Mogen christenen in het leger?
drs. C.D. (Constant) van den Heuvel | Geen reacties | 31-12-2004| 00:00
Vraag
Mogen christenen in het leger? Want dan moet je immers toch wel eens mensen doden?
Antwoord
Beste vriend(in),
In de beantwoording van een eerdere vraag heb ik aangegeven dat je erg moet oppassen om niet in de sfeer van “mag dit” en “mag dat” terecht te komen, want voor je het weet probeer je “God te vriend te houden” door de geboden te doen en die weg loopt dood. Ik vrees dat je toch een beetje op dat spoor zit, gezien je manier van uitdrukken (twee keer “mogen” en een keer “moeten”). Kort en goed; als je zalig wilt worden door de wet te doen, red je het nooit. Het gebod “Gij zult niet dood-slaan” is namelijk veel breder dan dat je iemand niet het leven mag ontnemen. Het zesde gebod gaat ook over de wortel ervan, namelijk haatgevoelens, kwade gedachten, gebaren en dergelijke. Lees Zondag 40 van de Heidelberger Catechismus maar eens.
Doet het zesde gebod er dan niet toe ? Jawel, maar anders dan jij lijkt te denken. In de geloofsrelatie met de Heere Jezus worden de geboden een zaak van je hart en werkt Hij ze uit door jou heen, ook het positieve ervan, zoals de liefde tot en geduld met je naaste. Maar dan toch je vraag: christenen en het leger. In de kerkgeschiedenis is dat best een lastige vraag geweest, waar niet iedereen hetzelfde over dacht. Ik denk dat we echter twee dingen scherp moeten zien. 1. De Bijbel maakt onderscheid tussen de regering van een land en een privé-persoon in dat land. 2. Een christen leeft in twee koninkrijken, waarvan de regels (of misschien beter: de principes) op een aantal punten verschillen. Beide onderdelen wil ik met je uitwerken om tot een Bijbels antwoord te komen.
De Bijbel maakt dus onderscheid tussen de overheid en de burger. Een individueel mens mag zijn naaste niet doodslaan, want dat is moord. Met doodslag in het zesde gebod wordt namelijk moord bedoeld. Anderzijds is het een gewoon mens wel toegestaan om een dier te doden om op te eten (Genesis 9, vers 2 en 3). Het verbod om te doden is dus niet “absoluut”. Ook de discipelen van de Heere Jezus visten en Hij gaf hen ook vlees (denk aan de instelling van het Heilig Avondmaal) en vis te eten (denk bijvoorbeeld aan de wonderlijke vermenigvuldiging van de broden en de vissen). Maar -nogmaals- het is een gewoon mens absoluut verboden om een ander mens het leven te ontnemen.
Voor een regering ligt dat anders. Zij heeft van God de taak om de orde te bewaren en daarbij heeft zij -wanneer nodig- het recht om te doden. In het Oude Testament waren er zonden, waarvoor je de doodstraf kreeg. En Paulus schrijft in het Nieuwe Testament dat de overheid het zwaard niet tevergeefs draagt(Romeinen 13:4). Ook het voeren van oorlogen kan nodig zijn om de burgers te beschermen en voor vrijheid en vrede te zorgen. In de Bijbel wordt dat niet afgekeurd. In het Oude Testament lezen we zelfs hoe God het volk Israël gebiedt om oorlogen te voeren (ondermeer in de tijd van Jozua) en als het volk wordt aangevallen, grijpt de HEERE nog wel eens in om zijn volk te beschermen. In de oorlogen gaan kinderen van God (zoals Gideon en David) zelfs voorop. En dan vallen er toch ook doden.
Het tweede punt dan. Nu komt natuurlijk de vraag of een christen, die immers burger is van een ander (hemels) koninkrijk wel mag meedoen in het leger en zelfs aan de oorlogen van de aardse regeringen. In de loop van de (kerk)geschiedenis zijn daar verschillende antwoorden op gegeven, waarbij bepaalde groepen zeiden dat het een christen niet geoorloofd is om soldaat te zijn. Opnieuw wil ik met je zien wat de Bijbel zegt over het christenleven als onderdaan van God en de wereldse regering.
In Mattheüs 22:21 zegt de Heere Jezus dat je de Romeinse keizer moet geven wat van hem is en God moet geven wat Hem toekomt. Dus aan beiden hebben we verplichtingen. Als je land vraagt om je verantwoordelijkheid te nemen en het leger in te gaan, mag dat van Christus. Het valt ook op dat de gelovige hoofdman Cornelius in Handelingen 10 niet te horen krijgt dat hij geen militair meer mag zijn. En als bekeerde soldaten aan Johannes de doper vragen wat zij moeten doen, zegt hij in Lukas 3, vers 14 dat ze mensen geen overlast moeten bezorgen. Maar ze mogen gewoon militair blijven.
Maar wat moet je dan nog met de Bergrede -grondwet van het hemelse Koninkrijk- die ons leert dat je je vijand lief moet hebben. De Heere werkt dat Zelf in ons uit. Het zal voor een soldaat betekenen dat hij nooit met plezier vecht of doodt. Alleen in uiterste noodzaak doet hij dat en dan niet voor zichzelf, maar voor het grote belang dat hij moet verdedigen. Wel is het zo dat de Heere ons leert dat een christen de christelijke belangen nooit met geweld mag bevorderen. Dan klinkt het woord van Jezus: Doe je zwaard terug in de schede, want allen, die het zwaard nemen, zullen door het zwaard vergaan (Matth. 26: 55). Daarom is het ook niet waar dat er geen verschil is tussen islamitische jihadstrijders en orthodoxe christenen. Er is wel degelijk verschil. Het rijk van Jezus is gebouwd op vrijwillige liefde. Hij wil niet dat we geweld gebruiken ter wille van Hem. Ooit schreef iemand: “Veel rijken zijn gebouwd op geweld en ze zijn vergaan. Het rijk van Jezus is gebouwd op liefde en daarom willen velen nog steeds voor Hem gedood worden.”
Beste vriend(in),
Het is een lang antwoord geworden. Toch hoop ik dat je het begrijpt. Niet doden slaat op moord en er is een verschil tussen wat individuele mensen en regeringen mogen en moeten. Een christen mag het leger in, maar is een soldaat zonder haat. Tot slot, probeer de wet niet te houden om het met God in orde te maken. Laat je door de Heere Jezus leiden en merk dat je dan van binnen verandert.
Drs. C. van den Heuvel
Dit artikel is beantwoord door
drs. C.D. (Constant) van den Heuvel
- Geboortedatum:28-07-1967
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Veenendaal
- Status:Inactief