Ellendekennis: kwantiteit en kwaliteit
Ds. P.D.J. Buijs | Geen reacties | 08-05-2005| 00:00
Vraag
Heeft de mate van ellendekennis te maken met de zonden die je hebt gedaan (dus hoe meer zonden, hoe meer ellende kennis)? Dus als iemand in een christelijke omgeving is opgegroeid en 'weinig grote' zonden heeft begaan, hij dus minder ellendekennis krijgt dan iemand die al 50 jaar zonder God en gebod geleefd heeft?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Beste lezer,
Het gaat niet zozeer om de kwantiteit (dus het aantal zonden) in verband met de ellendekennis, maar veel meer om de kwaliteit ervan. Wat bedoel ik? Het gaat erom dat we door Gods Woord en Geest de aard van onze zonden leren kennen en het karakter van de zonde (enkelvoud): onze zonde betekent dat we God van Zijn eer hebben beroofd; Hem geen Koning wilden laten zijn; ons van Hem hebben losgescheurd. Het gaat niet alleen maar om wat we gedaan hebben aan verkeerde dingen. Het gaat op zijn minst net zoveel om wat we niet gedaan hebben: we hebben de Heere niet liefgehad; we hebben Hem niet gediend zoals Hij het waard is om gediend te worden.
Ook al zou ik een heleboel zonden nooit naar de letter gedaan hebben (je mag er dankbaar voor zijn als de Heere je mede door je opvoeding voor allerlei dingen bewaart, al kun je er nooit trots op worden) de kwaal als zodanig leeft in mijn hart. Wat er bij een ander uitkomt, zit er bij mij in. Er is niet een zonde te bedenken, die ik niet zou kunnen doen, als de Heere mij aan mijzelf overlaat.
Toen David meerdere concrete zonden tegelijk begaan had en een poos later door middel van de profeet Nathan daaraan ontdekt werd, leerde hij door Gods Geest veel dieper peilen: 't Is niet alleen dit kwaad dat roept om straf; nee, 'k ben in ongerechtigheid geboren. Hij wist zich een kind van de toorn (die de toorn van God verdiend heeft) al van het uur van zijn conceptie af. Er zit bij ons een vuile bron van binnen, en daar moeten we van Bovenaf licht over krijgen.
En nu is er zeker verschil in de mate van ellendekennis. De een wordt daarin dieper geleid dan de ander. Bovendien leert een mens niet alles op een dag. Ik herinner mij een broeder die vertelde: “Toen ik jong was, zag ik nog niet zo waarvoor ik de Heere Jezus nodig had. Nu ik ouder geworden ben, heb ik door genade mezelf beter leren kennen en heb ik de Heiland veel meer nodig gekregen”. Men zegt wel eens: minder zonde doen, en groter zondaar worden (in eigen waarneming en beleving van binnen). Dat is geestelijke groei!
Wanneer heb je genoeg ellendekennis? Och, het gaat er niet om om te meten. Veel belangrijker is de vraag: vlucht ik met wat de Heere mij van mezelf deed zien naar de Zaligmaker van zondaren? Een hoop klagen over de zonde, zonder dat het mij bij Christus brengt, helpt niets. Dat zijn uiteindelijk dode klachten. Maar de levende klacht over de zonde herken je daaraan, dat ze je bij Christus brengt. Dan kun je het in je zonde niet meer uithouden, maar roep je het bloed van Christus in over je schuldige leven. En dan doet Hij het je ervaren, dat Zijn bloed reinigt van alle zonde!
Hartelijke groet, ds. P. D. J. Buijs
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P.D.J. Buijs
- Geboortedatum:02-11-1961
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Nunspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: