gemeente binnen de HHK. Door lid te worden ratificeer ik als het ware met terugwerkende kracht het besluit van deze gemeente om zich af te scheiden(?). Ik weet echter niet of ik scheurmakerij wil en kan goedkeuren; om des consciëntie wil. Het volk (in de uitwendige zin van het verbond) van God wordt immers opgeroepen om als een eenheid zich te verhouden tot de wereld. Deze oproep hebben de afgescheidenen naast zich neergelegd (hoewel zij juist zeggen dat het deel dat naar de PKN is gegaan zich heeft afgescheiden van de voormalige NHK; hiermee benaderen ze de ecclesiologie mijns inziens echter te veel vanuit de landelijke kerk en niet vanuit de plaatselijke kerk.) Daarmee hebben ze gehandeld in strijd met een belangrijke regel voor de kerk: die aangaande de eenheid daarvan. (Nogmaals: als de voormalige kerkenraad van de gemeente binnen de NHK had besloten om niet mee te gaan met de PKN had ik daar volkomen vrede mee. Dan was er immers geen afscheiding noch ongehoorzaamheid geweest.)
Was het gerechtvaardigd voor een deel van voormalige gemeente om zich af te scheiden? De hervormde gemeente binnen de PKN heeft haar gereformeerde grondslag immers behouden; er is tot op heden in het beleid van de gemeente vrijwel niets veranderd ten opzichte van voor het bestaan van de PKN (natuurlijk zijn er accentverschillen opgetreden in de prediking -die als objectief kan worden gekarakteriseerd- en de liturgie (sneller zingen) en is de houding van haar leden anders geworden (weinig hoedjes worden er bijvoorbeeld nog gedragen)). Wat wél is veranderd is dat de rechterflank van de gemeente is weggegaan, met het gevolg dat de gereformeerde identiteit van de gemeente binnen de PKN in gevaar is gekomen. Was men niet afgescheiden, dan was dit risico waarschijnlijk een stuk kleiner geweest. Nu zijn de flanken echter als gevolg van de afscheiding nóg verder gepolariseerd - een dialoog is er namelijk niet meer; de rechterflank zal niet kunnen bijsturen als er een gevaarlijke koers in de gemeente binnen de PKN wordt ingezet.
Mijn vraag is dus of ik wel kán toetreden tot een gemeente die haar voormalige kerkenraad ongehoorzaam is geweest en zich heeft afgescheiden; dus tot een gemeente die is opgericht naar aanleiding van scheurmakerij. Had dit afgescheiden deel niet binnen de hervormde gemeente die is toegetreden tot de PKN moeten blijven? Lag hier de motivatie van ‘vroom kerkje spelen’ aan ten grondslag of die van een oprecht verlangen naar eenheid, heiligheid, katholiciteit en apostoliciteit? Ik kan deze vraag zelf niet beantwoorden; ik verkeer in een spagaat, maar ik zal toch een keuze moeten maken.
Ik ben jonger dan 25 en heb niet bewust meegemaakt wat er allemaal is gebeurd rond 2004. Ik wil (zover ik nu weet) naar de HHK, maar het geweten speelt parten; ik wil zorgvuldig omgaan met het Lichaam van Christus en Godes aangezicht kunnen zoeken in een gemeente die een oprecht verlangen heeft om Hem te dienen (want zonder die gemeenschap der heiligen kan ik dat niet). Als de gemeente binnen de HHK zich niet had moeten afscheiden, betekent dit dan dat ik me hier dan ook niet bij moet aansluiten? Of kan er na schuldbelijdenis en het vergaan van veel tijd toch een duurzaam gevestigde christelijke gemeente uit gebouwd worden (hoewel die wegens verkeerde motieven is opgericht)? Of moet deze gemeente koste wat kost terugkeren tot het andere deel van de voormalige geünificeerde hervormde gemeente binnen de NHK. Wat de situatie nog complexer maakt is dat er verschillende mensen uit de afgescheiden gemeente zijn ‘teruggekeerd’ naar de grote gemeente binnen de PKN. Tevens zijn er vast mensen ‘van buiten’ toegetreden tot de afgescheiden gemeente; met andere woorden: haar huidige populatie is lang niet meer dezelfde als ten tijden van de afscheiding. Niet alle mensen die nu lid zijn van die gemeente kan worden verweten dat ze zijn afgescheiden (maar misschien wel dat ze tot een afgescheiden gemeente zijn toegetreden). Ik weet niet wie deze vraag kan beantwoorden noch óf zo iemand er wel is.
Antwoord
Het antwoord wil ik kort houden. Ik gruw van de vraag “waarbij moet ik mij aansluiten”, alsof de keuze bij ons ligt. De vraag is allereerst en allermeest “waar heeft God mij gesteld?” Wanneer wij deze vraag kunnen beantwoorden valt er duidelijkheid.
Want de lange inleiding geeft de indruk dat een mens zou hebben te oordelen wie de goede en wie de foute keuze gemaakt heeft. Ik ken eigenlijk niemand die zich in zo’n positie bevindt. Ik ken er wel die dit vinden, maar er zijn nu eenmaal tribunes in de kerk. Je hoort erbij of je staat buiten. Volgens mij ligt hier geen verschil tussen de kerken.
Kortom: waakt en bidt. Bekeer u en gelooft het evangelie! Praat niet over anderen, maar leg uw hart open voor God.
Ds. W. van Weelden
Lees alle relevante artikelen over dit onderwerp via de tag 'Hervormd'
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. van Weelden
- Geboortedatum:13-11-1956
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Oud-Alblas
- Status:Actief