Gevleugelde insecten (on)rein
Ds. A.D. Fokkema | Geen reacties | 17-12-2018| 07:52
Vraag
In Deuteronomium 14:19 lezen we dat gevleugelde insecten (Hebreeuws; de Statenvertaling vertaalt dit vreemd genoeg met kruipend gevogelte) onrein waren en door de joden niet gegeten mochten worden. Van Johannes de Doper lezen we in Mattheus 3:4 en Markus 1:6 dat hij sprinkhanen (een gevleugeld insect) at. Hoefde Johannes de Doper zich niet te houden aan de Kasjroet, de joodse spijswetten?
Antwoord
Beste vraagsteller,
In Deuteronomium 14:19 wordt inderdaad gesproken van een verbod op het eten van insecten. Maar één vers verder, in Deuteronomium 14:20, wordt met nadruk gezegd dat alle reine gevleugelde dieren wel gegeten mogen worden. Dit suggereert dat er dieren zijn die op het verbod van vers 19 een uitzondering vormen. Dat die uitzondering voor sommige dieren inderdaad bestaat is te lezen in Leviticus 11:20-23. Daar wordt ook over de onreinheid van gevleugelde insecten gesproken, maar uitdrukkelijk gezegd dat sprinkhanen wel gegeten mogen worden. Johannes de Doper houdt zich in deze dingen dus aan de spijswetten.
Ds. A. D. Fokkema
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.D. Fokkema
- Geboortedatum:18-09-1986
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Kerkwerve
- Status:Actief