Het recht om een zuster als vrouw mee te nemen
Ds. J.L. Schreuders | Geen reacties | 27-01-2017| 14:34
Vraag
Wat bedoelt Paulus met 1 Korinthe 9:5? “Hebben wij niet het recht om een zuster als vrouw mee te nemen, zoals ook de andere apostelen, en de broers van de Heere, en Kefas?”
Antwoord
Beste vragensteller,
Paulus verdedigt zijn apostelschap tegenover dwaalleraars in Korinthe, die dat ter discussie stelden en een groot gedeelte van de gemeente daarin meetrokken. Hij zou -volgens zeggen- geen apostel zijn. Dat ben ik wel, zegt Paulus. Ik heb ook Jezus Christus de Heere gezien (al was dat dan niet tijdens diens omwandeling op aarde, maar op de weg naar Damascus). Jullie zijn als gemeente zelf het bewijs (zegel) van mijn echt apostel zijn.
Paulus heeft dus evenveel bevoegdheden en rechten als al de andere apostelen. Bijv. het recht op onderhoud en dus niet zelf de kost te hoeven verdienen. Maar ook desnoods het recht om een vrouw, die dan een zuster in de Heere zou moeten zijn, mee te nemen op de zendingsreizen. De andere apostelen hebben namelijk dat recht ook en maken daar kennelijk soms ook gebruik van. Hij noemt daarna van die apostelen alleen Kefas met name, dus niet de eerste de beste. Tevens maakt hij melding van de broeders des Heeren (Jezus had er vier, waaronder de bekende Jakobus, die in de Handelingen nogal voorkomt), die dit recht ook hadden en wellicht uitoefenden. Zouden wij (Paulus en Barnabas) dat recht dan niet hebben? Paulus zag er echter van af. Hij had geen vrouw om mee te nemen op de zendingsreis en ook van het recht op levensonderhoud heeft hij in elk geval in Korinthe geen gebruik gemaakt om iedere beschuldiging van hebzucht in de kiem te smoren. Dat hij ervan afziet is dus zelfverloochening, geen erkenning zijnerzijds van het onwettige van zijn apostelschap.
Hartelijke groeten
Ds. J. L. Schreuders, Urk
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J.L. Schreuders
- Geboortedatum:24-08-1957
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Boven-Hardinxveld
- Status:Actief