Een voortdurend sterven
Ds. C. den Boer | 5 reacties | 12-01-2018| 15:26
Vraag
Mij viel tijdens een doopdienst deze zin op in het doopformulier (zoals zo vaak: heel vaak gehoord, maar nooit bij stilgestaan): “Opdat zij dit leven, dat toch niet anders is dan een voortdurend sterven, door Uw genade getroost mogen verlaten en dat zij op de jongste dag voor de rechterstoel van Christus, Uw Zoon onbevreesd mogen verschijnen.”
Alhoewel ook de bijbel spreekt over een sterven, lijkt mij dit toch wat al te negatief gesteld. Paulus zegt er toch ook dit over in 2 Korinthe 4:11: “Want wij die leven, worden voortdurend aan de dood overgegeven om Jezus’ wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees.” En dit in Romeinen 8:11: “En als de Geest van Hem Die Jezus uit de doden opgewekt heeft, in u woont, zal Hij Die Christus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door Zijn Geest, Die in u woont.”
Het doopformulier zegt dat het “niet anders” is dan een voortdurend sterven. De Bijbel spreekt juist van een “leven” in dit leven, maar dan wel door de Geest, en een leven van Jezus dat “nu” al openbaar wordt in het vlees. Hoe kunnen we dan zeggen dat het leven “niet anders” is dan een voortdurend sterven?
Antwoord
Het gaat in deze zinsnede uit het gebed van het formulier voor de kinderdoop slechts over een bepaald aspect van het tegenwoordige leven. Er wordt ook in dit formulier gelukkig veel meer gezegd over het leven. Voor het geloof mag het leven hier en nu, door Gods Geest gelijkvormig gemaakt aan de opgestane Christus, doorstraald zijn door Gods genade en gedragen door de hoop op het eeuwige leven. Zie de teksten ook die u citeert (2 Kor. 4, 11; Rom. 8:11).
Maar wat aangaat ons tegenwoordige door zonde en dood beheerste bestaan is het leven, ook na ontvangen genade, niet meer dan een gestadig sterven. Iedere volgeling van de Heere Jezus leeft het door ontdekkende genade steeds in, dat hij vanaf zijn ontvangenis en geboorte vanwege de zonde de kiemen van de dood in zich omdraagt. Hoe heerlijk als er met een laatste zucht aan dit gestaag sterven een einde komt. Gode zij dank.
Het lijkt me goed dat u hieromtrent nog eens aandachtig leest wat J. Calvijn scheef in zijn Institutie over de overdenking van het toekomende leven (Institutie bij III/9). Calvijn schrijft: “Ongetwijfeld moet men het leven nooit haten, tenzij in zoverre als het ons aan de zonde onderworpen houdt, ofschoon ook die haat eigenlijk niet tegen het leven zelf gekeerd moet worden.”
Calvijn schrijft ook dat wij in dit leven “door verschillende weldaden de liefelijkheid van Gods goedertierenheden zien.” Maar “indien de hemel ons vaderland is, wat is dan de aarde anders dan een oord der ballingschap.” ... “Laat ons dit voor vastgesteld houden, dat niemand goede vordering gemaakt heeft in de leerschool van Christus, dan hij, die de dag zijns doods en der laatste opstanding met vreugde verwacht.”
Hartelijk gegroet,
Uw Refowebpastor ds. C. den Boer
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. den Boer
- Geboortedatum:20-04-1931
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Dominee den Boer is op 11 juni 2019 overleden.
Website: dsdenboer.refoweb.nl
Lees ook: 'Digitale levenswerk ds. C. den Boer afgerond' & 'Ds. C. den Boer overleden'
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ons leven is dus in de Geest zeker meer dan een voortdurend sterven, maar ik geloof dat de zin uit het doopformulier dat ook niet tegen bedoelt te spreken. Het zegt namelijk niet: nietS anders, maar: niet anders. Één letter verschil, maar wel een andere betekenis. ‘Niets anders’ zou betekenen dat een voortdurend sterven het enige is wat het leven is. ‘Niet anders’ betekent echter simpelweg: het aardse leven is immers een voortdurend sterven. Wat dus niet uitsluit dat er nog een geest bestaat die al wel wat van de belofte van een nieuw leven mag ervaren. Taalkundig verschilletje wat makkelijk over het hoofd te zien is maar inderdaad verschil maakt bij de uitleg en ik snap de misconceptie.
In het Doopformulier staat (inderdaad) in tweede deel Gebed:
“opdat zij met Hem in zijn dood begraven worden, en met Hem mogen opstaan in een nieuw leven; opdat zij hun kruis, Hem dagelijks navolgende, vrolijk dragen mogen, Hem aanhangende met waarachtig geloof, vaste hoop en vurige liefde; opdat zij dit leven (hetwelk toch niet anders is dan EEN GESTADIGE DOOD) om uwentwil, getroost, verlaten, en ten laatsten dage voor den rechterstoel van Christus, uw Zoon, zonder verschrikken mogen verschijnen, door Hem, onzen Heere Jezus Christus, uw Zoon, die met U en de Heiligen Geest, één enig God, leeft en regeert in eeuwigheid. Amen”.
Dit deel is enerzijds een verwijzing van wat Paulus schrijft in Romeinen 6 waarin staat:”
Of weet u niet dat wij allen die in Christus Jezus gedoopt zijn, in Zijn dood gedoopt zijn? Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat evenals Christus uit de doden is opgewekt tot de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in een nieuw leven zouden wandelen. Dit weten wij toch, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam van de zonde tenietgedaan zou worden en wij niet meer als slaaf de zonde zouden dienen.
En een anderzijds een verwijzing naar 2 Cor. 4 vers 10 en 11 waarin staat:
“Wij dragen ALTIJD het sterven van de Heere Jezus in het lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt. Want wij die leven, worden voortdurend aan de dood overgegeven om Jezus' wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees”.
Dus willen wij deel krijgen aan het leven wat zich in Christus openbaarde; een overgegeven leven dienstbaar aan God, met deugden dat zijn de vruchten van de Geest, als een afstraling van het wezen van God, DAN dienen wij ook het kruis en sterven van Jezus in ons lichaam om te dragen.
Hier wordt niet bedoelt een kruisje met een kettinkje om je nek maar het kruis van:
- Lukas 9 vers 23 Indien iemand achter mij wil komen die verloochene zichzelf en neme dagelijks zijn kruis op.
- Matt. 10:38 En wie zijn kruis niet op zich neemt en Mij navolgt, is Mij niet waard.
- Matt. 16:24 Toen zei Jezus tegen Zijn discipelen: Als iemand achter Mij aan wil komen, moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen.
- Mark. 8:34 En toen Hij de menigte met Zijn discipelen bij Zich geroepen had, zei Hij tegen hen: Laat wie achter Mij aan wil komen zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen.
- Luk. 14:27 En wie zijn kruis niet draagt en achter Mij aan komt, kan geen discipel van Mij zijn.
- Lukas 9 vers 24: Want wie zijn leven wil behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven verliezen zal omwille van Mij, die zal het behouden.
Dus dagelijks je kruis opnemen en sterven met hem dat is het leven van een Christen. Dat doe je door in de kracht van de Heilige Geest in de verzoekingen “nee” te zeggen tegen datgene waartoe je verzocht wordt en daarmee “ja” te zeggen te zeggen tegen Gods leven en zegen die daarop volgt. Niet omdat je niet mag zondigen maar omdat je het niet wilt, omdat je God en zijn geboden liefhebt.
2 Tim. 2:11 Dit is een betrouwbaar woord. Want als wij met Hem gestorven zijn, zullen wij ook met Hem leven.
Aan het einde van dat Doopformulier staat dan:
”en vromelijk tegen de zonde, den duivel en zijn ganse rijk strijden en overwinnen mogen, om U, en uw Zoon Jezus Christus, mitsgaders den Heiligen Geest, den enigen en waarachtigen God, eeuwiglijk te loven en te prijzen. Amen”.
Ja, voor hen die dagelijks hun kruis opnemen en lijden naar het vlees die mogen overwinnen op de duivel en zijn ganse rijk. Die dat niet willen- en niet doen die blijven een slaaf van Satan en zonde.
Als men zegt dat het NIET ANDERS is, dan gaat men voorbij aan wat de bijbel nog meer zegt over het leven in Gods Koninkrijk, waar gelukkig tegenwoordig meer aandacht voor is (nog veel te weinig, naar mijn bescheiden mening).
Het eeuwige leven begint niet pas bij onze natuurlijke dood, maar bij de dood van ons oude leven. Met Christus begint het nieuwe leven én daarmee ook het eeuwige leven.
De schrijver(s) van het doopformulier kunnen met DE (GESTADIGE) DOOD doelen op verschillende zaken:
- eerst hebben ze het over het omkomen van zowat de hele toenmalige wereldbevolking (zondvloed) daarna over de ondergang van het leger van Farao (ook een flink sterven)
- na onze geboorte gaan wij vroeg of laat allemaal dood en feitelijk zijn we dus op weg naar onze dood (op hen na die worden opgenomen maar die sterven ook, namelijk “aan de zonde af” Gal 5:24).
- 2 Cor. 4 vers 10 en 11 waarin staat:
“Wij dragen ALTIJD het sterven van de Heere Jezus in het lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt. Want wij die leven, worden voortdurend aan de dood overgegeven om Jezus' wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees”.
MAAR gelukkig geloven wij in een leven na de dood dus is sterven (door) leven.
Het mooiste is het als mensen doorkrijgen wat is betekent om altijd “het sterven van Christus” in je om te dragen wat dat brengt immers (tijdens ons leven!) het leven van Jezus (ook) in ons openbaar.