Werken van barmhartigheid
Ds. P. van der Kraan | Geen reacties | 10-01-2017| 09:21
Vraag
In Mattheus 10:25 en daar rond heen gaat het over de wederkomst van Jezus Christus als Koning. In de BMU lees ik bij de uitleg waar de ‘selectie’ op gericht is: de Koning beoordeelt naast -naar ik aanneem- het geloof, op een aantal eigenschappen. Mededeelzaamheid, gastvrijheid, barmhartigheid. “Ik was naakt en gij hebt Mij gekleed.” Ik lees dat dat betrekking heeft op de vervolgde gelovigen, of hen die Hem dienen en het Woord brengen. Dit verwart me een beetje, want hoe zit het met de naasten die wij dienen wanneer we bijvoorbeeld vanuit ons hart de naaste helpen in het ziekenhuis? Of voor onze kinderen zorgen terwijl we onszelf proberen te verloochen? ‘Telt’ dat niet mee?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Om wie gaat het in Matth. 25: 31-46 (en niet zoals abusievelijk in de vraag is aangegeven Matth. 10:25)? Wie zijn het die Jezus gevoed hebben toen Hij honger had, gekleed hebben toen Hij naakt was, bezocht hebben toen Hij ziek of gevangen was? Als dat alle mensen geldt die de één of andere vorm van belangeloze naastenliefde op hun naam hebben staan, houdt dat in dat er naast de weg van zalig worden door het geloof in Christus nog een tweede weg van zaligheid is: werken van barmhartigheid doen. Je veronderstelt wel in je vraag (‘naar ik aanneem...’) dat de beoordeling van de mensheid niet uitsluitend van deze goede werken afhankelijk is. Je neemt aan dat deze beoordeling op grond van de werken der barmhartigheid plaats vindt náást beoordeling op grond van hun geloof. Maar voor deze ‘en-en-constructie’ vind je in de tekst geen enkel aanknopingspunt. Het gaat hier dus niet om beoordeling van geloof én werken, maar om beoordeling van geloof dóor de werken. Als je dat niet vasthoudt, moet je concluderen dat er nog een tweede weg tot zaligheid is: door de werken en niet door het geloof.
Die mening is vooral in de 60’er t/m de 80’jaren van de vorige eeuw gepropageerd door aanhangers van de theologie der revolutie. Een theologie die het opnam voor de armen, wie ze ook zijn. Omdat men veronderstelde dat Christus in elke arme incognito aanwezig is. Wie de arme (welke arme dan ook) dient, dient Christus. Daar hoeft dan verder niets bij te komen aan geloof of wat dan ook. Die kant willen we echter niet op omdat de Bijbel nadrukkelijk één heilsweg leert: door het geloof in Jezus Christus alleen.
Als dat zo is, blijft de vraag hoe het zit met elke willekeurige hulp aan armen, zieken, gevangenen enz.? Wel, dat valt onder het gebod “God liefhebben boven alles en je naaste als jezelf.” Als je dat doet, verdien je niets, want je hebt alleen gedaan wat je schuldig was te doen. We zijn immers zo geschapen dat we Gods gebod konden gehoorzamen!? Dat we het niet doen, valt God niet te verwijten, maar is gevolg van de zonde en dus eigen schuld.
Sterk argument dat Jezus Zich vereenzelvigt met Zijn discipelen (en in hen met allen die omwille van de dienst in het evangelie of de gevolgen daarvan lijden) vinden we in de zogenaamde uitzending van de apostelen in Matth. 10: 40-42: “Die u ontvangt, ontvangt Mij; en die Mij ontvangt, ontvangt Hem, Die Mij gezonden heeft. Die een profeet ontvangt in den naam eens profeten, zal het loon eens profeten ontvangen; en die een rechtvaardige ontvangt in den naam eens rechtvaardigen, zal het loon eens rechtvaardigen ontvangen. En zo wie een van deze kleinen te drinken geeft alleenlijk een beker koud water, in den naam eens discipels, voorwaar zeg Ik u, hij zal zijn loon geenszins verliezen.” De zogenaamde eindtijdrede van Jezus in Matth. 24 en 25 staat eveneens in het kader van de evangelieverkondiging en het lijden dat daarmee verbonden is (Matth. 24:9-14).
Het gaat dus niet om naastenliefde in het algemeen (die zijn we sowieso schuldig), maar om betrokkenheid op lijdende knechten en kinderen van God vanwege de evangeliedienst. Daar is in deze tijd volop gelegenheid toe via allerlei kanalen, zou ik denken!
Ds. P. van der Kraan
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P. van der Kraan
- Geboortedatum:06-02-1948
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Arnemuiden
- Status:Actief