Hij verhardt dien Hij wil en ontfermt Zich dien Hij wil
Ds. J. Driessen | Geen reacties | 13-05-2004| 00:00
Vraag
In artikel 6 van hoofdstuk 1 van de Dordtse Leerregels staat: “Dat God sommigen in den tijd met het geloof begiftigt, sommigen niet begiftigt, komt voort van zijn eeuwig besluit.” In het boek van ds. A. Bac over de Dordtse Leerregels staat het volgende: “Dat sommigen het geloof ontvangen en anderen niet, ligt in het eeuwig besluit.” En: “Hij verhardt dien Hij wil en ontfermt Zich dien Hij wil.” Ik begrijp dit niet. God wil toch dat iedereen het geloof ontvangt en zich tot Hem keert? Kunt u mij dat uitleggen?
Antwoord
Ik zal proberen je vraag te beantwoorden. Vooraf twee dingen: 1. Er staat niet in de Bijbel dat God wil dat iedereen het geloof ontvangt. Wél dat Hij zondaren welmenend tot de zaligheid roept en nodigt (zie met name hoofdstuk III/IV van de Leerregels). 2. Je moet de verschillende paragrafen van de Dordtse Leeregels in hun verband lezen. Zo is in de eerste paragrafen van hoofdstuk 1 gesproken van Gods welbehagen om zondaren zalig te maken, en dat Hij daarom boodschappers van het Evangelie zendt om de mensen tot bekering en geloof te roepen. Sommigen gelóven die boodschap; anderen verwérpen die in hun boosheid en hardheid van hart.
In paragraaf 6 benadrukken de Leerregels nu dat God niet grillig en willekeurig handelt. Wanneer een huis gebouwd wordt zal er eerst een bestektekening moeten zijn. Je gaat toch niet zomaar in het wilde weg bouwen, waarbij je dan maar afwacht waar je zult uitkomen? Dat zou dwaasheid zijn. Welnu, de Hemelse Bouwmeester gaat te werk volgens Zijn gemaakt bestek. Wat God dóet in de tijd, is reeds door Hem besloten in de eeuwigheid. Zo staan de namen van allen die getrokken worden in de tijd, in het heden der genade, reeds van eeuwigheid geschreven in het boek des levens. Wat een wonder wanneer we daar persóónlijk zicht op krijgen. Dan worden we teruggeleid in Gods eeuwige Vrederaad. Ja, Ik heb u liefgehad met een eeuwige liefde; daarom heb Ik u getrokken met goedertierenheid. In de stilte van de eeuwige Vrederaad tussen Vader, Zoon en Heilige Geest is de Borg en Middelaar naar voren getreden en heeft gezegd: Ik heb verzoening voor dezen gevonden! Wat staat ons verstand vol eerbied stil wanneer we zo die woorden uit Ps. 139 in de meest diepgaande betekenis mogen beamen: Eer iets van mij begon te leven, was alles in Uw boek geschreven!
Gods eeuwig besluit is tweeërlei. Maar die twee mogen we niet als twee evenwijdige lijnen naast elkaar stellen. De verkiézing komt op vanuit het welbehagen van God. De verwérping is de donkere schaduwzijde, in samenhang met het óngeloof en de ónbekeerlijkheid van de méns. Bij de verwerping moeten we altijd met twéé woorden spreken. Gods beslùit, zéker, maar óók en in de éérste plaats: ónze schuld! De Heere láát ons dan -naar Zijn rechtvaardig oordeel- in onze boosheid en hardigheid.
Bij de verkiézing spreken we met één woord. Het is pure genade; het is vrij en souverein welbehagen. Want de harten van de uitverkorenen zijn niet minder hard, dan die van de verworpenen. Maar God wil ze, zoals dit art. zegt: genadiglijk vermurwen en buigen om te geloven! Zo dringt Gods roeping van binnen door en komt de herscheppende kracht van Gods Woord in onze harten openbaar. De Geest maakt plaats voor Christus. Hijzelf zorgt ervoor dat onder de prediking van het Woord, Gods Zoon wordt ingedragen in het hárt van de mens. En dit art. zegt nu dat hierin een onuitsprekelijke troost is voor alle heilige en godvrezende zielen! Want ik ben niet met Gód begonnen, maar God is met mij begonnen! En het goede werk van God wordt voleindigd tot op de dag van Jezus Christus!
Gods kerk begint niet met de uitverkiezing, met Gods eeuwig besluit, maar mag er in éindigen!
Ds. J. Driessen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. Driessen
- Geboortedatum:25-07-1939
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Driessen is op 12-02-2021 overleden.