Koude gebeden
C.A. Hoekman | 1 reactie | 21-09-2018| 10:00
Vraag
Hoe krijg ik zekerheid voor de eeuwigheid? Als er gepreekt wordt over Christus dan verlang ik zo naar dat reinigende bloed, maar het is te kort voor de eeuwigheid. Ik ben zelfs zo hoogmoedig dat ik mezelf helemaal geen erge zondaar vind, dus vraag ik me af wat ik dan in die schoonheid zie.
Zo zijn er eerder momenten geweest dat ik erg veel liefde had voor de Heere en Zijn dienst. Die volheid daarvan is nergens in de wereld te vinden. In mijn leven in de uiterlijke dingen ziet het er niet uit dat ik een christen ben of wil zijn, maar de wereld is zo leeg. Ik zou graag iemand willen hebben die mij wijsheid kan geven op dit gebied, maar ik weet ook dat een mens mij niet kan helpen en ik bij de Heere moet zijn, maar mijn gebeden zijn zo koud!
Kan iemand van de Ger. Gem. mij een reactie geven?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vraagsteller,
Hoe krijg je zekerheid voor de eeuwigheid? Het (jouw) antwoord op deze levensbelangrijke vraag heb je eigenlijk al gegeven en tegelijk met je vraag verzonden. Of zie ik dat verkeerd?
Je verlangen naar het reinigende bloed van Christus is te kort voor de eeuwigheid. En je hoogmoed is zo groot dat je jezelf geen erge zondaar vindt, dus schoonheid zien in Christus is alleen maar een vraagteken. Toch waren er eerder momenten dat je veel liefde had voor de Heere en Zijn dienst. Die volheid voor/in Zijn dienst is nergens in de wereld te vinden; maar je uiterlijke leven is daarmee weer in tegenspraak, ben ik wel christen of wil ik dat wel zijn. En toch de wereld is zo leeg. Je zoekt, je worstelt, je bidt, je verlangt maar alles te kort, zo hoogmoedig, zo koud. Jouw antwoord.
Het valt me elke keer weer op dat zoveel ‘zoekers’, zowel ouderen als jongeren, in hun worsteling om zekerheid in gesprek gaan met zichzelf en in dat gesprek gaandeweg alle hoop verliezen omdat ze geen ‘resultaat’ zien. Ze worstelen, roepen, verlangen, bidden maar ze komen geen stap verder. Hoe komt dat toch?
Ik denk dat we er te weinig Bijbels zicht op hebben dat God goddelozen rechtvaardigt en niet vromen. De Heere Jezus kwam om te zoeken en zalig te maken dat verloren was (Lukas 19:10). Nooit zal God onze offers aanvaarden als (gedeeltelijke) betaling voor onze zonden. Gods weg van vrede loopt over de kruisheuvel Golgotha en dat sluit al onze ‘wegjes’ uit. Je wordt gered door de Heere Jezus of je wordt niet gered. Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven, Hij alleen (Joh. 14:6). De Heilige Geest is gekomen om de wereld te overtuigen van zonde, en van gerechtigheid, en van oordeel. Van zonde, omdat ze in Mij niet geloven (Joh. 16:8 en 9). Ongeloof, zegt Jezus, is jouw en mijn grootste zonde.
Zou het een verkeerde gedachte zijn dat de Heilige Geest meer werk heeft om zondaren, die leven bij Gods Woord, te overtuigen van hun ikgerichte vroomheid dan van hun zonde? Aanvaarden dat we verloren zijn en dat geloven Gods gave is, is zo nodig. Hier je leven verliezen is pure winst. Stop ermee om jezelf op te werken tot God en jezelf af te meten aan jezelf. God is naar beneden gekomen in Zijn Zoon, onze Heere Jezus Christus. En Hij zoekt wat verloren is en vindt het.
Zullen we samen Lukas 15 : 1 tot 7 eens lezen. Zie je al die tollenaars en zondaren komen tot Jezus, om Hem te horen? Allemaal verloren schapen. Allemaal failliet voor God. En jij? Ben jij daarbij? Komen om Hem te horen, als zondaar, zoals je bent! Niets afdingend op je hoogmoed, je leegheid, je ongeschiktheid, je koudheid. Kom!
Zie je ook al die Farizeeën en Schriftgeleerden staan? Hoor je ze morren? Deze ontvangt de zondaars en eet met hen. Zij zijn te goed om bij die tollenaars en zondaren te behoren. Ze hebben kritiek op Jezus. Als Hij eens wist wat die tollenaars en zondaren allemaal al hebben uitgespookt, dan zou Hij hen niet ontvangen en met hen eten. Jezus zou toch eigenlijk met die vrome Farizeeën en Schriftgeleerden moeten eten en niet met die tollenaars en zondaren? Helaas, Jezus kan aan vrome mensen niets kwijt. Te goed om slecht te zijn. Ik herken daar wel iets van in mijn leven. En jij?
En dan komt de wondere en heerlijke gelijkenis van een mens die zijn ene verloren schaap gaat zoeken. Beeld van de Heere Jezus in Zijn zoekende liefde naar het verloren schaap. Zie je dat schaap dwalen? In de woestijn, de plaats waar je niet kunt leven. Verloren voor God, verloren voor de kudde en verloren voor zichzelf. Ben jij soms dat schaap?
Maar zie je ook de zoekende Jezus, het schaap achterna gaan? Er staat zo eenvoudig dat Hij naar het verlorene gaat, totdat Hij het vindt. Maar zou Hij mij wel willen zoeken en vinden? Dat staat er niet.
Hij zoekt het verloren schaap en dat zal Hij vinden. Ben jij verloren? Dwaal je als een verloren schaap in het rond en ben je de weg totaal kwijt? Wie moet jou vinden, dan alleen Jezus? Wie kan jou redden, dan alleen Jezus. Nergens staat in de gelijkenis het woordje “misschien”. Hij zoekt totdat Hij het verloren schaap heeft gevonden. Niet één mens kan jou helpen dat weet je heel goed. Hij kan en wil het wel.
Hoe ik dat weet? Omdat Hij één wilde worden met dat verloren schaap. Hij legt het op Zijn schouders, zo vuil en vies als het is en draagt het naar huis. Besef toch dat Jezus niet die Farizeeër draagt, maar juist dat verloren schaap. De Heere Jezus kwam in ons zondige vlees naar deze wereld en werd aan ons gelijk, uitgenomen de zonde. Hij nodigt je: Komt tot Mij met al je vermoeidheid en belastheid en Ik zal je rust geven. Nooit kan je zonde te groot of te erg zijn om door Hem vergeven te worden. Zijn bloed heeft meer verzoenende kracht, dan jouw zonde verdoemende kracht. De beste aanbeveling om tot Jezus te gaan, is je zonde. Begrijp jij dat Jezus blij is, wanneer Hij zo’n zondaar op Zijn schouders heeft en thuis brengt? Hoor maar: Weest blij met Mij; want Ik heb Mijn schaap gevonden, dat verloren was. Blijdschap voor Jezus, blijdschap in de hemel, maar ook blijdschap in je hart. Hij vond mij, zoals ik was, verloren.
Ik verlangde naar Hem, maar ik kwam te kort. Ik had de Heere en Zijn dienst zo lief, maar ik was geen echte christen. Ik bad tot Hem, maar ik bleef zo koud. Ik vond Hem niet. Totdat ik was verloren... en Hij mij vond. Jezus alleen en Jezus geheel. Zo kom ik thuis bij God, steunend op Zijn verdienste. En ga ik onderweg zingen. Zullen we het samen doen?
Alle roem is uitgesloten,
onverdiende zaligheen
heb ik van mijn God genoten,
'k roem in vrije gunst alleen!
Ja, eer ik nog was geboren,
eer Gods hand, die alles schiep,
iets uit niets tot aanzijn riep,
heeft zijn liefde mij verkoren:
God is liefd', o eng'lenstem,
mensentong, verheerlijkt Hem!
'k Bleef Gods roeping nog weerstreven,
maar, verzoend door Jezus' bloed,
schonk Hij mij geloof ten leven,
en vernieuwing van gemoed.
'k Zag mijn schuld met schaamt' en rouwe,
'k zag wat God m' in Christus gaf,
'k lei mijn snode argwaan af
en geloofd' aan 's Vaders trouwe:
God is liefd', o eng'lenstem,
mensentong, verheerlijkt Hem!
Zal eens 't graf mijn stof verzaam'len,
juichend zal in stervenspijn
't laatste woord, dat ik zal staam'len,
vrije gunst, genade zijn.
Ja, die zal ik eeuwig danken,
waar 'k de Vader en de Zoon
eeuwig lofzing voor de troon,
dan herhaal ik nog die klanken:
God is liefd', o eng'lenstem,
mensentong, verheerlijkt Hem!
Hartelijke groet,
C. A. Hoekman, Kapelle
Deze vraag werd ook besproken in het programma 'Pastorie online':
Dit artikel is beantwoord door
C.A. Hoekman
- Geboortedatum:23-09-1943
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Dhr. Hoekman was ruim 40 jaar ouderling in de Ger. Gem.
Bekijk ook: